De uitnodiging voor een 'wilde rit' levert naast Kees en mij een derde fietser op, Willem Vierbergen met de nummer 13. Zou dat echt een ongeluksgetal zijn? Ik mag voorop, het is tenslotte een wilde rit. In Wormerveer negeer ik een verboden in te rijden bord, waarom zou ik dat ook niet doen. Even later weet ik waarom. Plotseling blijft het achterwiel achter een gefreesde langsrichel hangen en de Quest gaat dwars uit de flank. Binnen een seconde rijdt de fiets op twee wielen en blijft dat, net als een balancerende koorddanser, een tiental meters doen. Ik stuur naar rechts en de Quest is weer een driewieler.
Op de Zaanse Schans lijkt het wel klein Japan. Een grote groep krijgt ons in het vizier en in no-time zijn er tien camera's op ons gericht.
Door het mooie Wormerland en het Twiske melden we ons bij de pont in Ilpendam. Ik wil wel naar Marken en Kees en Willem vinden dat prima. Kees gaat wel over Keulen en Aken naar Marken. Geen nood, de omweg via Broek in Waterland en Durgerdam is altijd de moeite waard.
In Marken smaakt de koffie prima. Een autochtone bewoner meent ons te moeten manen onze fietsen beneden aan de dijk te zetten, er kunnen auto's langs komen. Onze fietsen kunnen keurig tussen de paaltjes staan en auto's kunnen er prima langs.
Kees gaat weer voorop en waar het kan houdt ie de snelheid op 40km/u en soms zelfs even 50 km/u. Kees 32 is met vizier en F-lite banden gewoon Kees 40 geworden. Ook een Friese fietser, Klaas de Jong heeft de smaak van het mini vizier te pakken en schrijft een lofzang op zijn blog.
Ik vraag of Kees een ijsje wil eten. Hij is met een natte vinger te lijmen en we stoppen bij Willem Honing in Volendam. Willem eet nooit ijs en zwaait ons gedag. Wij smullen van ons ijsje en rijden daarna via Volendam naar Midden-Beemster. Daar komen we twee hindernissen tegen, eerst de kermis en dan de autocross.
In West-Graftdijk kom ik nog langs een schrikachtig paard. Een tweede geel gevaar kan het dier niet aan. Het meisje dat het paard aan de leidsels heeft moet haar fiets laten vallen om haar viervoeter de baas te blijven. Boven op het viaduct ga ik linksaf naar ons eiland, Kees gaat door naar Heerhugowaard.
Mooie rit van 110 km.
Totaal nu 5600 km.
zondag 31 juli 2011
donderdag 28 juli 2011
Zuinig omgaan met beperkt vermogen tijdens ROAM
ROAM, Roll Over AMerica is gisteren van start gegaan. 5000 km dwars door het Amerikaanse continent van Portland tot aan Washington. 50 velomobielrijders uit verschillende landen doen hier aan mee. Verschillende blogs verhalen hier uitgebreid over. Een schitterend avontuur waarmee ik de deelnemers van harte succes wens.
De mannen en een vrouw hebben hun reis grondig voorbereid, reken daar maar op.
Toch vraag ik me af of zij wel het onderste uit de kan hebben gehaald om de lange dagtochten van vaak 200 km en meer, met zo weinig mogelijk inspanning te volbrengen.
Het is al weer even geleden dat ik een spectaculaire snelheidswinst aantoonde in het lage snelheidsbereik met een nieuw type minivizier. Enkele ROAM gangers hebben een dergelijk mini vizier besteld en nog enkele hebben deze zelf gemaakt.
De overgrote meerderheid heeft dit niet geregeld. Ze laten dus een snelheidswinst van bijna 4 km/u bij een laag vermogen van rond 100 Watt gewoon liggen. In Ieder geval gaat er zonder mini vizier rond 20 Watt vermogen verloren bij rijden rond 30 km/u met de Quest, Strada en Mango. De overgrote meerderheid van de deelnemers rijdt in één van deze velomobielen. Zie hiervoor:
http://wimschermer.blogspot.com/2011/07/spectaculaire-snelheidswinst-door.html
Dan de banden. Ik zou de reis beginnen met GoCycles of F-Lite banden. Deze banden lopen bijzonder licht en zijn heel goed bestand tegen insnijding door steentjes en andere rotzooi in de berm van grote wegen. Ik reed vorig jaar 2300 km rondom Ierland over slechte wegen en bermen van autowegen. Niet één keer lek gereden. Ook andere fietsers rapporteren 4000 en meer kilometers zonder lek.
Nu Schwalbe de nieuwe Tryker aan de deelnemers beschikbaar heeft gesteld, zullen de fietsers niet met de lichtst lopende band van start gaan. Laten we eens uitrekenen wat het betekent in vergelijking met de GoCycle/F-Lite. De gisteren gemeten uitrolafstand van een GoCycle op 5 bar is 27,03 meter. De Tryker rolt op 6 bar 21,33 meter uit. De GoCycle rolt dus 26,7% lichter.
Een standaard glasvezel Quest heeft 170 Watt nodig om 39,9 km/u te bereiken. Daarvan is 65 Watt nodig om de rolweerstand van de banden te overwinnen. Met 2 lichtlopende GoCycle banden kun je dit met 26,7/3*2 %, ofwel 17,8 % verlagen. In Watts is er dus 17,8% van 65 Watt ofwel 11,6 Watt te verdienen.
Ik schat in dat de kruissnelheid tijdens ROAM tussen 30 en 33 km/u zal bedragen. Dan wordt het aandeel rolweerstand versus luchtweerstand relatief nog veel gunstiger voor lichtlopende banden.
Alles overziende kunnen de deelnemers door enkele simpele ingrepen, vizier en lichtlopende banden, zo'n 31 Watt vermogen besparen. Om met een 36 kg standaard Quest 32,3 km/u te bereiken is 100 Watt nodig. Met lichtlopende banden en een vizier heb je aan 69 Watt al voldoende om dezelfde snelheid te bereiken. Dat is bijna een derde deel minder benodigd vermogen. Voor die fietsers die op Trykers rijden zonder vizier, kunnen het gevoel te rijden op GoCycles en met vizier simuleren door 26,4 km/u te rijden. Let wel, je collega's met vizier en GoCycles rijden dan al 32,3 km/u.
Met vizier en GoCycles kun je dus zo'n 6 km/u verdienen, een cijfer dat wordt gestaafd door de eerdere hartslagmetingen met GoCycle en Triker, alsmede de metingen met en zonder vizier.
Voor de Mango is het verhaal iets anders, er kunnen geen GoCycles/F-lites om de voorwielen. Er kunnen wel Kojaks onder. Die lopen op 7 bar (max officieel 6,5 bar) toch mooi 20,8% lichter dan de Tryker op 6 bar (maximum). Het voordeel van de twee Kojaks is 20,8/3*2 = 13,5 % ofwel 9 Watt. Samen met de winst van het vizier van 20 Watt toch mooi 29 Watt.
