Na een laatste serie verbeteringen aan het ontwerp van de deelbare kettingtandwielashouder, is het definitieve ontwerp nu helemaal naar mijn zin. Het is een fraai kunstwerkje in aluminium geworden waar ik best wel een beetje trots op ben. In deze laatste versie is de aanslag op de opstaande rand van de tunnel vergroot. T.b.v. een makkelijke, gelukkig éénmalige montage, is een zoekkant gemaakt aan zowel de ingang van de draad als van de boutjes.
Om het uiterlijk te verfraaien en de laatste scherpe randjes te verwijderen, zijn de definitieve ashoudertjes getrommeld.
Zoals eerder genoemd is het voor het schuiven van het kettingtandwiel over het stalen 8 mm asje, van belang dat de rechterflens wordt afgedraaid tot 64 mm. Hierdoor kan het kettingwiel niet langer vastlopen op de oplopende bodem van de tunnel. Die kettingtandwielen zijn nu in voorraad.
De kettingtandwielashouder is nu ook royaal op voorraad.
Degenen die eerder via mail of anderszins een kettingtandwielashouder bestelden of belangstelling toonden zal ik rechtstreeks benaderen, anderen verzoek ik deze via de webwinkel te bestellen. Vergeet niet het kettingtandwiel erbij te bestellen. Tijdelijk krijgen de bestellers er vier gratis O-ringen bij zodat vele duizenden kilometers in alle rust kunnen worden afgelegd.
dinsdag 31 mei 2011
zondag 29 mei 2011
Molens draaien op harde wind
Even na 8.00 uur rinkelt mijn iPhone in de woonkamer. Ik struikel mijn bed uit en neem op. Eduard Botter aan de andere kant. 'Waar ben je?' vraag ik. 'Ik sta voor je deur', meldt Eduard. Snel wat aantrekken en even later zit Eduard aan de koffie. Hij is om 05.00 uur uit Wateringen vertrokken en heeft met rugwind de 90 km vlot afgelegd.
Een uur later rijden we samen met 47 km/u naar de Waerdse Tempel in Heerhugowaard. De wind maakt zijn voorspelling waar, het waait al Bft 5. Met totaal 12 fietsers, één Mango, één Strada, twee roeifietsers en 8 Questen rijden we door het mooie polderlandschap tussen Heerhugowaard en Hoorn oostwaarts. Het gaat met snelheden van rond de 30 km/u wel heel rustig.
Eduard passeert de groep al filmend. Tot... zijn schuimkap 'airborn' gaat en in de sloot belandt. Hij vindt de kap gelukkig terug en met de wind schuin van rechts inkomend koersen we op Oosthuizen af.
Ten huize van de fam. Kastelein smullen we van diverse calorierijke cakes. Als de koffie bezonken is blijkt de wind al stevig aan te trekken. Elly, klein van stuk en zeker niet zwaar, krijgt van Jules een tweede 8 kg zwaar kettingslot aan boord. Hiermee moet ze de harde wind kunnen trotseren. Wel nemen zij een wat luwere route richting Amsterdam.
De resterende groep volgt Kees in zijn kielzog naar Volendam en Monnickendam. Het begint te regenen, maar serieuze vormen neemt het niet aan. Richting Waterland gaat het tegen wind, en die waait inmiddels niet zo zuinig ook. De roeiers, Cor Zwaag en Ingmar Zondervan moeten nu echt aan de bak. Ik kan Cor een tijdje van dienst zijn als windbreker en zie dan goed dat hij zwaar aan de bak moet. Hartslag 152 heeft ie als we 27 km/u rijden tegen Bft 6. Dan is een Quest wel super efficiënt, mijn hartslag zit rond de 100.
Op sommige halfwindse stukken wil de Quest zelfs 30 km/u rijden zonder dat er getrapt hoeft worden.
We steken op voor een versnapering. Het etablissement is afgeladen vol en we mogen plaatsnemen op het natte buiten meubilair. Gelukkig breekt de zon door. We vermaken ons met een groot aantal ééndags kuikens die samen met de moederkloek zeldzaam mak zijn. Je moet echt uitkijken om er niet op te trappen. Katinka blijkt de rekening voor ons voldaan te hebben en wil geen dotatie van ons. Hartelijk dank Katinka.
Volgens goed gebruik gaat Majoor Kees op tijd weer voor de troepen uit. Cor voert een stripact uit en neemt daar riant de tijd voor. Kees belt zelfs waar we blijven :).
De pont bij Ilpendam blijkt niet bediend te worden en we rijden dan maar richting Purmerend. Het laatste stuk langs het Noord-Hollands kanaal staat de wind dwars op de dijk. De Quest wordt af en toe door de wind flink bij de lurven gepakt en dat levert koerscorrecties op. De roeiers hangen zichtbaar schuin tegen de wind in. Bij Oost-Graftdijk gaan Eduard, Katinka en ik linksaf naar De Woude, de anderen gaan door tot Heerhugowaard.
Eduard moet nog 90 km, nu tegen een harde wind. Als ie thuis is zal zijn teller boven 300 km staan, een prima prestatie onder deze weersomstandigheden.
Ondanks de harde wind een prettige rit.
133 km.
Een uur later rijden we samen met 47 km/u naar de Waerdse Tempel in Heerhugowaard. De wind maakt zijn voorspelling waar, het waait al Bft 5. Met totaal 12 fietsers, één Mango, één Strada, twee roeifietsers en 8 Questen rijden we door het mooie polderlandschap tussen Heerhugowaard en Hoorn oostwaarts. Het gaat met snelheden van rond de 30 km/u wel heel rustig.
Eduard passeert de groep al filmend. Tot... zijn schuimkap 'airborn' gaat en in de sloot belandt. Hij vindt de kap gelukkig terug en met de wind schuin van rechts inkomend koersen we op Oosthuizen af.
Ten huize van de fam. Kastelein smullen we van diverse calorierijke cakes. Als de koffie bezonken is blijkt de wind al stevig aan te trekken. Elly, klein van stuk en zeker niet zwaar, krijgt van Jules een tweede 8 kg zwaar kettingslot aan boord. Hiermee moet ze de harde wind kunnen trotseren. Wel nemen zij een wat luwere route richting Amsterdam.
De resterende groep volgt Kees in zijn kielzog naar Volendam en Monnickendam. Het begint te regenen, maar serieuze vormen neemt het niet aan. Richting Waterland gaat het tegen wind, en die waait inmiddels niet zo zuinig ook. De roeiers, Cor Zwaag en Ingmar Zondervan moeten nu echt aan de bak. Ik kan Cor een tijdje van dienst zijn als windbreker en zie dan goed dat hij zwaar aan de bak moet. Hartslag 152 heeft ie als we 27 km/u rijden tegen Bft 6. Dan is een Quest wel super efficiënt, mijn hartslag zit rond de 100.
Op sommige halfwindse stukken wil de Quest zelfs 30 km/u rijden zonder dat er getrapt hoeft worden.
We steken op voor een versnapering. Het etablissement is afgeladen vol en we mogen plaatsnemen op het natte buiten meubilair. Gelukkig breekt de zon door. We vermaken ons met een groot aantal ééndags kuikens die samen met de moederkloek zeldzaam mak zijn. Je moet echt uitkijken om er niet op te trappen. Katinka blijkt de rekening voor ons voldaan te hebben en wil geen dotatie van ons. Hartelijk dank Katinka.
Volgens goed gebruik gaat Majoor Kees op tijd weer voor de troepen uit. Cor voert een stripact uit en neemt daar riant de tijd voor. Kees belt zelfs waar we blijven :).
De pont bij Ilpendam blijkt niet bediend te worden en we rijden dan maar richting Purmerend. Het laatste stuk langs het Noord-Hollands kanaal staat de wind dwars op de dijk. De Quest wordt af en toe door de wind flink bij de lurven gepakt en dat levert koerscorrecties op. De roeiers hangen zichtbaar schuin tegen de wind in. Bij Oost-Graftdijk gaan Eduard, Katinka en ik linksaf naar De Woude, de anderen gaan door tot Heerhugowaard.
