De jaarlijkse terugkerende wintertraining op de baan in Alkmaar vond dit jaar plaats op zondag 22 januari. Het is buiten net onder nul en ik rij met de Quest er naar toe.
Er blijkt helaas maar weinig belangstelling te zijn voor deze training, een man of tien. Niet alleen mannen, ook Ellen van Vugt is er.
De jeugd maakt een groot deel uit van de deelnemers. Da's natuurlijk wel weer mooi. Hier helpt de zoon van Jan Marcel met het in elkaar zetten van de deelbare tandem.
Opvallend in deze foto is het grote verschil in frontaal oppervlak tussen de Quest en de DF XL.
Zoals altijd weet Ymte de snelste tijden neer te zetten. Cees werkt hard maar krijgt klop van Ymte.
Hoi Wim,
BeantwoordenVerwijderenHet lijkt wel alsof de foto een vertekend beeld geeft. Mijn inschatting is dat een DF in racetrim ongeveer 5 tot 6% sneller is dan een een nieuwe lichte stijve Quest. Als je de wielkappen van de DF weglaat verdwijnt dit snelheidsverschil als sneeuw voor de zon en zal het verschil tussen Quest en DF erg klein zijn. Maar als je voor de snelste fiets gaat ligt een DF of Milan SL erg voor de hand.
Dag Piet,
BeantwoordenVerwijderenEen DF heeft een 16,4% kleiner frontaal oppervlak dan een Quest. De DF XL zal uitkomen op een 10% kleiner frontaal oppervlak.
Het is inderdaad zo dat een Quest, met Ymte aan boord, precies even hard een heuvel afrolt als een DF met Daniel aan boord.
Als de DF een broek aantrekt wordt ie zo'n 10% sneller.
Wel is de DF in bochten een stuk sneller. Op Sloten verlies ik in de zuidwestelijke bocht 9 km/u. De DF kan met dezelfde snelheid blijven doorrijden.
Groeten,
Wim
Volgens mij is de quest een zeer geslaagd ontwerp
BeantwoordenVerwijderenDe gesloten wielkasten brengt aanzienlijk voordeel tov open wielkasten.
De DF met broek is een aanpassing,de stroomlijn zal beter uitgevoerd kunnen worden als het in de basis gesloten wielkasten zou hebben.
De quest met het breedste punt op 1/3 van de voorzijde is deels achterhaald,lijkt het als je nieuwe ontwerpen bekijkt.
Voor de tijd van het ontwerp een shot in de roos.
Knap werk.
Groeten
Rudolf
Dag Rudolf,
BeantwoordenVerwijderenIk vraag me af of de Quest vorm, inclusief DF, wel zo achterhaald is. Het lijkt er sterk op dat bij de lage snelheden van een velomobiel het Nacaprofiel nog steeds heel goed is. Het profiel met de grootste diameter meer naar achteren, inclusief dat van de VeloTilt, werkt uitstekend als de wind min of meer recht van voren inkomt. Dit gebeurt in de praktijk alleen bij windstil weer of bij heel hoge snelheden.
Het Nacaprofiel levert onder veel hoeken voortstuwing door de wind op, het profiel met de grootste diameter aan de achterzijde profiteert daar vrijwel niet van. De Darrius molen heeft twee gebogen bladen met een Nacaprofiel. Deze molen levert onder elke hoek vermogen.
Groeten,
Wim
Dag Wim,
BeantwoordenVerwijderenOp grond van verschillen in snelheid,en verschil in frontaaloppervlak denk ik dat je gelijk hebt,ik denk hetzelfde.
Daarom schrijf ik ook lijkt achterhaald.
Het is maar een gevoel.
Velo Tilt...nieuwe inzichten?
Groeten
Rudolf
Hi Rudolf,
BeantwoordenVerwijderenBij het zoeken naar een oplossing van de tegenvallende snelheid van de VeloTilt zijn het frontaal oppervlak en de vorm bepalend. Het frontaal oppervlak van de Quest en de VeloTilt verschillen nauwelijks, de vorm wel.
Groeten,
Wim
Dat is een pittige conclusie.
BeantwoordenVerwijderenDe weg er naar toe was /is de moeite waard denk ik.
Het is geen exacte wetenschap.
Groeten
Rudolf
Hallo Wim, dat je in een bocht snelheid verliest heeft niet zoveel te maken met het frontale oppervlak, maar meer te maken met de lijn die je rijdt, de middelpunt vliegende kracht, de hoogte van deze kracht en de spoorbreedte van het voertuig.
BeantwoordenVerwijderenAls het totaal gewicht van het voertuig hoger is, het gewicht van de bestuurder hoger zit en je spoorbreedte kleiner. Dan verlies je snelheid, vanwege kans van kantelen. Breng je deze waardes gelijk, dan verlies je geen snelheid door een bocht. Uitgaande van het feit dat je beide dezelfde lijn rijdt.
Alleen het kost je meer energie om de snelheid vast te houden, als je meer oppervlakte hebt, en vorm van de stroomlijn.