Het is heerlijk zonnig weer als we om een uur of half negen wakker worden. We ontbijten rustig, eieren met spek naar wens, en pakken ons boeltje weer in. Ik ga mijn beklag doen bij de receptie over de koude douches. Dat vindt de beheerder niet leuk, maar hij geeft me 5 euro terug.
Pas tegen de middag gaan we in de fietsen en verlaten Strandhill op weg naar Sligo.
Het beeld wordt bepaald door links de Atlantische Oceaan en rechts hoge bergen. We hebben besloten om de rustdag definitief niet te benutten, fietsen is tenslotte ontspannend :). We kunnen zelfs de route uitbreiden tot een complete ronde om Ierland. Zouden we volgens de oorspronkelijke planning na Westport naar Belfast rijden, nu proberen we naar Donegal, Letterkenny, Londonderry, Limavady, Coleraine, Ballycastle en Larne te rijden. De route gaat zoveel mogelijk langs de kust.
Vandaag is het klimmen en dalen. We komen drie keer op rond 190 meter en dalen steeds weer af naar zeeniveau. De eerste afdalingen zijn vrij vlak en harder dan 80 km/u gaan we niet. We gaan meer en meer aan de hoge snelheden wennen en de parachutes worden vandaag beperkt ingezet. In de middag gaat het licht regenen.
Onderweg worden we ingehaald door de motormuizen die we eerder in Westport op de camping ontmoetten. Ze zwaaien uitbundig en laten de motoren extra brullen. Eén van de clubleden heeft een driewielige motor, hij heeft een lamme linkerarm, en komt even voor ons rijden.
Via Donegal rijden we naar Letterkenny. De afdaling naar Letterkenny is de spectaculairste tot nu toe. Boven wordt gewaarschuwd voor een extreem steile afdaling. We worden verzocht onze remmen te checken en onderaan de heuvel is een lange grintbak, een 'emergency lane'. De Quest gaat als een razende omlaag en de beide parachutes zullen zeker helpen, maar er moet toch volop geremd worden om de snelheid op het matige natte wegdek tot enigermate veilige proporties te beperken.
Allemaal komen we veilig beneden.
Het zoeken naar een goede plek om te overnachten is niet makkelijk. De grote parkeerplaatsen hebben allemaal een stalen balk die de camper belet om door te rijden. We gaan van de grote weg af en parkeren de camper naast een in aanbouw zijnde huis. We hopen er maar het beste van. Alle buren zijn naar de paardenrennen in Dingle, de honden zijn alleen thuis.
Het hoogteprofiel geeft vandaag een getal van 12.334 meter aan.
Vandaag 123 km gereden.
NB. 17-8
Wij lieten een briefje achter in de brievenbus van het huis waarnaast we bivakkeerden. Vandaag komt er een reactie van de eigenaren:
'That was camped at our house That You . You are welcome and thank you for your lovely note .
Next time you pass through Hopefully we'll have it finished !
Enjoy the rest of your trip .
Johnny and Juanita :)'
zondag 8 augustus 2010
Ierland dag 16 7 augustus Westport - Sligo
Motormuizen en round tower
Na een natte nacht laat de zon zich al gauw zien. We hebben tijd voor een rustdag, de tweede tijdens de reis. Niemand is vermoeid en mijn knie geeft ook geen problemen meer. We besluiten uit te slapen en rustig op te starten. De was wordt toch niet droog, daarop wachten is zinloos. Daarom maar weer lekker fietsen.
Gisteravond is een groep bikers met hun Harleys op de camping neergestreken. Aan het lawaai te oordelen vermaken ze zich uitstekend. Vanmorgen vraag ik ze of ze het leuk vinden dat wij onze fietsen voor hun motoren zetten voor een foto. De mannen zijn niet moeilijk en poseren gewillig. Ze willen wel dat wij een bijdrage leveren aan hun ontbijt. Dat ontbijt bestaat uit Cider en die hebben we toch niet. Cider is appelwijn met 6% alcohol. Ze zorgen er voor de hele dag in een soort van dronkenschap te verkeren, dan hoef je geen roes uit slapen. Dat maken ze me tenminste duidelijk.
Na de foto's, Kees poseert op een kinderfietsje, rijden we steil omhoog het stadje in. Dan volgt een lange maar vlakke klim die ons op 138 meter brengt. De afdaling is mooi steil waardoor Cees tot 90 km/u weet te komen.
Kees heeft nog één wens niet in vervulling zien gaan, het bekijken van een 'round tower'. Iedereen ziet er plotseling één staan, alleen Kees niet. We verlaten de N-weg en rijden het land in. Na wat zoeken staan we aan de voet van een prachtig gemaakte ronde stenen toren. Dit exemplaar, de Meelick tower, is ruim 1000 geleden gebouwd. Om de toren is een begraafplaats aangelegd. Sommige graven zijn door gras overwoekerd en betonnen dekplaten zijn door de zilte zeewind verpulverd. Plotseling zak ik een stuk naar beneden, een onder het gras liggende dekplaat breekt en ik sta met één been in het graf.
De verdere rit verloopt heel snel. Het landschap golft heel mooi en we kunnen steeds met ruim 50 km/u omlaag en met stevig bijtrappen halen we net de volgende top. Dat gaat urenlang door, heerlijk.
Overal waar we stoppen hebben we direct een groep mensen om ons heen. We zijn wel op onze qui vive, vooral kleine roodharige Ierse jochies van een jaar of 10 kunnen absoluut niet met hun tengels van onze fietsen afblijven.