Eduard moet nog 90 km, nu tegen een harde wind. Als ie thuis is zal zijn teller boven 300 km staan, een prima prestatie onder deze weersomstandigheden.
Ondanks de harde wind een prettige rit.
133 km.
donderdag 26 mei 2011
TeXtreme en carbon/aramide voor test in racekap
Mijn huidige Quest is gemaakt van TeXtreme carbon. Dit is een uiterst fijn dradig carbon dat is geweven in de vorm van allemaal vierkantjes van 2 x 2 cm. Het doel is een grotere sterkte van het laminaat bij een 20% lager gewicht. Voor de race- en toerkappen gebruiken we nu een fijner carbon weefsel dat bekend is van de normale carbon Quest en Strada. Dit materiaal is goed plooibaar, al is er veel vakmanschap nodig om dit carbon in de vrij sterke ronding van de opbouw van de kap te draperen.
Vandaag krijg ik enkele vierkante meters TeXtreme carbon binnen. Jan zal proberen of dit te gebruiken is voor een wel heel bijzondere racekap.
Ook willen we graag experimenteren met een mengsel van carbon en aramide (handelsnaam Kevlar). Wij zijn overtuigd van de veiligheid van carbon als kernmateriaal voor onze kappen. Wij hebben destructieve proeven met het huidige materiaal gedaan en zijn zeer tevreden. Het is stijf en gaat zelfs onder extreme buiging vrijwel niet kapot. Zelfs bij het vernielen van het laminaat met een hamer blijven de gevreesde naalden vrijwel uit. Naalden overigens die ook bij een glasweefsel bij breuk optreden. Het nadeel van glas is dat deze niet op röntgenfoto's zijn te zien, carbon is dat wel.
Uiteraard hou ik jullie hier op de hoogte van de experimenten.
Vandaag krijg ik enkele vierkante meters TeXtreme carbon binnen. Jan zal proberen of dit te gebruiken is voor een wel heel bijzondere racekap.
Ook willen we graag experimenteren met een mengsel van carbon en aramide (handelsnaam Kevlar). Wij zijn overtuigd van de veiligheid van carbon als kernmateriaal voor onze kappen. Wij hebben destructieve proeven met het huidige materiaal gedaan en zijn zeer tevreden. Het is stijf en gaat zelfs onder extreme buiging vrijwel niet kapot. Zelfs bij het vernielen van het laminaat met een hamer blijven de gevreesde naalden vrijwel uit. Naalden overigens die ook bij een glasweefsel bij breuk optreden. Het nadeel van glas is dat deze niet op röntgenfoto's zijn te zien, carbon is dat wel.
Uiteraard hou ik jullie hier op de hoogte van de experimenten.
woensdag 25 mei 2011
Prachtig rondje Noord-Holland
Onder welhaast uniek mooie weersomstandigheden stap ik vanmorgen in de Quest om een rondje Noord-Holland te rijden. Eerst naar Kees in Heerhugowaard. Daar blijken behalve Kees nog drie echte liefhebbers aan de koffie te zitten. Jan Geel, Wim de Vries en ook Pé Koomen is al uit Middenmeer naar De Waard gefietst.
Jan laat ons zijn nieuwe telefoon zien, een John's phone, helemaal voor Jan ontworpen. Jan is niet zo van de gadgets en wordt door de telefoonprovider meestal na een half jaar definitief van hun netwerk verbannen. Jan belt nooit, te ingewikkeld, daarom. Met deze telefoon kan Jan wel overweg, meer dan bellen en gebeld worden kan er overigens niet mee. Daarom zit er een heus papieren adresboekje achter een plastic klepje in de telefoon.
Kees gaat voorop en schotelt ons een prachtige route voor. We rijden een stuk van de West-Friese Omringdijk om bij Burgerbrug het Noord-Hollands kanaal over te steken. Dan naar de kust waar we achtereenvolgens Petten en Callantsoog passeren. Het rijdt goddelijk, niet echt hard, maar dat hoeft vandaag ook niet. Pé gaat ons voor door de donkere duinen om bij Huisduinen op de buitenzijde van de zeedijk uit te komen. De Marine is actief met heli's en er vaart een onderzeeboot op het Marsdiep. Via de veerhaven in Den Helder zetten we koers naar Wieringen. Ik krijg mijn eerste lekke band in 2800 km, een scherp stukje kunststof heeft de GoCycle doorboord. De bandwissel verloopt snel. Het oppompen met mijn kleine Topeak pompje verloopt prima. Ook op Wieringen is het heerlijk rijden, al gaat het ongemerkt wel steeds 40 km/u. Het laatste stuk op Wieringen rijden we weer op de zeedijk.
In Den Oever stoppen we even bij de viskraam. Pé trakteert op een werkelijk fantastische zoute haring. We vangen een gesprek op tussen enkele garnalenvissers. Ze houden continue de havenuitgang in de peiling of er door collega's al dan niet wordt uitgevaren. De spanning is voelbaar.
Het stuk naar Medemblik is tegen wind. Wim de Vries laat het tempo wat zakken, Pé en ik houden de snelheid tegen de 40 km/u. In het kader van training gooi ik nog wat extra kolen op het vuur en versnel tot 46 km/u. Dat is Pé wat te hard en ik mag het alleen doen. In Medemblik sluit Pé al snel weer aan. Dan komt Kees en Wim en Jan weer wat later. De koffie smaakt ons goed.
Vanaf hier scheiden onze wegen. Pé gaat direct naar Middenmeer. Tot mijn verrassing gaan Kees en Wim ook mee. Volgens mij is dat een stuk om, maar Kees' argument is dat ie dan 'lekker door kan rijden'. We zullen zien.
Jan gaat linksaf naar Oostwoud, hij is al bijna thuis.
Nu ik alleen ben kan ik lekker door kachelen. Steeds rij ik zo'n 40 tot 42 km/u en via Heerhugowaard ben ik al om 16.15 uur thuis. Ik maak me sterk dat Kees en Wim dan nog niet in Heerhugowaard zijn :)
Hoe dan ook, dit was een fantastische fietsdag.
166 km
Jan laat ons zijn nieuwe telefoon zien, een John's phone, helemaal voor Jan ontworpen. Jan is niet zo van de gadgets en wordt door de telefoonprovider meestal na een half jaar definitief van hun netwerk verbannen. Jan belt nooit, te ingewikkeld, daarom. Met deze telefoon kan Jan wel overweg, meer dan bellen en gebeld worden kan er overigens niet mee. Daarom zit er een heus papieren adresboekje achter een plastic klepje in de telefoon.
Kees gaat voorop en schotelt ons een prachtige route voor. We rijden een stuk van de West-Friese Omringdijk om bij Burgerbrug het Noord-Hollands kanaal over te steken. Dan naar de kust waar we achtereenvolgens Petten en Callantsoog passeren. Het rijdt goddelijk, niet echt hard, maar dat hoeft vandaag ook niet. Pé gaat ons voor door de donkere duinen om bij Huisduinen op de buitenzijde van de zeedijk uit te komen. De Marine is actief met heli's en er vaart een onderzeeboot op het Marsdiep. Via de veerhaven in Den Helder zetten we koers naar Wieringen. Ik krijg mijn eerste lekke band in 2800 km, een scherp stukje kunststof heeft de GoCycle doorboord. De bandwissel verloopt snel. Het oppompen met mijn kleine Topeak pompje verloopt prima. Ook op Wieringen is het heerlijk rijden, al gaat het ongemerkt wel steeds 40 km/u. Het laatste stuk op Wieringen rijden we weer op de zeedijk.