Mango rijders zonder vizier en met Trykers kunnen het gevoel van het rijden met vizier en GoCycles simuleren door 26,9 km/u te rijden. Wederom, je collega's rijden met vizier en GoCycles dan al 32,3 km/u.
Het is mij er niet om te doen om Schwalbe dwars te zitten. Ik heb Maarten Heckman, toen hij me vertelde dat Schwalbe de banden zou sponsoren, desgevraagd geadviseerd te kiezen voor Schwalbe Kojaks. Mochten deze door doorns of glas teveel lek raken, dan over te schakelen op Schwalbe Marathon Plus. Stevig opgepompt lopen die redelijk en gaan zeker niet lek. Ik zou van harte de nieuwe Schwalbe velomobielband hebben gepromoot. De Schwalbe Tryker is dat in mijn opinie zeker niet.
Ook zijn er nogal wat calorieën extra nodig als er met Trykers en zonder vizier wordt gereden. Met vizier en GoCycles verbruikt de fietser op de vlakke weg gedurende 200 km totaal 2043 Kcal. Zonder vizier en met Trykers 2420 Kcal. Dat is een verschil van 377 Kcal of wel 5 sneden bruinbrood meer dan wat je toch al naar binnen werkt.
Lexan is in de VS plenty te krijgen. Het model is eenvoudig, een strip van 9 cm breed en 82 cm lang. De uiteinden schuin afknippen en een enkele lip in het midden maken. Enkele stukjes klittenband en de 20 Watt winst is gerealiseerd.
De mannen en een vrouw hebben hun reis grondig voorbereid, reken daar maar op.
Toch vraag ik me af of zij wel het onderste uit de kan hebben gehaald om de lange dagtochten van vaak 200 km en meer, met zo weinig mogelijk inspanning te volbrengen.
Het is al weer even geleden dat ik een spectaculaire snelheidswinst aantoonde in het lage snelheidsbereik met een nieuw type minivizier. Enkele ROAM gangers hebben een dergelijk mini vizier besteld en nog enkele hebben deze zelf gemaakt.
De overgrote meerderheid heeft dit niet geregeld. Ze laten dus een snelheidswinst van bijna 4 km/u bij een laag vermogen van rond 100 Watt gewoon liggen. In Ieder geval gaat er zonder mini vizier rond 20 Watt vermogen verloren bij rijden rond 30 km/u met de Quest, Strada en Mango. De overgrote meerderheid van de deelnemers rijdt in één van deze velomobielen. Zie hiervoor:
http://wimschermer.blogspot.com/2011/07/spectaculaire-snelheidswinst-door.html
Dan de banden. Ik zou de reis beginnen met GoCycles of F-Lite banden. Deze banden lopen bijzonder licht en zijn heel goed bestand tegen insnijding door steentjes en andere rotzooi in de berm van grote wegen. Ik reed vorig jaar 2300 km rondom Ierland over slechte wegen en bermen van autowegen. Niet één keer lek gereden. Ook andere fietsers rapporteren 4000 en meer kilometers zonder lek.
Nu Schwalbe de nieuwe Tryker aan de deelnemers beschikbaar heeft gesteld, zullen de fietsers niet met de lichtst lopende band van start gaan. Laten we eens uitrekenen wat het betekent in vergelijking met de GoCycle/F-Lite. De gisteren gemeten uitrolafstand van een GoCycle op 5 bar is 27,03 meter. De Tryker rolt op 6 bar 21,33 meter uit. De GoCycle rolt dus 26,7% lichter.
Een standaard glasvezel Quest heeft 170 Watt nodig om 39,9 km/u te bereiken. Daarvan is 65 Watt nodig om de rolweerstand van de banden te overwinnen. Met 2 lichtlopende GoCycle banden kun je dit met 26,7/3*2 %, ofwel 17,8 % verlagen. In Watts is er dus 17,8% van 65 Watt ofwel 11,6 Watt te verdienen.
Ik schat in dat de kruissnelheid tijdens ROAM tussen 30 en 33 km/u zal bedragen. Dan wordt het aandeel rolweerstand versus luchtweerstand relatief nog veel gunstiger voor lichtlopende banden.
Alles overziende kunnen de deelnemers door enkele simpele ingrepen, vizier en lichtlopende banden, zo'n 31 Watt vermogen besparen. Om met een 36 kg standaard Quest 32,3 km/u te bereiken is 100 Watt nodig. Met lichtlopende banden en een vizier heb je aan 69 Watt al voldoende om dezelfde snelheid te bereiken. Dat is bijna een derde deel minder benodigd vermogen. Voor die fietsers die op Trykers rijden zonder vizier, kunnen het gevoel te rijden op GoCycles en met vizier simuleren door 26,4 km/u te rijden. Let wel, je collega's met vizier en GoCycles rijden dan al 32,3 km/u.
Met vizier en GoCycles kun je dus zo'n 6 km/u verdienen, een cijfer dat wordt gestaafd door de eerdere hartslagmetingen met GoCycle en Triker, alsmede de metingen met en zonder vizier.
Voor de Mango is het verhaal iets anders, er kunnen geen GoCycles/F-lites om de voorwielen. Er kunnen wel Kojaks onder. Die lopen op 7 bar (max officieel 6,5 bar) toch mooi 20,8% lichter dan de Tryker op 6 bar (maximum). Het voordeel van de twee Kojaks is 20,8/3*2 = 13,5 % ofwel 9 Watt. Samen met de winst van het vizier van 20 Watt toch mooi 29 Watt.
Mango rijders zonder vizier en met Trykers kunnen het gevoel van het rijden met vizier en GoCycles simuleren door 26,9 km/u te rijden. Wederom, je collega's rijden met vizier en GoCycles dan al 32,3 km/u.
Het is mij er niet om te doen om Schwalbe dwars te zitten. Ik heb Maarten Heckman, toen hij me vertelde dat Schwalbe de banden zou sponsoren, desgevraagd geadviseerd te kiezen voor Schwalbe Kojaks. Mochten deze door doorns of glas teveel lek raken, dan over te schakelen op Schwalbe Marathon Plus. Stevig opgepompt lopen die redelijk en gaan zeker niet lek. Ik zou van harte de nieuwe Schwalbe velomobielband hebben gepromoot. De Schwalbe Tryker is dat in mijn opinie zeker niet.
Ook zijn er nogal wat calorieën extra nodig als er met Trykers en zonder vizier wordt gereden. Met vizier en GoCycles verbruikt de fietser op de vlakke weg gedurende 200 km totaal 2043 Kcal. Zonder vizier en met Trykers 2420 Kcal. Dat is een verschil van 377 Kcal of wel 5 sneden bruinbrood meer dan wat je toch al naar binnen werkt.
