Na de LEL laat ik de aero-dynamische voorzieningen goeddeels zitten. Wel haal ik het idioot ogende staartje eraf, evenals de strip om het achterwiel en de stroomlijning van de bult achter de derailleur. Nadat de fiets door Jan Reus mooi is gerepareerd maak ik wat boodschappenritjes. Met een lichte rugwind haal ik vrij gemakkelijk 60 km/u op het fraaie fietspad van Krommenie naar Uitgeest. Daarvoor is hartslag 153 nodig, een frequentie die ik zeker meer dan een uur kan volhouden. Wel heb ik de racekap erop.
Gisteren rij ik met Rob Kaag een rondje via Purmerend, Oosthuizen en Schermerhorn. Weer valt me op hoe makkelijk de Quest hoge snelheden rijdt. Als ik met zijwind 42 km/u rij, Rob moet dan pittig werken om me bij te houden, geeft de hartslagmeter niet meer dan 112 aan. Voor de wind op de Oostdijk van de Beemster heb ik voor 40 km/u maar hartslag 100 nodig.
Tegen wind gaat het ook zeer veel makkelijker en een stuk sneller dan normaal. Thuis kan ik de verleiding om het achterwiel weer van zijn Lexan strip te voorzien niet weerstaan. Zelfs het stroomlijnen van de bult achter de derailleur, ik doe dit nu met een heel snel verwijderbaar stukje Lycra, neem ik ook maar even mee.
Als laatste maak ik een nieuw stukje Lycra onder het rechter voetengat. Ik hou de lengte van de opening beperkt tot 32 cm, de rek in de Lycra laat de rechtervoet er makkelijk door om te flintstonen.
Warm en droog en op de koop toe zo'n 3 tot 4 km/u snelheidswinst rond de 40 km/u zijn voor mij duidelijke redenen om de aero-dynamische aanpassingen in ere te houden.