In Den Oever stoppen we even bij de viskraam. Pé trakteert op een werkelijk fantastische zoute haring. We vangen een gesprek op tussen enkele garnalenvissers. Ze houden continue de havenuitgang in de peiling of er door collega's al dan niet wordt uitgevaren. De spanning is voelbaar.
Het stuk naar Medemblik is tegen wind. Wim de Vries laat het tempo wat zakken, Pé en ik houden de snelheid tegen de 40 km/u. In het kader van training gooi ik nog wat extra kolen op het vuur en versnel tot 46 km/u. Dat is Pé wat te hard en ik mag het alleen doen. In Medemblik sluit Pé al snel weer aan. Dan komt Kees en Wim en Jan weer wat later. De koffie smaakt ons goed.
Vanaf hier scheiden onze wegen. Pé gaat direct naar Middenmeer. Tot mijn verrassing gaan Kees en Wim ook mee. Volgens mij is dat een stuk om, maar Kees' argument is dat ie dan 'lekker door kan rijden'. We zullen zien.
Jan gaat linksaf naar Oostwoud, hij is al bijna thuis.
Nu ik alleen ben kan ik lekker door kachelen. Steeds rij ik zo'n 40 tot 42 km/u en via Heerhugowaard ben ik al om 16.15 uur thuis. Ik maak me sterk dat Kees en Wim dan nog niet in Heerhugowaard zijn :)
Hoe dan ook, dit was een fantastische fietsdag.
166 km
dinsdag 24 mei 2011
Sprintrecord 72 km/u
Vanmiddag rij ik naar Hoorn om mijn eigen demo racekap aan de laatste veiligheidsvoorzieningen te laten aanpassen. Het waait 5 Bft uit het westen. Op de dijkwegen in de Schermer rukt de wind stevig aan de lichte carbon Quest. Het is nu geen voordeel dat de fiets nog geen 28 kg weegt.
Waar de Oostdijk overgaat in de Grootschermerweg krijg ik een extra duwtje in de rug omdat er daar vanaf de dijk de polder wordt ingereden. Vlak daarvoor heb ik al flink aangezet en als ik de helling af ben rij ik al 65 km/u. Het recent vernieuwde asfalt maakt nog meer mogelijk. Ik ga er vol tegenaan en zie even later de snelheid oplopen tot 72 km/u.
Ik laat de Quest nu uitlopen en als aan het eind van de weg de dijk weer omhoog loopt moet er nog flink geremd worden.
Bij VandenBerg is het druk. Veel kitesurfers konden afgelopen weekend de harde wind niet de baas en hun kapotte spullen liggen, met opdrachtbonnen van € 60,- tot € 150 euro kosten, op de stellingen.
Het is niet aantrekkelijk om zonder racekap tegen de harde wind op te boksen. Gelukkig ligt mijn oude racekap nog bij Jan en die mag nog een keer dienst doen. Dat gaat prima, deze kap is wat lager dan de huidige kappen, er kan geen helm onder worden gedragen. Tegen de harde wind kan ik steeds 40 tot 42 km/u blijven rijden. Hartslag rond de 120, heerlijk zo. Eigenlijk onvoorstelbaar want bij een windsnelheid van 35 km/u tegen en een eigen snelheid van 40 km/u, buldert er een storm van Bft 9 rond de fiets.
Mijn vrouw is verbaasd dat ik al zo snel weer terug ben.
Waar de Oostdijk overgaat in de Grootschermerweg krijg ik een extra duwtje in de rug omdat er daar vanaf de dijk de polder wordt ingereden. Vlak daarvoor heb ik al flink aangezet en als ik de helling af ben rij ik al 65 km/u. Het recent vernieuwde asfalt maakt nog meer mogelijk. Ik ga er vol tegenaan en zie even later de snelheid oplopen tot 72 km/u.
Ik laat de Quest nu uitlopen en als aan het eind van de weg de dijk weer omhoog loopt moet er nog flink geremd worden.
Bij VandenBerg is het druk. Veel kitesurfers konden afgelopen weekend de harde wind niet de baas en hun kapotte spullen liggen, met opdrachtbonnen van € 60,- tot € 150 euro kosten, op de stellingen.
Het is niet aantrekkelijk om zonder racekap tegen de harde wind op te boksen. Gelukkig ligt mijn oude racekap nog bij Jan en die mag nog een keer dienst doen. Dat gaat prima, deze kap is wat lager dan de huidige kappen, er kan geen helm onder worden gedragen. Tegen de harde wind kan ik steeds 40 tot 42 km/u blijven rijden. Hartslag rond de 120, heerlijk zo. Eigenlijk onvoorstelbaar want bij een windsnelheid van 35 km/u tegen en een eigen snelheid van 40 km/u, buldert er een storm van Bft 9 rond de fiets.
Mijn vrouw is verbaasd dat ik al zo snel weer terug ben.
maandag 23 mei 2011
Toerkap in definitieve vorm
Tot nu toe zijn er tien racekappen geleverd. De eerste toerkappen zijn inmiddels ook geleverd. Foto's van de productie versie waren er nog niet. Nu wel. Op de foto's zijn een gele kap afgebeeld die in een transparant gespoten carbon flens is geschoven. Deze flens moet met Bisontix op de originele schuimkap worden gelijmd. Het is zinvol de plek van de flens af te tekenen en de ruimte daaromheen af te plakken. Eerst de schuimkap insmeren en laten drogen. Vervolgens de onderkant van de flens insmeren en tenslotte de schuimkap een tweede keer insmeren.
Na tien minuten drogen de beide delen samendrukken. Ter hoogte van de bedieningspootjes aan beide zijden van het vizier een sneetje in de schuimkap maken en de bedieningspootjes er door steken. Tenslotte aan beide binnenzijden van de kap een stukje klittenband maken waardoor de bedieningspootjes het vizier in alle standen kunnen vastzetten.
Op bijgaande foto's ligt de toerkap met flens los op de schuimkap.
De levertijd van een race- of toerkap is momenteel 6 weken.
Na tien minuten drogen de beide delen samendrukken. Ter hoogte van de bedieningspootjes aan beide zijden van het vizier een sneetje in de schuimkap maken en de bedieningspootjes er door steken. Tenslotte aan beide binnenzijden van de kap een stukje klittenband maken waardoor de bedieningspootjes het vizier in alle standen kunnen vastzetten.
Op bijgaande foto's ligt de toerkap met flens los op de schuimkap.
De levertijd van een race- of toerkap is momenteel 6 weken.
3P - People, Planet, Profit. 3x velomobiel bij DSM
Etienne Stienen stuurt mij vandaag een foto van zijn witte Quest. Hij werkt bij DSM en met zijn dagelijks woon-werk verkeer heeft hij de belangstelling van twee collega's voor zijn fiets gewekt. Geheel in de filosofie van DSM, People, Planet, Profit, staan er nu dagelijks wel drie velomobielen in de fietsenstalling van hun gezamenlijke werkgever. Twee Questen en een Strada en mogelijk straks nog meer.
Goed voorbeeld doet goed volgen, het bewijs wordt hier geleverd.
zondag 22 mei 2011
Paarden en velomobielen
Paulus den Boer vraagt me naar een link op mijn oude blog over het trainen met paarden. Het is een bekend verschijnsel dat paarden en velomobielen een onzekere combinatie zijn. Het ene paard kijkt niet op of om, het andere paard wordt bloednerveus en wil geen stap meer zetten. In een enkel geval kiest het paard eieren voor zijn geld en vlucht weg voor de velomobiel. Het vluchtende dier schroomt niet om zelfs een drukke provinciale weg over te steken.
Al deze dingen heb ik meegemaakt, en maak ik nog steeds mee. Daarom heb ik manege De Hoef in Egmond-binnen aangeboden een training te verzorgen van paard met Quest. Later is daar nog een artikeltje over verschenen in een van de grote paardenbladen.