Lexan is in de VS plenty te krijgen. Het model is eenvoudig, een strip van 9 cm breed en 82 cm lang. De uiteinden schuin afknippen en een enkele lip in het midden maken. Enkele stukjes klittenband en de 20 Watt winst is gerealiseerd.
woensdag 27 juli 2011
Bandentest 20" tire review
Vanmorgen spreken Kees van Hattem, Jan Geel en ik af op de Westdijk bij het Noord-Hollands kanaal. Daar is mooi asfalt, zie de detailfoto, en lange vlakke stukken. Ik laad de auto letterlijk tot het dak vol met de Velomobiel.nl meetwagen en plateau, banden, tafel en meetspullen. Het waait Bft 2 soms iets minder en met de oostelijke wind staat deze dwars op de testrichting. De temperatuur is rond 21 graden C.
Het testplateau zetten we nauwkeurig op 10 cm hoogte om al te lange uitrolafstanden te voorkomen. Ter bescherming van onszelf en andere weggebruikers, staat de auto op de weg. Iedereen die ons passeert moet dat op ruime afstand van ons meetplateau doen. Met iedere band zijn bij verschillende drukken minimaal twee runs gemaakt. Als de runs teveel verschilden, dit komt uitsluitend door de wind, wordt er minimaal nog één soms twee runs gemaakt. De runs die teveel verschilden, zowel qua hoge als lage afstand, worden weggelaten. De twee overblijvende runs worden gemiddeld. Dat zie je in het hieronder staande staatje.
Vandaag zijn de volgende banden aan de beurt:
- Schwalbe Tryker
- GoCycle
- F-Lite
- Greenspeed Duro
- Schwalbe Kojak
- Schwalbe Durano
- Panaracer Minits
Per band eerst een korte beschrijving.
Schwalbe Tryker
Deze band is bedoeld als een snelle allround band voor velomobielen en trikes. De specificaties daarvoor heb ik opgesteld en aan Schwalbe ter beschikking gesteld. De band wijkt helaas nogal af van de specificaties en dat heeft consequenties. Vast staat wel dat de band er mooi uit ziet, prima stuurt, een redelijk kleine draaicirkel heeft en uitstekend remt. Het comfort is beperkt en de snelheid is dat in vergelijking met de hartslagmethode met de GoCycle ook. Hoe de band zich in een rolproef manifesteert zie je in de tabel. De band legt met de hand goed om en centreert goed.
GoCycle
Dit is inmiddels een oude bekende die een heel goede reputatie heeft verworven, vooral m.b.t. comfort en snelheid. De band is met 280 gram heel licht en legt heel makkelijk om, eigenlijk te makkelijk. De band wil alleen goed centreren als je dit met de hand corrigeert als er nog maar heel weinig lucht in de band zit. De band heeft duidelijk zichtbaar in de wangen een radiale structuur. De band is hoog en 52 mm breed. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de draaicirkel die ruim 2 meter groter is dan van bijv. een Kojak. De band is behoorlijk lekbestendig tot 2/3 van de levensduur. Die is met 6000 tot 7000 km prima. De band is alleen te koop bij GoCycle zelf voor ongeveer 33 euro. Verzending is gratis.
F-Lite
Veel fietsers vinden bestellen van de GoCycle banden in Engeland veel gedoe. Flevobike heeft het initiatief genomen om de GoCycle onder de eigen naam F-lite te laten maken en in Nederland op de markt te brengen. De band ziet er tot in details uit als de GoCycle. Wel is de band met 305 gram precies 25 gram zwaarder. Omleggen gaat op precies dezelfde manier en ook de F-Lite is wat te ruim om de velg. De band is verkrijgbaar bij de Velomobielgarage Noord-Holland en Velomobiel.nl. De adviesprijs is € 34,50.
Greenspeed Duro
De Duro is een zware solide band die maar liefst 680 gram weegt. De band is bedoeld voor zware tandems en trikes. Ik steek mijn handen in het vuur dat dit inderdaad prima zal gaan. De band is gemaakt op basis van een motorfiets karkas en je ziet dat de band grotendeels radiaal van opzet is. De Duro is wel met de hand om de velg te leggen, eraf halen lukt niet. Bandenlichters niet vergeten dus. De band hebben we getest tot 8 bar en is dan 52 mm breed. Of de 25 mm velgen dat lang zullen uithouden is wel de vraag. Tijdens de test gaven ze in ieder geval geen krimp.
Schwalbe Kojak draad
Deze band is al vele jaren op de markt en heeft een mix van gemiddeld goede eigenschappen. Hij loopt redelijk licht, stuurt prima, remt goed en de draaicirkel wordt niet beperkt. Wel is bekend dat de zachte compound een ware steentjes magneet is. Vooral als de band voorbij de helft van zijn levensduur is, zijn bij nat weer de lekke banden niet van de lucht. De levensduur is, mede door de zachte compound, met 3000 tot 4500 km, beperkt. De band legt makkelijk om, maar moet wel even geholpen worden om goed te centreren.
Schwalbe Durano
Na de Stelvio is de Durano door Schwalbe uitgebracht. De levensduur is met 8000 tot 10000 km heel lang. De band legt makkelijk om, centreert heel mooi en is behoorlijk snel. De wegligging is door het kleine contactvlak met het wegdek, beperkt. De Durano heeft de kleinst mogelijk draaicirkel maar is niet heel comfortabel en wil graag in een richel of tramrail wegzakken. Dat levert soms schade op.
Panaracer Minits
De Minits zou een snelle band moeten zijn. Op het Duitse Velomobilforum wordt daar anders over gedacht. We hebben de band dus waarom niet even meetesten. Het is een heel compact vouwbandje dat makkelijk omlegt en er mooi uitziet. Dat dat niks met de snelheid te maken heeft zal straks blijken.
Binnenbanden
Op de 25 mm velgen zijn alle banden voorzien van Schwalbe SV7C binnenbanden, m.u.v. de Kojak. De Kojak, Durano en Minits zijn op de 19 mm velgen met Schwalbe SV6a banden getest. Er is geen gebruik gemaakt van talkpoeder en de banden zijn zonder montagevloeistof gemonteerd. De pomp is een SKS Rennkompressor waarvan de nauwkeurigheid binnen 0,1 bar is vastgesteld.
We hebben 25 mm en 19 mm wielen mee, o.m. om met name bij de Kojak te verifiëren of er op normaal wegdek verschillen in snelheid zijn. Kees had onze proeven op zijn weblog aangekondigd. Naast talloze onbekende fietsers kwamen ook Martin Merkelbag en de Muis langs. Kees beschrijft zijn jaloezie als de Muis even lief is voor Wim.
Resultaten en conclusies
Schwalbe Tryker
Mijn eerdere conclusie dat de Tryker niet de snelheid haalt die ik er van verwachtte wordt met de rolproeven van vandaag bevestigd. Met uitzondering van de Minits is de Tryker de traagste band in de test vandaag. De veel smallere Kojak is zelfs zo'n 10% sneller dan de Tryker. Waarvoor Schwalbe deze band bedoelt is mij een raadsel. Niet voor mij in elk geval.