Als we rijden herhaalt zich het dagelijkse ritueel van passerende auto's waar de ramen omlaag worden gedraaid en fotocamera's en mobieltjes ons fotograferen. Er wordt ongelofelijk vaak naar ons getoeterd. We zwaaien terug en voelen ons net Sinterklaas.
Via Castlebar, Swinford en Tubbercurry bereiken we na 116 km de camping te Strandhill in de nabijheid van Sligo.
Helaas zijn de douches koud ondanks dat ze 1,40 euro kosten. Dit is een euvel dat vrijwel overal aan de orde is. Het sanitair en andere voorzieningen zijn gemiddeld sterk onder de maat. Dat douches niet warm zijn en dat dat al heel lang zo is, is af te lezen aan de teksten die eerdere bezoekers als waarschuwing op de muren kalken. Het lijkt er sterk op dat de voorzieningen zo slecht zijn omdat de meerderheid van de gasten beschikt over een royale camper met douche. Mensen lopen niet met hun toilettasje naar de centrale wasvoorziening, maar trekken rollende vuilwatercontainers achter zich aan.
Marian maakt een lekkere salade en rode kool stampot met appel compote en draadjes vlees. Door de dag heb ik niet voldoende gegeten, eigen schuld, en ik krijg het na aankomst koud. Een bodywarmer met capuchon van Marian biedt uitkomst.
Tijdens het warm eten doen we de bikers na, we proberen vanmiddag gekochte cider. Cees vindt het net appelsap, maar er zit wel 6% alcohol in.
Na een natte nacht laat de zon zich al gauw zien. We hebben tijd voor een rustdag, de tweede tijdens de reis. Niemand is vermoeid en mijn knie geeft ook geen problemen meer. We besluiten uit te slapen en rustig op te starten. De was wordt toch niet droog, daarop wachten is zinloos. Daarom maar weer lekker fietsen.
Gisteravond is een groep bikers met hun Harleys op de camping neergestreken. Aan het lawaai te oordelen vermaken ze zich uitstekend. Vanmorgen vraag ik ze of ze het leuk vinden dat wij onze fietsen voor hun motoren zetten voor een foto. De mannen zijn niet moeilijk en poseren gewillig. Ze willen wel dat wij een bijdrage leveren aan hun ontbijt. Dat ontbijt bestaat uit Cider en die hebben we toch niet. Cider is appelwijn met 6% alcohol. Ze zorgen er voor de hele dag in een soort van dronkenschap te verkeren, dan hoef je geen roes uit slapen. Dat maken ze me tenminste duidelijk.
Na de foto's, Kees poseert op een kinderfietsje, rijden we steil omhoog het stadje in. Dan volgt een lange maar vlakke klim die ons op 138 meter brengt. De afdaling is mooi steil waardoor Cees tot 90 km/u weet te komen.
Kees heeft nog één wens niet in vervulling zien gaan, het bekijken van een 'round tower'. Iedereen ziet er plotseling één staan, alleen Kees niet. We verlaten de N-weg en rijden het land in. Na wat zoeken staan we aan de voet van een prachtig gemaakte ronde stenen toren. Dit exemplaar, de Meelick tower, is ruim 1000 geleden gebouwd. Om de toren is een begraafplaats aangelegd. Sommige graven zijn door gras overwoekerd en betonnen dekplaten zijn door de zilte zeewind verpulverd. Plotseling zak ik een stuk naar beneden, een onder het gras liggende dekplaat breekt en ik sta met één been in het graf.
De verdere rit verloopt heel snel. Het landschap golft heel mooi en we kunnen steeds met ruim 50 km/u omlaag en met stevig bijtrappen halen we net de volgende top. Dat gaat urenlang door, heerlijk.
Overal waar we stoppen hebben we direct een groep mensen om ons heen. We zijn wel op onze qui vive, vooral kleine roodharige Ierse jochies van een jaar of 10 kunnen absoluut niet met hun tengels van onze fietsen afblijven.
Als we rijden herhaalt zich het dagelijkse ritueel van passerende auto's waar de ramen omlaag worden gedraaid en fotocamera's en mobieltjes ons fotograferen. Er wordt ongelofelijk vaak naar ons getoeterd. We zwaaien terug en voelen ons net Sinterklaas.
Via Castlebar, Swinford en Tubbercurry bereiken we na 116 km de camping te Strandhill in de nabijheid van Sligo.
Helaas zijn de douches koud ondanks dat ze 1,40 euro kosten. Dit is een euvel dat vrijwel overal aan de orde is. Het sanitair en andere voorzieningen zijn gemiddeld sterk onder de maat. Dat douches niet warm zijn en dat dat al heel lang zo is, is af te lezen aan de teksten die eerdere bezoekers als waarschuwing op de muren kalken. Het lijkt er sterk op dat de voorzieningen zo slecht zijn omdat de meerderheid van de gasten beschikt over een royale camper met douche. Mensen lopen niet met hun toilettasje naar de centrale wasvoorziening, maar trekken rollende vuilwatercontainers achter zich aan.
Marian maakt een lekkere salade en rode kool stampot met appel compote en draadjes vlees. Door de dag heb ik niet voldoende gegeten, eigen schuld, en ik krijg het na aankomst koud. Een bodywarmer met capuchon van Marian biedt uitkomst.
Tijdens het warm eten doen we de bikers na, we proberen vanmiddag gekochte cider. Cees vindt het net appelsap, maar er zit wel 6% alcohol in.