In 2005, waar blijft de tijd, heb ik die training gegeven. Een integrale tekstdump van mijn blog van die dag staat hieronder.
Een fotoserie van twee pagina's vind je hier:
22 oktober 2005 Confrontatie met de paarden
Vanmiddag om vier uur stuur ik de Quest het terrein van Manege De Hoef in Egmond aan de Hoef op. Nu moet het gaan gebeuren. Een tikkie nerveus ben ik wel. Er hoeft maar één paard iets ongelukkigs te doen en de schade is niet te overzien. Maar goed, wie A zegt moet ook B zeggen. Ik meld me bij de dienstdoende trainster en bespreek met haar een programmaatje door. We zijn het snel eens, eerst wat verkennende oefeningen in de buitenbak, daarna eventueel de binnenbak in. Aanvankelijk blijft er een hek tussen de Quest en de paarden. De paarden hebben het gele gevaar evenwel direct in de gaten. Sommige dieren reageren vrij rustig en lopen kalm langs het hek vlak naast de Quest. Enkele jongere paarden vertikken het en blijven schichtig op afstand. Ze zijn niet, ook niet aan de leidsels van de trainster, te bewegen ook maar in de buurt van de Quest te komen.
De volgende oefening is op de trainster aflopen en halt houden naast de Quest. Dat is voor verschillende dieren te eng. De helft van de paarden blijft rustig naast de Quest staan al wordt er wel wat schichtig gekeken. Ook nu durven enkele jonge paarden waaronder een heel fraaie schimmel de Quest niet te benaderen.
Het wordt nu erg onrustig in de buitenbak. Enkele paarden die zijn aangezet om naar de Quest te komen nemen de wijk naar de andere kant van de bak en maken de andere dieren ook zenuwachtig. We moeten het programma onderbreken om de rust te laten terugkeren.
We spreken af dat ik de fiets een kwartiertje wegzet en dat we daarna in de binnenbak verder zullen gaan. Ik fiets even rustig naar Heiloo op en neer en om tien voor vijf rij ik de Quest de binnenbak in. Nu wordt het echt spannend, niet alleen voor de paarden, ook voor mij. De paarden en de amazones zijn gespannen. De oortjes staan allemaal rechtop, soms iets achterover. De ingewijden weten wel wat dit betekent.
De Quest staat nu minder dan 2 meter van de buitenring van de bak. De paarden moeten er nu allemaal vlak langs lopen. Binnen zijn de paarden rustiger dan buiten en de passage gaat goed. Ook nu zijn er nog twee paarden, waaronder de schimmel, die de Quest nog ernstig wantrouwen. Ze gaan er niet langs.
De tweede oefening in de binnenbak is stoppen naast de Quest en de rijdsters dwingen hun dier naar de Quest te kijken. Dat is al flink lastiger. Verschillende paarden willen wel stoppen naast de Quest, maar ze doen net alsof het ding niet bestaat en kijken er niet naar. Na een aantal rondjes wordt het gewoner, de paarden worden rustiger en de gele Quest is niet meer het angstaanjagende gele gevaar.
Nu wordt het tijd om het realiteitsgehalte te verhogen. De paarden worden allemaal midden in de bak naast elkaar opgelijnd. Ik stap in de Quest en rijd voor de groep paarden langs. 'Da's nou wel weer eng, want nou komt ie wel op ons af' voel ik de paarden denken. Ze reageren wel verschillend, maar de meesten deinzen een paar meter achteruit. Achterin de bak rij ik rond en wil achter de paarden langs rijden. Ik zie dat de paarden me in ieder geval in de gaten willen houden, ze draaien zich om, of de amazone dat nou wil of niet. Als ik de groep rond ben gereden stappen de paarden gewoon achter me aan, dat is iets wat mij en de amazones verrast.
De laatste oefening is de paarden tot vlakbij de Quest te laten komen. Dat gaat uitstekend, sommige paarden snuffelen aan de Quest en laten de fiets zelfs bewegen. De trainster moet op een gegeven moment de rijdsters zelfs waarschuwen de paarden bij de Velomobiel weg te halen, na het snuffelen willen ze er graag ook hun tanden inzetten, ze willen wel weten of het misschien toch eetbaar is.
Het gaat allemaal uitstekend en tenslotte wordt er in steeds kleinere kringen rond de Quest gelopen.
De leiding is zo enthousiast dat een tweede groep kleinere paarden en pony's uit een andere bak ook de Quest mag komen besnuffelen. Pony's zijn gemiddeld rustiger en vinden de gele Quest prima. Ook hier 'zoent' een pony de neus van de Quest, heel leuk om te zien. Een eigenaar van een paard, haalt zijn op pension staande dier op en wil ook graag dat zijn paard aan de Quest went. De man is zelf heel rustig en zijn paard vindt het dan ook prima.
Om half zes is het tijd om de bak weer te verlaten. Ik laat de Quest een beetje stuiteren om de donkere aarde van de wielen te verwijderen. Iedereen is tevreden over het verloop van de oefeningen. We zijn het erover eens dat het voor zowel mij als de paarden en hun berijdsters een heel zinvolle gebeurtenis is geworden. Ik drink een biertje aan de bar en praat nog wat na met de leiding van de manege. Tevreden fiets ik naar huis.
Al deze dingen heb ik meegemaakt, en maak ik nog steeds mee. Daarom heb ik manege De Hoef in Egmond-binnen aangeboden een training te verzorgen van paard met Quest. Later is daar nog een artikeltje over verschenen in een van de grote paardenbladen.
In 2005, waar blijft de tijd, heb ik die training gegeven. Een integrale tekstdump van mijn blog van die dag staat hieronder.
Een fotoserie van twee pagina's vind je hier:
22 oktober 2005 Confrontatie met de paarden
Vanmiddag om vier uur stuur ik de Quest het terrein van Manege De Hoef in Egmond aan de Hoef op. Nu moet het gaan gebeuren. Een tikkie nerveus ben ik wel. Er hoeft maar één paard iets ongelukkigs te doen en de schade is niet te overzien. Maar goed, wie A zegt moet ook B zeggen. Ik meld me bij de dienstdoende trainster en bespreek met haar een programmaatje door. We zijn het snel eens, eerst wat verkennende oefeningen in de buitenbak, daarna eventueel de binnenbak in. Aanvankelijk blijft er een hek tussen de Quest en de paarden. De paarden hebben het gele gevaar evenwel direct in de gaten. Sommige dieren reageren vrij rustig en lopen kalm langs het hek vlak naast de Quest. Enkele jongere paarden vertikken het en blijven schichtig op afstand. Ze zijn niet, ook niet aan de leidsels van de trainster, te bewegen ook maar in de buurt van de Quest te komen.
De volgende oefening is op de trainster aflopen en halt houden naast de Quest. Dat is voor verschillende dieren te eng. De helft van de paarden blijft rustig naast de Quest staan al wordt er wel wat schichtig gekeken. Ook nu durven enkele jonge paarden waaronder een heel fraaie schimmel de Quest niet te benaderen.
Het wordt nu erg onrustig in de buitenbak. Enkele paarden die zijn aangezet om naar de Quest te komen nemen de wijk naar de andere kant van de bak en maken de andere dieren ook zenuwachtig. We moeten het programma onderbreken om de rust te laten terugkeren.
We spreken af dat ik de fiets een kwartiertje wegzet en dat we daarna in de binnenbak verder zullen gaan. Ik fiets even rustig naar Heiloo op en neer en om tien voor vijf rij ik de Quest de binnenbak in. Nu wordt het echt spannend, niet alleen voor de paarden, ook voor mij. De paarden en de amazones zijn gespannen. De oortjes staan allemaal rechtop, soms iets achterover. De ingewijden weten wel wat dit betekent.