GoCycle
De GoCycle maakt zijn reputatie weer waar. Al bij lage druk loopt de band licht en comfortabel. Voor wedstrijden kan de band tot een kleine 6 bar worden opgepompt. Voor toeren is 4,5 bar heerlijk. Niet zachter dan 4 bar, daaronder gaat de band in snelle bochten licht dweilen.
F-Lite
De eerste run jaagt Kees van Velomobielgarage Noor-Holland de stuipen op het lijf. Hij komt lang niet zo ver als de GoCycle. Zou de F-Lite dan toch een andere band zijn? Een van de wielen blijkt niet goed in de meetwagen te zitten. Kees slaakt een zucht van verlichting en hoeft de toorn van vrouwlief Marian niet te vrezen. De F-lite haalt globaal de afstanden van de GoCycle. De kleine verschillen die er zijn worden veroorzaakt doordat de F-Lites alle drie nieuw zijn en van de drie GoCycles er maar één nieuw was en de andere twee al 2000 km hebben gereden. Deels versleten banden lopen aantoonbaar lichter dan nieuwe banden.
Greenspeed Duro
De band blijkt lichter te lopen dan iedereen tevoren zou verwachten. Op 8 bar, de band ziet er dan imposant en breed uit, loopt de band zelfs lichter dan welke band ook. 8 bar is evenwel voor de gemiddelde velg te veel van het goede. De Duro mag tot maximaal 7 bar worden opgepompt.
Schwalbe Kojak draad
De Kojak overtuigt nog steeds. De band is behoorlijk snel, duidelijk sneller dan de bredere nieuwe broer de Tryker.
Tijdens de tests binnen bleek er vrijwel geen verschil in rolweerstand tussen de 25 mm en 19 mm velgen. Ook buiten blijkt dat er nauwelijks verschil is in rolweerstand tussen de 25 en 19 mm velgen. Het voordeel van brede velgen, ik bewees dat eerder, is pas vanaf 40 mm brede banden 10% of meer. De Kojak heeft even boven 6 bar zijn maximum snelheid bereikt. Weliswaar loopt ie bij 7 bar nog een fractie lichter, maar bij 8 bar levert het verder niks op. Daniel Fenn van de Evo's racet met Kojaks op 11 bar. Dan zou ie heel snel zijn. Nou, vergeet het maar. Op 10 bar loopt de band zelfs minder licht dan op 8 bar. Ook de 19 mm velg vindt het niet prettig.
Schwalbe Durano
Blijkt wederom behoorlijk snel te zijn. Ook de Durano's lopen niet veel lichter naar mate je ze harder oppompt. Voor racen op een heel gladde baan met veel bochten is dit een goede band.
Panaracer Minits
Dit mooie Japanse bandje loopt heel matig. Op 10 bar even snel als de Kojak op 5 bar, dat zijn geen waarden om trots op te zijn.
Wegdek
Het wegdek is in hoge mate bepalend voor de rolweerstand. Op het wegdek waarop we vandaag hebben getest, een mooi asfalt met diep ingewalsd grit, zijn smalle harde banden in het voordeel. Op een ruw wegdek, stenen, tegels, om over kinderkopjes maar te zwijgen, zijn de bredere banden in het voordeel. In de toekomst kunnen we met de pendel bandentester al deze wegdekken snel na elkaar voor een test gebruiken.
Een woord van dank aan Kees en Jan. Inmiddels zijn we zo op elkaar ingespeeld dat we alle banden, per band op meestal drie, soms op vier verschillende drukken en steeds met minimaal twee runs per druk, in 4 uur hebben getest.
Ook een woord van dank aan Hans van Vugt van Elan. Hans stelde de Greenspeed Duro, de Panaracer Minits en de Schwalbe Tryker ter beschikking.
Het testplateau zetten we nauwkeurig op 10 cm hoogte om al te lange uitrolafstanden te voorkomen. Ter bescherming van onszelf en andere weggebruikers, staat de auto op de weg. Iedereen die ons passeert moet dat op ruime afstand van ons meetplateau doen. Met iedere band zijn bij verschillende drukken minimaal twee runs gemaakt. Als de runs teveel verschilden, dit komt uitsluitend door de wind, wordt er minimaal nog één soms twee runs gemaakt. De runs die teveel verschilden, zowel qua hoge als lage afstand, worden weggelaten. De twee overblijvende runs worden gemiddeld. Dat zie je in het hieronder staande staatje.
Vandaag zijn de volgende banden aan de beurt:
- Schwalbe Tryker
- GoCycle
- F-Lite
- Greenspeed Duro
- Schwalbe Kojak
- Schwalbe Durano
- Panaracer Minits
Per band eerst een korte beschrijving.
Schwalbe Tryker
Deze band is bedoeld als een snelle allround band voor velomobielen en trikes. De specificaties daarvoor heb ik opgesteld en aan Schwalbe ter beschikking gesteld. De band wijkt helaas nogal af van de specificaties en dat heeft consequenties. Vast staat wel dat de band er mooi uit ziet, prima stuurt, een redelijk kleine draaicirkel heeft en uitstekend remt. Het comfort is beperkt en de snelheid is dat in vergelijking met de hartslagmethode met de GoCycle ook. Hoe de band zich in een rolproef manifesteert zie je in de tabel. De band legt met de hand goed om en centreert goed.
GoCycle
Dit is inmiddels een oude bekende die een heel goede reputatie heeft verworven, vooral m.b.t. comfort en snelheid. De band is met 280 gram heel licht en legt heel makkelijk om, eigenlijk te makkelijk. De band wil alleen goed centreren als je dit met de hand corrigeert als er nog maar heel weinig lucht in de band zit. De band heeft duidelijk zichtbaar in de wangen een radiale structuur. De band is hoog en 52 mm breed. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de draaicirkel die ruim 2 meter groter is dan van bijv. een Kojak. De band is behoorlijk lekbestendig tot 2/3 van de levensduur. Die is met 6000 tot 7000 km prima. De band is alleen te koop bij GoCycle zelf voor ongeveer 33 euro. Verzending is gratis.
F-Lite
Veel fietsers vinden bestellen van de GoCycle banden in Engeland veel gedoe. Flevobike heeft het initiatief genomen om de GoCycle onder de eigen naam F-lite te laten maken en in Nederland op de markt te brengen. De band ziet er tot in details uit als de GoCycle. Wel is de band met 305 gram precies 25 gram zwaarder. Omleggen gaat op precies dezelfde manier en ook de F-Lite is wat te ruim om de velg. De band is verkrijgbaar bij de Velomobielgarage Noord-Holland en Velomobiel.nl. De adviesprijs is € 34,50.
Greenspeed Duro
De Duro is een zware solide band die maar liefst 680 gram weegt. De band is bedoeld voor zware tandems en trikes. Ik steek mijn handen in het vuur dat dit inderdaad prima zal gaan. De band is gemaakt op basis van een motorfiets karkas en je ziet dat de band grotendeels radiaal van opzet is. De Duro is wel met de hand om de velg te leggen, eraf halen lukt niet. Bandenlichters niet vergeten dus. De band hebben we getest tot 8 bar en is dan 52 mm breed. Of de 25 mm velgen dat lang zullen uithouden is wel de vraag. Tijdens de test gaven ze in ieder geval geen krimp.