De Quest staat nu minder dan 2 meter van de buitenring van de bak. De paarden moeten er nu allemaal vlak langs lopen. Binnen zijn de paarden rustiger dan buiten en de passage gaat goed. Ook nu zijn er nog twee paarden, waaronder de schimmel, die de Quest nog ernstig wantrouwen. Ze gaan er niet langs.
De tweede oefening in de binnenbak is stoppen naast de Quest en de rijdsters dwingen hun dier naar de Quest te kijken. Dat is al flink lastiger. Verschillende paarden willen wel stoppen naast de Quest, maar ze doen net alsof het ding niet bestaat en kijken er niet naar. Na een aantal rondjes wordt het gewoner, de paarden worden rustiger en de gele Quest is niet meer het angstaanjagende gele gevaar.
Nu wordt het tijd om het realiteitsgehalte te verhogen. De paarden worden allemaal midden in de bak naast elkaar opgelijnd. Ik stap in de Quest en rijd voor de groep paarden langs. 'Da's nou wel weer eng, want nou komt ie wel op ons af' voel ik de paarden denken. Ze reageren wel verschillend, maar de meesten deinzen een paar meter achteruit. Achterin de bak rij ik rond en wil achter de paarden langs rijden. Ik zie dat de paarden me in ieder geval in de gaten willen houden, ze draaien zich om, of de amazone dat nou wil of niet. Als ik de groep rond ben gereden stappen de paarden gewoon achter me aan, dat is iets wat mij en de amazones verrast.
De laatste oefening is de paarden tot vlakbij de Quest te laten komen. Dat gaat uitstekend, sommige paarden snuffelen aan de Quest en laten de fiets zelfs bewegen. De trainster moet op een gegeven moment de rijdsters zelfs waarschuwen de paarden bij de Velomobiel weg te halen, na het snuffelen willen ze er graag ook hun tanden inzetten, ze willen wel weten of het misschien toch eetbaar is.
Het gaat allemaal uitstekend en tenslotte wordt er in steeds kleinere kringen rond de Quest gelopen.
De leiding is zo enthousiast dat een tweede groep kleinere paarden en pony's uit een andere bak ook de Quest mag komen besnuffelen. Pony's zijn gemiddeld rustiger en vinden de gele Quest prima. Ook hier 'zoent' een pony de neus van de Quest, heel leuk om te zien. Een eigenaar van een paard, haalt zijn op pension staande dier op en wil ook graag dat zijn paard aan de Quest went. De man is zelf heel rustig en zijn paard vindt het dan ook prima.
Om half zes is het tijd om de bak weer te verlaten. Ik laat de Quest een beetje stuiteren om de donkere aarde van de wielen te verwijderen. Iedereen is tevreden over het verloop van de oefeningen. We zijn het erover eens dat het voor zowel mij als de paarden en hun berijdsters een heel zinvolle gebeurtenis is geworden. Ik drink een biertje aan de bar en praat nog wat na met de leiding van de manege. Tevreden fiets ik naar huis.
zaterdag 21 mei 2011
Laser voor controleren sporing
Een optimale sporing heeft verschillende voordelen. Als eerste rijdt de fiets maximaal licht. Ten tweede slijten je banden - veel - minder. Ook zal de fiets niet naar één kant trekken.
Er zijn veel wegen die naar Rome leiden als het om de controle van de sporing gaat. Een simpel bokje met twee passchroeven is al bruikbaar. Je kunt ook twee hoeklijnen tegen je velgen aanklemmen en de afstand tussen de twee uiteinden opmeten.
Het kan ook nauwkeuriger, namelijk met laser.
Hans-Dieter Roesch rijdt in een Milan SL. Deze fiets ligt heel laag op de weg en dan werkt een bok niet. Hans-Dieter koopt twee goedkope Mannesmann 81135 Mini-Laser waterpasjes en klemt die tegen de velgen. De laserstralen worden geprojecteerd op een precies haaks op de fiets staand vel karton.
De afstand van de beide laser projecties moet bij voorkeur dezelfde afstand zijn als die van de laser projectie lampjes op de velgen. Uiteraard kun je prima meten met de bestuurder en bagage aan boord.
Hans-Dieter heeft een interessante site voor velomobilisten
Er staat nog geen Quest bij, maar dat zou wel eens snel kunnen veranderen.
De voordeligste leverancier is de Duitse firma Reichelt. De lasers kosten maar € 11,45 per stuk. Er komt € 12,50 verzendkosten bij, dus totaal € 35,40. Bestellen kan via deze URL.
Er zijn veel wegen die naar Rome leiden als het om de controle van de sporing gaat. Een simpel bokje met twee passchroeven is al bruikbaar. Je kunt ook twee hoeklijnen tegen je velgen aanklemmen en de afstand tussen de twee uiteinden opmeten.
Het kan ook nauwkeuriger, namelijk met laser.
Hans-Dieter Roesch rijdt in een Milan SL. Deze fiets ligt heel laag op de weg en dan werkt een bok niet. Hans-Dieter koopt twee goedkope Mannesmann 81135 Mini-Laser waterpasjes en klemt die tegen de velgen. De laserstralen worden geprojecteerd op een precies haaks op de fiets staand vel karton.
De afstand van de beide laser projecties moet bij voorkeur dezelfde afstand zijn als die van de laser projectie lampjes op de velgen. Uiteraard kun je prima meten met de bestuurder en bagage aan boord.
Hans-Dieter heeft een interessante site voor velomobilisten
Er staat nog geen Quest bij, maar dat zou wel eens snel kunnen veranderen.
De voordeligste leverancier is de Duitse firma Reichelt. De lasers kosten maar € 11,45 per stuk. Er komt € 12,50 verzendkosten bij, dus totaal € 35,40. Bestellen kan via deze URL.
Paard laat paard uit, Stella zonder Maris
We, Kees en ik, rijden een rondje Waterland linksom. Dat betekent eerst fotografisch onder vuur genomen worden de vele bezoekers van de Zaanse Schans. Ter hoogte van Zaandijk gaat Kees' telefoon. Jules en Elly liggen met hun boot in Waarland en nodigen ons op de koffie. Via de Wijde Wormer rijden we langs de kaarsrechte Zuiderweg. Wind in de rug maakt dat we tussen 40 en 43 km/u rijden.
Kees steekt twee vingers in zijn neus, het kost hem dus weinig moeite.
Een meisje rijdt op een paard voor ons en heeft een paardje aan de lijn. Ze laat de pony dus te paard uit.
Via Purmerend, de Oostdijk van de Beemster en Avenhorn rijden we langs de fraaiste polderwegen naar Waarland.
Elly en Jules liggen met hun 50 jaar jonge Gillissen vlet in Waarland voor de wal. De naam van de vlet is Stella. Maris of Artois staat er niet achter. Koffie met eierkoek smaken ons prima.
Uiteraard gaat het over fietsen, maar ook de watersport komt aan bod. Jules inspecteert de dikke Schwalbe Super Moto en bestelt er gelijk twee bij Kees.
Na een uurtje gaan we via Heerhugowaard op huis aan.
Heerlijk ritje van 90 km.
Kees steekt twee vingers in zijn neus, het kost hem dus weinig moeite.
Een meisje rijdt op een paard voor ons en heeft een paardje aan de lijn. Ze laat de pony dus te paard uit.
Via Purmerend, de Oostdijk van de Beemster en Avenhorn rijden we langs de fraaiste polderwegen naar Waarland.
Elly en Jules liggen met hun 50 jaar jonge Gillissen vlet in Waarland voor de wal. De naam van de vlet is Stella. Maris of Artois staat er niet achter. Koffie met eierkoek smaken ons prima.
Uiteraard gaat het over fietsen, maar ook de watersport komt aan bod. Jules inspecteert de dikke Schwalbe Super Moto en bestelt er gelijk twee bij Kees.
Na een uurtje gaan we via Heerhugowaard op huis aan.
Heerlijk ritje van 90 km.
woensdag 18 mei 2011
Garmin software is een drama
Garmin software, in ieder geval de software voor de Apple Macintosh is een drama. Waarom dan wel?
Het installeren van kaarten op de computer lijkt goed te verlopen. Installeer je bijv. MapSource Topo Nederland dan zou je verwachten dat die kaart op de computer ook zo heet. Vergeet het maar, de kaart heet nu 'family-1725.gmap'.
Wil ik diezelfde kaart op de Garmin, in mijn geval de Oregon 400T, zetten, dan maakt Garmin Roadtrip van diezelfde kaart een bestand met de naam 'GMAPSUPP.img.
Staat er al een kaart op de computer, dan wordt die in dezelfde 'GMAPSUPP.img' extra bijgesloten.
Staat er al een kaart op de Oregon, deze heet ook 'GMAPSUPP.img', dan wordt die kaart zonder waarschuwing overschreven en ben je die kaart(en) kwijt.
Hoe krijg ik nu een beetje orde in deze chaos?
Een geluk bij een ongeluk is dat de Oregon toelaat om de kaarten een eigen naam te geven.
Ik haal alle kaarten van zowel de Mac als de Oregon. Bij de Mac staan ze in een bibliotheek, in de Oregon staat ze in het geheugen van de GPS en op het micro SD kaartje. Via een Kingston Micro reader kopieer ik steeds één kaart naar een micro SD kaartje.
Alle kaarten hebben een naam die begint met GMAPSUPPxxx.img. Het SD kaartje zet ik de Oregon en start deze op. Dan kan ik zien welke kaart(en) er werkelijk schuil gaan achter de kryptische GMAPSUPPxxx.img bestanden.
Als laatste geef ik de kaarten een nomale naam en zet ze weer terug in de Oregon.
Dat kost uren kopieerwerk, een oeverloos gedoe.
Het wordt tijd dat Garmin eens bij Apple in de leer gaat. De hardware is fantastisch, de software is een drama.
Het installeren van kaarten op de computer lijkt goed te verlopen. Installeer je bijv. MapSource Topo Nederland dan zou je verwachten dat die kaart op de computer ook zo heet. Vergeet het maar, de kaart heet nu 'family-1725.gmap'.
Wil ik diezelfde kaart op de Garmin, in mijn geval de Oregon 400T, zetten, dan maakt Garmin Roadtrip van diezelfde kaart een bestand met de naam 'GMAPSUPP.img.
Staat er al een kaart op de computer, dan wordt die in dezelfde 'GMAPSUPP.img' extra bijgesloten.
Staat er al een kaart op de Oregon, deze heet ook 'GMAPSUPP.img', dan wordt die kaart zonder waarschuwing overschreven en ben je die kaart(en) kwijt.
Hoe krijg ik nu een beetje orde in deze chaos?
Een geluk bij een ongeluk is dat de Oregon toelaat om de kaarten een eigen naam te geven.
Ik haal alle kaarten van zowel de Mac als de Oregon. Bij de Mac staan ze in een bibliotheek, in de Oregon staat ze in het geheugen van de GPS en op het micro SD kaartje. Via een Kingston Micro reader kopieer ik steeds één kaart naar een micro SD kaartje.
Alle kaarten hebben een naam die begint met GMAPSUPPxxx.img. Het SD kaartje zet ik de Oregon en start deze op. Dan kan ik zien welke kaart(en) er werkelijk schuil gaan achter de kryptische GMAPSUPPxxx.img bestanden.
Als laatste geef ik de kaarten een nomale naam en zet ze weer terug in de Oregon.
Dat kost uren kopieerwerk, een oeverloos gedoe.
Het wordt tijd dat Garmin eens bij Apple in de leer gaat. De hardware is fantastisch, de software is een drama.
Verschroeide aarde en Blogger als mosterd na de maaltijd
Kees en ik zullen vandaag een rondje rijden.
Kees krijgt eerst nog, ietwat verlaat, zijn verjaardagscadeau, een gedeelde kettingtandwielashouder. Dit is het laatste prototype. Met nog enkele heel kleine wijzigingen worden er nu 20 stuks van geproduceerd. Deze zijn eind volgende week gereed.
Als we vertrekken regent het licht. Richting Purmerend betekent in de baan van de regen meerijden. Het mag ook een ritje door de duinen worden. Gelukkig al bij het pontje Akersloot is het droog en knapt het weer verder op.
In de duinen blijkt hoe droog de natuur nog is. Bomen hebben allemaal weinig blad en de Schotse Hooglanders hebben weinig te grazen. In de duinen tussen Bergen en Schoorl is het een troosteloze bedoening, een kwart van alle vegetatie is verbrand, soms zo ver als het oog reikt. Overal houden politiemensen en boswachters de boel in de gaten. We worden vanaf een uitkijkpost door een politieman gefotografeerd. De daders van deze brandstichtingen zullen waarschijnlijk minder opvallende vervoermiddelen hebben gebruikt.
Zoals gebruikelijk geeft Kees flink gas. Dat komt mij twee keer op een uitbrekend achterwiel te staan. Het vrij harde loopvlak van de Super Moto is wat minder vergevingsgezind dan de zachtere en wat meer geprofileerde compound van de Geax Tattoo. Bij het klimmen is goed te merken dat ik met meer dan 10 kg minder gewicht onderweg ben. Ik heb het over de fiets, niet over het gewicht van de bestuurder :).
Van Schoorl rijden we naar Schoorldam langs een fraai fietspad waar ik nog niet eerder was geweest. Kees weet de weg en weet en passant nog te melden dat we door de 'loterijgronden' rijden. De grond hier was vroeger zo slecht dat het niet te verkopen was. Bij loterij werd er iemand toestemming gegeven om de grond voor weinig of niets in cultuur te brengen.
Via Koedijk en Alkmaar rijden we naar huis.
66 km, totaal nu 2650 km
Blogger had vijf dagen geleden forse technische problemen. Mijn bericht over de nieuwe uitvoering van het kettingtandwielhoudertje is toen door Blogger verwijderd, net als tienduizenden berichten van andere bloggers. Ze zouden het wel weer terugzetten. Dat gebeurde niet binnen een aantal uren en dus maakte ik het bericht maar opnieuw.
Dat terugzetten gebeurt zojuist, vijf dagen nadat het gepubliceerd is. Mosterd na de maaltijd dus.
Kees krijgt eerst nog, ietwat verlaat, zijn verjaardagscadeau, een gedeelde kettingtandwielashouder. Dit is het laatste prototype. Met nog enkele heel kleine wijzigingen worden er nu 20 stuks van geproduceerd. Deze zijn eind volgende week gereed.
Als we vertrekken regent het licht. Richting Purmerend betekent in de baan van de regen meerijden. Het mag ook een ritje door de duinen worden. Gelukkig al bij het pontje Akersloot is het droog en knapt het weer verder op.
In de duinen blijkt hoe droog de natuur nog is. Bomen hebben allemaal weinig blad en de Schotse Hooglanders hebben weinig te grazen. In de duinen tussen Bergen en Schoorl is het een troosteloze bedoening, een kwart van alle vegetatie is verbrand, soms zo ver als het oog reikt. Overal houden politiemensen en boswachters de boel in de gaten. We worden vanaf een uitkijkpost door een politieman gefotografeerd. De daders van deze brandstichtingen zullen waarschijnlijk minder opvallende vervoermiddelen hebben gebruikt.
Zoals gebruikelijk geeft Kees flink gas. Dat komt mij twee keer op een uitbrekend achterwiel te staan. Het vrij harde loopvlak van de Super Moto is wat minder vergevingsgezind dan de zachtere en wat meer geprofileerde compound van de Geax Tattoo. Bij het klimmen is goed te merken dat ik met meer dan 10 kg minder gewicht onderweg ben. Ik heb het over de fiets, niet over het gewicht van de bestuurder :).