Schwalbe Kojak draad
Deze band is al vele jaren op de markt en heeft een mix van gemiddeld goede eigenschappen. Hij loopt redelijk licht, stuurt prima, remt goed en de draaicirkel wordt niet beperkt. Wel is bekend dat de zachte compound een ware steentjes magneet is. Vooral als de band voorbij de helft van zijn levensduur is, zijn bij nat weer de lekke banden niet van de lucht. De levensduur is, mede door de zachte compound, met 3000 tot 4500 km, beperkt. De band legt makkelijk om, maar moet wel even geholpen worden om goed te centreren.
Schwalbe Durano
Na de Stelvio is de Durano door Schwalbe uitgebracht. De levensduur is met 8000 tot 10000 km heel lang. De band legt makkelijk om, centreert heel mooi en is behoorlijk snel. De wegligging is door het kleine contactvlak met het wegdek, beperkt. De Durano heeft de kleinst mogelijk draaicirkel maar is niet heel comfortabel en wil graag in een richel of tramrail wegzakken. Dat levert soms schade op.
Panaracer Minits
De Minits zou een snelle band moeten zijn. Op het Duitse Velomobilforum wordt daar anders over gedacht. We hebben de band dus waarom niet even meetesten. Het is een heel compact vouwbandje dat makkelijk omlegt en er mooi uitziet. Dat dat niks met de snelheid te maken heeft zal straks blijken.
Binnenbanden
Op de 25 mm velgen zijn alle banden voorzien van Schwalbe SV7C binnenbanden, m.u.v. de Kojak. De Kojak, Durano en Minits zijn op de 19 mm velgen met Schwalbe SV6a banden getest. Er is geen gebruik gemaakt van talkpoeder en de banden zijn zonder montagevloeistof gemonteerd. De pomp is een SKS Rennkompressor waarvan de nauwkeurigheid binnen 0,1 bar is vastgesteld.
We hebben 25 mm en 19 mm wielen mee, o.m. om met name bij de Kojak te verifiëren of er op normaal wegdek verschillen in snelheid zijn. Kees had onze proeven op zijn weblog aangekondigd. Naast talloze onbekende fietsers kwamen ook Martin Merkelbag en de Muis langs. Kees beschrijft zijn jaloezie als de Muis even lief is voor Wim.
Resultaten en conclusies
Schwalbe Tryker
Mijn eerdere conclusie dat de Tryker niet de snelheid haalt die ik er van verwachtte wordt met de rolproeven van vandaag bevestigd. Met uitzondering van de Minits is de Tryker de traagste band in de test vandaag. De veel smallere Kojak is zelfs zo'n 10% sneller dan de Tryker. Waarvoor Schwalbe deze band bedoelt is mij een raadsel. Niet voor mij in elk geval.
GoCycle
De GoCycle maakt zijn reputatie weer waar. Al bij lage druk loopt de band licht en comfortabel. Voor wedstrijden kan de band tot een kleine 6 bar worden opgepompt. Voor toeren is 4,5 bar heerlijk. Niet zachter dan 4 bar, daaronder gaat de band in snelle bochten licht dweilen.
F-Lite
De eerste run jaagt Kees van Velomobielgarage Noor-Holland de stuipen op het lijf. Hij komt lang niet zo ver als de GoCycle. Zou de F-Lite dan toch een andere band zijn? Een van de wielen blijkt niet goed in de meetwagen te zitten. Kees slaakt een zucht van verlichting en hoeft de toorn van vrouwlief Marian niet te vrezen. De F-lite haalt globaal de afstanden van de GoCycle. De kleine verschillen die er zijn worden veroorzaakt doordat de F-Lites alle drie nieuw zijn en van de drie GoCycles er maar één nieuw was en de andere twee al 2000 km hebben gereden. Deels versleten banden lopen aantoonbaar lichter dan nieuwe banden.
Greenspeed Duro
De band blijkt lichter te lopen dan iedereen tevoren zou verwachten. Op 8 bar, de band ziet er dan imposant en breed uit, loopt de band zelfs lichter dan welke band ook. 8 bar is evenwel voor de gemiddelde velg te veel van het goede. De Duro mag tot maximaal 7 bar worden opgepompt.
Schwalbe Kojak draad
De Kojak overtuigt nog steeds. De band is behoorlijk snel, duidelijk sneller dan de bredere nieuwe broer de Tryker.
Tijdens de tests binnen bleek er vrijwel geen verschil in rolweerstand tussen de 25 mm en 19 mm velgen. Ook buiten blijkt dat er nauwelijks verschil is in rolweerstand tussen de 25 en 19 mm velgen. Het voordeel van brede velgen, ik bewees dat eerder, is pas vanaf 40 mm brede banden 10% of meer. De Kojak heeft even boven 6 bar zijn maximum snelheid bereikt. Weliswaar loopt ie bij 7 bar nog een fractie lichter, maar bij 8 bar levert het verder niks op. Daniel Fenn van de Evo's racet met Kojaks op 11 bar. Dan zou ie heel snel zijn. Nou, vergeet het maar. Op 10 bar loopt de band zelfs minder licht dan op 8 bar. Ook de 19 mm velg vindt het niet prettig.
Schwalbe Durano
Blijkt wederom behoorlijk snel te zijn. Ook de Durano's lopen niet veel lichter naar mate je ze harder oppompt. Voor racen op een heel gladde baan met veel bochten is dit een goede band.
Panaracer Minits
Dit mooie Japanse bandje loopt heel matig. Op 10 bar even snel als de Kojak op 5 bar, dat zijn geen waarden om trots op te zijn.
Wegdek
Het wegdek is in hoge mate bepalend voor de rolweerstand. Op het wegdek waarop we vandaag hebben getest, een mooi asfalt met diep ingewalsd grit, zijn smalle harde banden in het voordeel. Op een ruw wegdek, stenen, tegels, om over kinderkopjes maar te zwijgen, zijn de bredere banden in het voordeel. In de toekomst kunnen we met de pendel bandentester al deze wegdekken snel na elkaar voor een test gebruiken.
Een woord van dank aan Kees en Jan. Inmiddels zijn we zo op elkaar ingespeeld dat we alle banden, per band op meestal drie, soms op vier verschillende drukken en steeds met minimaal twee runs per druk, in 4 uur hebben getest.
Ook een woord van dank aan Hans van Vugt van Elan. Hans stelde de Greenspeed Duro, de Panaracer Minits en de Schwalbe Tryker ter beschikking.
dinsdag 26 juli 2011
Racekap afleveren en ontmoeting met Jos Pronk
Vanmiddag spreek ik in Den Oever af met Tom Hospes. Tom zal daar, na 68 kilometer rijden vanuit Balk, zijn spierwitte racekap in ontvangst nemen. Ik vertrek van huis en denk direct met een zachte band te rijden. Dat klopt en ik verwissel de GoCycle voor een nieuwe. Op de heenweg via Heerhugowaard zie ik in de verte een bijzonder felle en lage koplamp. Dat moet wel een Quest zijn. Het blijken er zelfs twee te zijn, Pé rijdt in Kees' kielzog. We praten even en gaan weer onderweg. Met de racekap is het makkelijk steeds rond 43 km/u te rijden.
Op het parkeerterrein bij de haven van Den Oever is Tom al present. Hij vindt de kap heel mooi maar past er maar net onder.
Na een praatje en een foto rijdt Tom de Afsluitdijk weer op. Ik ga via Middenmeer, nu met alleen het mini-vizier, richting zuid.
Ik experimenteer wat met het volgen van de luchtstroom die door het vizier tot heel ver naar achteren wordt geleid. Met een enkele vinger kan ik overal precies het punt vinden waar de luchtstroom wordt begrensd. Dit is niet alleen vlak achter het vizier, maar tot zeker een halve meter naar achteren. Dat verklaart de grote effectiviteit van het mini vizier.
Dan gaat het licht regenen en ik zet de schuimkap erop. Ik vind het maar een benauwde bedoening.
In Alkmaar staat plotseling een mountainbiker naast me. Hij vindt de Quest prachtig en vraagt honderduit. De man blijkt Jos Pronk te zijn, 63 jaar en woonachtig in De Rijp. Jos vraagt of ik zijn naam ken. Welzeker, Jos was ooit een gevreesd man in het marathon schaatsen. Jos gaat naar Alkmaar, ik naar De Woude. Na 118 kilometer kan de Quest weer in zijn warme onderkomen.
Vanavond ga ik naar Oostzaan. Patrick, één van de directeuren van Medipoort Zaandam en Krommenie, kan me waarschijnlijk helpen aan metalen platen voor het contragewicht voor het banden pendel apparaat. Dat blijkt te kloppen. Patrick heeft ruim voldoende platen van 3,7 kg ieder om 80 kg gewicht samen te stellen.
Op het parkeerterrein bij de haven van Den Oever is Tom al present. Hij vindt de kap heel mooi maar past er maar net onder.
Na een praatje en een foto rijdt Tom de Afsluitdijk weer op. Ik ga via Middenmeer, nu met alleen het mini-vizier, richting zuid.
Ik experimenteer wat met het volgen van de luchtstroom die door het vizier tot heel ver naar achteren wordt geleid. Met een enkele vinger kan ik overal precies het punt vinden waar de luchtstroom wordt begrensd. Dit is niet alleen vlak achter het vizier, maar tot zeker een halve meter naar achteren. Dat verklaart de grote effectiviteit van het mini vizier.
Dan gaat het licht regenen en ik zet de schuimkap erop. Ik vind het maar een benauwde bedoening.
In Alkmaar staat plotseling een mountainbiker naast me. Hij vindt de Quest prachtig en vraagt honderduit. De man blijkt Jos Pronk te zijn, 63 jaar en woonachtig in De Rijp. Jos vraagt of ik zijn naam ken. Welzeker, Jos was ooit een gevreesd man in het marathon schaatsen. Jos gaat naar Alkmaar, ik naar De Woude. Na 118 kilometer kan de Quest weer in zijn warme onderkomen.
Vanavond ga ik naar Oostzaan. Patrick, één van de directeuren van Medipoort Zaandam en Krommenie, kan me waarschijnlijk helpen aan metalen platen voor het contragewicht voor het banden pendel apparaat. Dat blijkt te kloppen. Patrick heeft ruim voldoende platen van 3,7 kg ieder om 80 kg gewicht samen te stellen.
maandag 25 juli 2011
Oscillerend banden test apparaat, pendel
Banden testen is een hachelijke bezigheid. Er zijn enorm veel variabelen in het spel die de betrouwbaarheid van het eindresultaat beïnvloeden. Het begint al met de ondergrond. Vloertegels, glad asfalt of ruwe straatstenen geven totaal verschillende resultaten met dezelfde band. De temperatuur is van groot belang. Zelfs enkele graden temperatuurverschil beïnvloeden de resultaten sterk. De vochtigheid van de ondergrond heeft een belangrijk effect op onder meer microslip.
De wind speelt buiten een heel grote rol. Buiten is testen met windsterkten sterker dan Bft 2 uit den boze. Dit zijn de omstandigheden.
Het apparaat waarmee getest wordt kan ook een belangrijke verstorende factor zijn. Het rijden met bijv. een velomobiel van een helling levert een variabele luchtweerstand op. Zelfs lagers kunnen een factor zijn.
De meetwagen van Velomobiel.nl voor gebruik binnen lost enkele problemen op, maar lagerweerstand en uitlijning kunnen het resultaat makkelijk verstoren. Een probleem is dat de locatie niet meer beschikbaar is en nieuwe vergelijkende proeven dus niet meer kunnen worden uitgevoerd.
Zijn er alternatieven? Alle bandenfabrikanten gebruiken een rollenbank testmachine. Een dergelijke rollenband is alleen redelijk betrouwbaar als de rol heel groot is. Bij kleinere rollenbanken ontstaat er een niet-representatieve indrukking van de band. Rollenbanken zijn dure machines die een privé persoon voor zijn hobby niet kan verantwoorden.
In het boek 'The world's most fuel efficient vehicle' staat een banden test apparaat dat aan veel bezwaren van de tot nu toe gebruikte methode een eind maakt. Het is een apparaat dat bestaat uit twee wielen die door een as aan elkaar zijn verbonden. Het geheel is star, dus de wielen zitten muurvast aan elkaar. Excentrisch wordt een gewicht tussen de beide wielen bevestigd.
Er zit een stang met een knop op waarmee het geheel naar één kant kan worden getrokken. Dan wordt de stang losgelaten en gaat het geheel heen en weer bewegen. Gelijktijdig wordt de stopwatch ingedrukt en als het geheel weer stilstaat wordt de tijd gestopt. Hoe langer het apparaat oscilleert hoe lager de rolweerstand. Testen kunnen makkelijk zowel binnen als buiten plaats vinden. Veel meer ruimte dan 30 x 30 cm is niet nodig.
Het apparaat blijkt in de praktijk bij de testen voor de in het boek beschreven testwagen Paccar II prima te werken. De Paccar II bleek te kunnen beschikken over Michelin 406 tubeless radiaal banden met een rolweerstand van 0,00081. De snelste voorband die we nu kennen, de GoCycle heeft een rolweerstand van 0,00284. Zelfs de lichtst lopende band die we nu gebruiken, de GoCycle, loopt dus nog altijd 3x zo zwaar als de Michelin band.
Er is dus nog heel veel winst te boeken.