Van Schoorl rijden we naar Schoorldam langs een fraai fietspad waar ik nog niet eerder was geweest. Kees weet de weg en weet en passant nog te melden dat we door de 'loterijgronden' rijden. De grond hier was vroeger zo slecht dat het niet te verkopen was. Bij loterij werd er iemand toestemming gegeven om de grond voor weinig of niets in cultuur te brengen.
Via Koedijk en Alkmaar rijden we naar huis.
66 km, totaal nu 2650 km
Blogger had vijf dagen geleden forse technische problemen. Mijn bericht over de nieuwe uitvoering van het kettingtandwielhoudertje is toen door Blogger verwijderd, net als tienduizenden berichten van andere bloggers. Ze zouden het wel weer terugzetten. Dat gebeurde niet binnen een aantal uren en dus maakte ik het bericht maar opnieuw.
Dat terugzetten gebeurt zojuist, vijf dagen nadat het gepubliceerd is. Mosterd na de maaltijd dus.
zaterdag 14 mei 2011
Molen- en gemalendag
Vandaag is het weer minder vriendelijk dan de laatste tijd. Het is ruim 11 graden en het waait met Bft 4 stevig. Lange broek en lange mouwen blijken hard nodig. Eerst naar Kees in Heerhugowaard dan door naar Oostwoud waar Jan Geel aanhaakt. Jan rijdt vandaag met wielkappen en een nieuw model racekap. Eerlijk gezegd lijkt ie inmiddels veel op een andere bekende kap :).
De wielkappen en racekap geven Jan vleugels. Tegen de stevige noordwesten wind kan Jan zonder problemen tussen 45 en 47 km/u blijven rijden. Let wel, Jan is 70 jaar. Ik kan het bijbenen maar helemaal open en zonder wielkappen gaat de hartslag soms richting wedstrijdfrequentie. Kees raken we zo snel kwijt.
In Den Oever kijken we uitgebreid bij het gemaal Leemans. Daar staan veel historische motoren die generatoren of pompen hebben aangedreven. Het pronkstuk, een Kromhout dieselgenerator uit 1928 staat prachtig te draaien. Het tweetal restaurateurs is apentrots al moesten er kilo's roest uit de cilinders worden gebikt. Een modern gemaal is verder niet de moeite waard. Alles wat je er van ziet zijn een stukje van enkele pijpen met grote diameter. De elektromotoren zijn onder de vloer geplaatst en zijn qua formaat geen schaduw van de immense Werkspoor diesels die hier voor de Tweede Wereldoorlog draaiden.
Via Middenmeer rijden we zuidwaarts en langs de Langereis komen we bij de strijkmolens van Rustenburg. Deze molens zijn recent weer in ere hersteld en de molenvrijwilligers zijn actief met fondsenwerving en jagen op handtekeningen voor het behoud van de molens. Belangstellenden kunnen in een hoogwerker naar boven. Wel aantrekkelijk maar ook stervenskoud. Maar niet dus.
Als laatste nemen we een kijkje in het Huijgengemaal in Heerhugowaard. Oudere vrijwilligers ontvangen ons hartelijk en leggen uitvoerig alles uit. Een oudere heer laat ons ietwat besmuikt twee zogenaamde hoerenhondjes zien. Ik leg hier maar niet uit waarom ze zo heten :). Het kleine museum is zeer de moeite waard en de tentoongestelde spullen zijn vaak heel fraai.
Thuisgekomen kijken we naar een klein item over ons huis in het RTL4 programma 'Van Kavel tot Kasteel'. Voor de liefhebbers, morgen wordt het herhaald om 10.30 uur.
134 km, totaal nu 2510 km
De wielkappen en racekap geven Jan vleugels. Tegen de stevige noordwesten wind kan Jan zonder problemen tussen 45 en 47 km/u blijven rijden. Let wel, Jan is 70 jaar. Ik kan het bijbenen maar helemaal open en zonder wielkappen gaat de hartslag soms richting wedstrijdfrequentie. Kees raken we zo snel kwijt.
In Den Oever kijken we uitgebreid bij het gemaal Leemans. Daar staan veel historische motoren die generatoren of pompen hebben aangedreven. Het pronkstuk, een Kromhout dieselgenerator uit 1928 staat prachtig te draaien. Het tweetal restaurateurs is apentrots al moesten er kilo's roest uit de cilinders worden gebikt. Een modern gemaal is verder niet de moeite waard. Alles wat je er van ziet zijn een stukje van enkele pijpen met grote diameter. De elektromotoren zijn onder de vloer geplaatst en zijn qua formaat geen schaduw van de immense Werkspoor diesels die hier voor de Tweede Wereldoorlog draaiden.
Via Middenmeer rijden we zuidwaarts en langs de Langereis komen we bij de strijkmolens van Rustenburg. Deze molens zijn recent weer in ere hersteld en de molenvrijwilligers zijn actief met fondsenwerving en jagen op handtekeningen voor het behoud van de molens. Belangstellenden kunnen in een hoogwerker naar boven. Wel aantrekkelijk maar ook stervenskoud. Maar niet dus.
Als laatste nemen we een kijkje in het Huijgengemaal in Heerhugowaard. Oudere vrijwilligers ontvangen ons hartelijk en leggen uitvoerig alles uit. Een oudere heer laat ons ietwat besmuikt twee zogenaamde hoerenhondjes zien. Ik leg hier maar niet uit waarom ze zo heten :). Het kleine museum is zeer de moeite waard en de tentoongestelde spullen zijn vaak heel fraai.
Thuisgekomen kijken we naar een klein item over ons huis in het RTL4 programma 'Van Kavel tot Kasteel'. Voor de liefhebbers, morgen wordt het herhaald om 10.30 uur.
134 km, totaal nu 2510 km
vrijdag 13 mei 2011
Aangepast ontwerp gedeelde kettingtandwielhouder
Blogger heeft onderstaand bericht vanmorgen vroeg verdonkeremaand. Daarom een nieuwe poging.
Ik rij nu een half jaar met de gedeelde kettingtandwielhouder. De voordelen zijn evident. Het ontwerp voorziet er in dat het kettingtandwiel kan schuiven over de as. Dit houdt het kettingwiel steeds mooi recht in de kettinglijn en is het geheel mooi stil. Het kunnen schuiven van het kettingwiel is recentelijk door Velomobiel.nl overgenomen. Het originele busje dat het ketting(tand)wiel op het asje fixeerde is tot de helft gereduceerd.
Waarom dan toch een gedeelde kettingtandwielhouder?
De O-ring rond het kettingwiel gaat maar ongeveer 1000 km mee, soms maar enkele honderden kilometers. Als de O-ring verdwenen is, vreet de ketting zich langzaam in het kunststof kettingwiel. Dat gaat gepaard met veel lawaai. Toegegeven, als de kettingschalmen hun profiel hebben ingesleten, wordt het lawaai iets minder. In Dronten tillen de mannen daar niet zo zwaar aan, ik wel.
Bij de recente versies van het Alligt kettingtandwiel met de spaken, gaan de O-ringen wat langer mee. Wel onder voorwaarde dat het kettingtandwiel kan schuiven over zijn as. Toch gaan ook deze O-ringen na 3 tot 5000 km kapot. Vervang je de O-ringen niet, dan gaan de tanden van het tandwiel binnen enkele honderden kilometers kapot en is er niet meer te fietsen.
Dit betekent dat het ketting(tand)wieltje zo nu en dan moet worden verwijderd. Met lange armen is dat redelijk te doen. Die lange armen heb ik niet en is het een heel geklooi om het ketting(tand)wiel te verwijderen en weer goed te plaatsen.
Daarom bedacht ik een bevestiging waarbij het ketting(tand)wiel door het losdraaien, in de fiets, van één inbusboutje, kan worden verwijderd. Dit is eenvoudig en in enkele seconden te doen.