Vanmiddag ben ik bij Velomobiel.nl voor het afleveren van enkele toer- en racekappen. Op mijn vraag of Allert bereid is zo'n apparaat voor me te maken, is ie dat direct. Wel brainstormen we over een oplossing waar de wielen snel kunnen worden verwisseld. We besluiten een dikke centrale pijp te gebruiken waarin assen worden gezet waar de wielen zonder lagers goed op passen. Met een simpele moer worden de wielen vastgezet. Hiermee kunnen zowel 20 als 26 inch wielen worden gemonteerd.
Voor 20 inch zullen zowel 19 mm als 25 mm velgen worden ingespaakt.
De gewichten zullen bestaan uit halter gewichten tot een totaal gewicht van tussen 75 en 80 kg. Uitgangspunt is een velomobiel van 30 kg en bestuurder van 80 kg. Totaal 110 kg gedeeld door drie maal twee maakt dat de testwielen dezelfde belasting krijgen als een velomobiel met bestuurder.
We zullen ter vergelijking binnenkort een aantal banden, waaronder de Tryker, testen door middel van rolproeven. Hiermee kan ik de referentie met het oscillerende apparaat realiseren.
De wind speelt buiten een heel grote rol. Buiten is testen met windsterkten sterker dan Bft 2 uit den boze. Dit zijn de omstandigheden.
Het apparaat waarmee getest wordt kan ook een belangrijke verstorende factor zijn. Het rijden met bijv. een velomobiel van een helling levert een variabele luchtweerstand op. Zelfs lagers kunnen een factor zijn.
De meetwagen van Velomobiel.nl voor gebruik binnen lost enkele problemen op, maar lagerweerstand en uitlijning kunnen het resultaat makkelijk verstoren. Een probleem is dat de locatie niet meer beschikbaar is en nieuwe vergelijkende proeven dus niet meer kunnen worden uitgevoerd.
Zijn er alternatieven? Alle bandenfabrikanten gebruiken een rollenbank testmachine. Een dergelijke rollenband is alleen redelijk betrouwbaar als de rol heel groot is. Bij kleinere rollenbanken ontstaat er een niet-representatieve indrukking van de band. Rollenbanken zijn dure machines die een privé persoon voor zijn hobby niet kan verantwoorden.
In het boek 'The world's most fuel efficient vehicle' staat een banden test apparaat dat aan veel bezwaren van de tot nu toe gebruikte methode een eind maakt. Het is een apparaat dat bestaat uit twee wielen die door een as aan elkaar zijn verbonden. Het geheel is star, dus de wielen zitten muurvast aan elkaar. Excentrisch wordt een gewicht tussen de beide wielen bevestigd.
Er zit een stang met een knop op waarmee het geheel naar één kant kan worden getrokken. Dan wordt de stang losgelaten en gaat het geheel heen en weer bewegen. Gelijktijdig wordt de stopwatch ingedrukt en als het geheel weer stilstaat wordt de tijd gestopt. Hoe langer het apparaat oscilleert hoe lager de rolweerstand. Testen kunnen makkelijk zowel binnen als buiten plaats vinden. Veel meer ruimte dan 30 x 30 cm is niet nodig.
Het apparaat blijkt in de praktijk bij de testen voor de in het boek beschreven testwagen Paccar II prima te werken. De Paccar II bleek te kunnen beschikken over Michelin 406 tubeless radiaal banden met een rolweerstand van 0,00081. De snelste voorband die we nu kennen, de GoCycle heeft een rolweerstand van 0,00284. Zelfs de lichtst lopende band die we nu gebruiken, de GoCycle, loopt dus nog altijd 3x zo zwaar als de Michelin band.
Er is dus nog heel veel winst te boeken.
Vanmiddag ben ik bij Velomobiel.nl voor het afleveren van enkele toer- en racekappen. Op mijn vraag of Allert bereid is zo'n apparaat voor me te maken, is ie dat direct. Wel brainstormen we over een oplossing waar de wielen snel kunnen worden verwisseld. We besluiten een dikke centrale pijp te gebruiken waarin assen worden gezet waar de wielen zonder lagers goed op passen. Met een simpele moer worden de wielen vastgezet. Hiermee kunnen zowel 20 als 26 inch wielen worden gemonteerd.
Voor 20 inch zullen zowel 19 mm als 25 mm velgen worden ingespaakt.
De gewichten zullen bestaan uit halter gewichten tot een totaal gewicht van tussen 75 en 80 kg. Uitgangspunt is een velomobiel van 30 kg en bestuurder van 80 kg. Totaal 110 kg gedeeld door drie maal twee maakt dat de testwielen dezelfde belasting krijgen als een velomobiel met bestuurder.
We zullen ter vergelijking binnenkort een aantal banden, waaronder de Tryker, testen door middel van rolproeven. Hiermee kan ik de referentie met het oscillerende apparaat realiseren.
woensdag 20 juli 2011
Test Schwalbe Tryker HPV velomobielband
Ik heb de Schwalbe HPV Tryker nu ruim 300 km onder mijn Quest. Mijn eerste indruk is dat de band niet snel is en niet heel comfortabel is. Het accelereren verloopt moeizaam en op slecht wegdek verliest de Tryker veel snelheid. Positief is dat de band uitstekend stuurt, een kleine draaicirkel heeft en formidabel remt. Ik moest vorige week van een viaduct omlaag met 52 km/u een noodstop maken. Een GoCycle zou ik waarschijnlijk opgerookt hebben, de Tryker leverde zonder protest een uitstekende remvertraging.
Mijn inschatting is dat ik tussen 8 en 10 hartslagen meer nodig heb om de Quest met Tryker banden op dezelfde snelheid te houden in vergelijking met de GoCycle.
Tijd voor een vergelijkende test.
Vandaag is het prachtig zonnig weer, rond 2 Bft wind die ook nog eens precies dwars op mijn rijrichting staat. Ik gebruik weer het fietspad langs de Markervaart. Het asfalt is in redelijk goede staat, een prima wegdek voor een realistische test.
Ik besluit de metingen weer met de hartslagmeter te doen met hartslagfrequenties van 110 en 130.
De Quest is in toer trim met het nieuwe minivizier. De Tryker banden worden op precies 6 bar gezet, het maximum dat Schwalbe adviseert. De achterband is voor alle testruns een Furious Fred op 5 bar.
De computer staat op 154 cm. Dit levert op de Garmin Montana die ik als referentie mee heb, na 8 runs en 23 km een verwaarloosbaar verschil op van 0,04 km.
Ik maak vier runs, twee naar het zuiden, twee naar het noorden. De runs zijn steeds 2,5 km lang waardoor het stabiliseren van de hartslag prima gaat. Ik trap steeds dezelfde versnellingscombinatie, voor het grote 57-tands blad, achter de op twee na zwaarste versnelling.
Na de benodigde acht runs met de Tryker neem ik de pont en leg de GoCycles erom. Deze banden zijn 2000 km gebruikt en het loopvlak vertoont nog sporen van de oorspronkelijke heel lage profilering. De GoCycles zet ik op 5 bar. De GoCycle site adviseert de banden niet harder op te pompen dan tot maximaal 5,5 bar.