Het prototype van de ashouder was van RVS en woog 76 gram. De huidige versie is van aluminium en weegt nog maar 40 gram, slechts 15 gram meer dan het standaard asje van Velomobiel.nl. Om het schuiven goed mogelijk te maken is het nodig om één flens van het kettingtandwiel van 68 mm af te draaien tot 64 mm. Doe je dit niet dan loopt de flens vast tegen de oplopende onderzijde van de tunnel.
Wat kost dit alles? Het ashoudertje incl. asje van gereedschap staal, kost 79 euro incl. btw. Een afgedraaid kettingtandwiel kost 25 euro. Samen voor 99 euro.
Wil je ook zo'n handig ashoudertje, bestel hem gewoon in de webwinkel.
Hou rekening met een levertijd van 3 weken.
Ik rij nu een half jaar met de gedeelde kettingtandwielhouder. De voordelen zijn evident. Het ontwerp voorziet er in dat het kettingtandwiel kan schuiven over de as. Dit houdt het kettingwiel steeds mooi recht in de kettinglijn en is het geheel mooi stil. Het kunnen schuiven van het kettingwiel is recentelijk door Velomobiel.nl overgenomen. Het originele busje dat het ketting(tand)wiel op het asje fixeerde is tot de helft gereduceerd.
Waarom dan toch een gedeelde kettingtandwielhouder?
De O-ring rond het kettingwiel gaat maar ongeveer 1000 km mee, soms maar enkele honderden kilometers. Als de O-ring verdwenen is, vreet de ketting zich langzaam in het kunststof kettingwiel. Dat gaat gepaard met veel lawaai. Toegegeven, als de kettingschalmen hun profiel hebben ingesleten, wordt het lawaai iets minder. In Dronten tillen de mannen daar niet zo zwaar aan, ik wel.
Bij de recente versies van het Alligt kettingtandwiel met de spaken, gaan de O-ringen wat langer mee. Wel onder voorwaarde dat het kettingtandwiel kan schuiven over zijn as. Toch gaan ook deze O-ringen na 3 tot 5000 km kapot. Vervang je de O-ringen niet, dan gaan de tanden van het tandwiel binnen enkele honderden kilometers kapot en is er niet meer te fietsen.
Dit betekent dat het ketting(tand)wieltje zo nu en dan moet worden verwijderd. Met lange armen is dat redelijk te doen. Die lange armen heb ik niet en is het een heel geklooi om het ketting(tand)wiel te verwijderen en weer goed te plaatsen.
Daarom bedacht ik een bevestiging waarbij het ketting(tand)wiel door het losdraaien, in de fiets, van één inbusboutje, kan worden verwijderd. Dit is eenvoudig en in enkele seconden te doen.
Het prototype van de ashouder was van RVS en woog 76 gram. De huidige versie is van aluminium en weegt nog maar 40 gram, slechts 15 gram meer dan het standaard asje van Velomobiel.nl. Om het schuiven goed mogelijk te maken is het nodig om één flens van het kettingtandwiel van 68 mm af te draaien tot 64 mm. Doe je dit niet dan loopt de flens vast tegen de oplopende onderzijde van de tunnel.
Wat kost dit alles? Het ashoudertje incl. asje van gereedschap staal, kost 79 euro incl. btw. Een afgedraaid kettingtandwiel kost 25 euro. Samen voor 99 euro.
Wil je ook zo'n handig ashoudertje, bestel hem gewoon in de webwinkel.
Hou rekening met een levertijd van 3 weken.
Road kill en racekap nog veiliger
Jan Reus heeft de lichte lakschade aan de gele racekap met de dubbele carbon strepen onzichtbaar hersteld. Een goede reden om samen met Kees even op en neer te rijden naar Hoorn en de kap op te halen.
Er is nog een reden die kant op te gaan. Kees heeft een zeer recent aangereden haas langs de weg gevonden. Vriend Sebastiaan Talsma wil hem graag hebben en Kees brengt de haas bij Sebastiaan in Driehuizen langs.
We hebben de wind mee en dat rijdt lekker licht. Als we vanaf een dijkje de Schermer inrijden lijkt het erop dat Kees een snelheidsrecord wil neerzetten. Hij komt tot 56 km/u. Ik moedig hem aan door te trappen tot 60 km/u, maar dat is een brug te ver.
Bij Jan in Hoorn is het pauze bij Van den Berg. We eten ons brood samen met het team van Van den Berg.
Ik krijg de kap voor J.H. mee, een fraaie gele met uitgespaarde carbon strepen erin. De wind is nu pal tegen en is het wel heel makkelijk om bij Kees weg te rijden. Kees vindt de gele kap wat vriendelijker ogen dan de donkere carbon kap.
Als bij Avenhorn onze wegen scheiden kan ik lekker snelheid maken in de Mijzenpolder. 45 tot 47 km/u bij hartslag 130 met een windje 3 tot 4 Bft tegen is heel prettig. De racekap heft precies het snelheidsverschil voor en tegen wind op. Met de wind mee zonder racekap bereik ik met dezelfde hartslag dezelfde snelheid. Wielrenners die ik achterop rij lijken wel stil te staan, zo groot is het snelheidsverschil. Hoewel ik met het vizier de temperatuur goed kan regelen, word ik over mijn lichaam wel wat meer bezweet.
Thuis maak ik enkele foto's. Hoewel de ontwikkeling van de racekap nu voorbij is, is een belangrijk veiligheidsaspect toegevoegd. Om de gehele rand rond het hoofd is nu een neopreen kraag aangebracht. Dit moet bij een ongeval het risico van verwondingen aan het hoofd door de carbon rand voorkomen.
Deze gele kap is iets donkerder van kleur dan mijn carbon Quest. De kap is dan ook voor een glasvezel Quest. Deze zijn wat donkerder en een fractie roder.
Er is nog een reden die kant op te gaan. Kees heeft een zeer recent aangereden haas langs de weg gevonden. Vriend Sebastiaan Talsma wil hem graag hebben en Kees brengt de haas bij Sebastiaan in Driehuizen langs.
We hebben de wind mee en dat rijdt lekker licht. Als we vanaf een dijkje de Schermer inrijden lijkt het erop dat Kees een snelheidsrecord wil neerzetten. Hij komt tot 56 km/u. Ik moedig hem aan door te trappen tot 60 km/u, maar dat is een brug te ver.
Bij Jan in Hoorn is het pauze bij Van den Berg. We eten ons brood samen met het team van Van den Berg.
Ik krijg de kap voor J.H. mee, een fraaie gele met uitgespaarde carbon strepen erin. De wind is nu pal tegen en is het wel heel makkelijk om bij Kees weg te rijden. Kees vindt de gele kap wat vriendelijker ogen dan de donkere carbon kap.
Als bij Avenhorn onze wegen scheiden kan ik lekker snelheid maken in de Mijzenpolder. 45 tot 47 km/u bij hartslag 130 met een windje 3 tot 4 Bft tegen is heel prettig. De racekap heft precies het snelheidsverschil voor en tegen wind op. Met de wind mee zonder racekap bereik ik met dezelfde hartslag dezelfde snelheid. Wielrenners die ik achterop rij lijken wel stil te staan, zo groot is het snelheidsverschil. Hoewel ik met het vizier de temperatuur goed kan regelen, word ik over mijn lichaam wel wat meer bezweet.
Thuis maak ik enkele foto's. Hoewel de ontwikkeling van de racekap nu voorbij is, is een belangrijk veiligheidsaspect toegevoegd. Om de gehele rand rond het hoofd is nu een neopreen kraag aangebracht. Dit moet bij een ongeval het risico van verwondingen aan het hoofd door de carbon rand voorkomen.
Deze gele kap is iets donkerder van kleur dan mijn carbon Quest. De kap is dan ook voor een glasvezel Quest. Deze zijn wat donkerder en een fractie roder.