De computer zet ik op de mij al bekende waarde van 160 cm. Dit blijkt na 8 runs werkelijk tot op 0,01 km te kloppen.
Het eerste dat me opvalt is de rust in de Quest. De hinderlijk rammelende lichte carbon kettingafscherming bij het rijden met de Tryker is het zwijgen opgelegd. De acceleratie is weer als vanouds mooi snel en makkelijk.
En nu de resultaten
Vier runs met hartslag 110
De Tryker komt aan een gemiddelde snelheid van 32,0 km/u
De GoCycle haalt een gemiddelde snelheid van 35,1 km/u
Het verschil is 3,1 km/u of 9,7 % snelheidsvoordeel voor de GoCycle.
Vervolgens dezelfde vier runs met hartslag 130
De Tryker komt aan een gemiddelde snelheid van 39,9 km/u
De GoCycle haalt een gemiddelde snelheid van 42,4 km/u
Het verschil is 2,5 km/u of 6,3 % snelheidsvoordeel voor de GoCycle.
In benodigd vermogen in Watt zijn de verschillen groot. Bij de snelheden die ik met de Tryker rij is tussen 19,5 en 21,5 Watt minder vermogen nodig als de GoCycles eronder liggen. 19,5 Watt bij hartslag 110, 21,5 Watt bij hartslag 130.
Dit zijn echt heel grote verschillen. Het kleinere verschil in snelheidswinst tussen de resultaten met hartslag 110 en 130 wordt veroorzaakt doordat de luchtweerstand kwadratisch toeneemt met het toenemen van de snelheid. De rolweerstand neemt lineair toe met het toenemen van de snelheid. Hoe harder je gaat, hoe kleiner het snelheidsverschil.
Nou zullen veel lezers zich afvragen waarom de Schwalbe Tryker niet goed presteert. 'Schwalbe heeft de band toch gemaakt naar de specificaties die jij hebt opgesteld?'. Die specificaties kloppen wel, maar helaas heeft Schwalbe er niet veel mee gedaan.
Allereerst is de band niet radiaal, maar diagonaal. Daar zit het grootste 'verlies'. Dan is de band vierkant gemaakt in plaats van zuiver cilindrisch. Ook zit er profiel op dat niet nodig is. Profiel levert meer zogenaamde microslip op en deze microslip is verantwoordelijk voor 10% van de totale rolweerstand. Tenslotte heeft Schwalbe de Tryker als vouwband gemaakt, terwijl draadbanden een 10% lagere rolweerstand hebben.
Jammer is dat Schwalbe tijdens de ontwikkeling van de band geen tussentijds overleg met mij heeft gehad. Ook is er tussentijds geen enkele proefversie ter beschikking gesteld.
Nu is de band klaar en wordt eind augustus op de Eurobike gepresenteerd.
Blijkens de eigen foto's van Schwalbe was de Tryker vorig jaar juli al klaar. Schwalbe had de band beter een jaar eerder aan mij beschikbaar kunnen stellen. Dan had er een veel beter product kunnen worden gemaakt.
Schwalbe moet mijn specificaties er nog maar eens bijpakken, zeer uitgebreid, gemotiveerd en in het Duits, en opnieuw beginnen.
Ik zou de Tryker graag in de webwinkel verkopen, dat zal nu vooralsnog niet gebeuren. Bij voldoende belangstelling misschien toch maar de lookalike van de GoCycle, de F-lite opnemen in de webwinkel? Kan ik zelf de banden ook wat voordeliger in handen krijgen :).
Mijn inschatting is dat ik tussen 8 en 10 hartslagen meer nodig heb om de Quest met Tryker banden op dezelfde snelheid te houden in vergelijking met de GoCycle.
Tijd voor een vergelijkende test.
Vandaag is het prachtig zonnig weer, rond 2 Bft wind die ook nog eens precies dwars op mijn rijrichting staat. Ik gebruik weer het fietspad langs de Markervaart. Het asfalt is in redelijk goede staat, een prima wegdek voor een realistische test.
Ik besluit de metingen weer met de hartslagmeter te doen met hartslagfrequenties van 110 en 130.
De Quest is in toer trim met het nieuwe minivizier. De Tryker banden worden op precies 6 bar gezet, het maximum dat Schwalbe adviseert. De achterband is voor alle testruns een Furious Fred op 5 bar.
De computer staat op 154 cm. Dit levert op de Garmin Montana die ik als referentie mee heb, na 8 runs en 23 km een verwaarloosbaar verschil op van 0,04 km.
Ik maak vier runs, twee naar het zuiden, twee naar het noorden. De runs zijn steeds 2,5 km lang waardoor het stabiliseren van de hartslag prima gaat. Ik trap steeds dezelfde versnellingscombinatie, voor het grote 57-tands blad, achter de op twee na zwaarste versnelling.
Na de benodigde acht runs met de Tryker neem ik de pont en leg de GoCycles erom. Deze banden zijn 2000 km gebruikt en het loopvlak vertoont nog sporen van de oorspronkelijke heel lage profilering. De GoCycles zet ik op 5 bar. De GoCycle site adviseert de banden niet harder op te pompen dan tot maximaal 5,5 bar.
De computer zet ik op de mij al bekende waarde van 160 cm. Dit blijkt na 8 runs werkelijk tot op 0,01 km te kloppen.
Het eerste dat me opvalt is de rust in de Quest. De hinderlijk rammelende lichte carbon kettingafscherming bij het rijden met de Tryker is het zwijgen opgelegd. De acceleratie is weer als vanouds mooi snel en makkelijk.
En nu de resultaten
Vier runs met hartslag 110
De Tryker komt aan een gemiddelde snelheid van 32,0 km/u
De GoCycle haalt een gemiddelde snelheid van 35,1 km/u
Het verschil is 3,1 km/u of 9,7 % snelheidsvoordeel voor de GoCycle.
Vervolgens dezelfde vier runs met hartslag 130
De Tryker komt aan een gemiddelde snelheid van 39,9 km/u
De GoCycle haalt een gemiddelde snelheid van 42,4 km/u
Het verschil is 2,5 km/u of 6,3 % snelheidsvoordeel voor de GoCycle.
In benodigd vermogen in Watt zijn de verschillen groot. Bij de snelheden die ik met de Tryker rij is tussen 19,5 en 21,5 Watt minder vermogen nodig als de GoCycles eronder liggen. 19,5 Watt bij hartslag 110, 21,5 Watt bij hartslag 130.
Dit zijn echt heel grote verschillen. Het kleinere verschil in snelheidswinst tussen de resultaten met hartslag 110 en 130 wordt veroorzaakt doordat de luchtweerstand kwadratisch toeneemt met het toenemen van de snelheid. De rolweerstand neemt lineair toe met het toenemen van de snelheid. Hoe harder je gaat, hoe kleiner het snelheidsverschil.
Nou zullen veel lezers zich afvragen waarom de Schwalbe Tryker niet goed presteert. 'Schwalbe heeft de band toch gemaakt naar de specificaties die jij hebt opgesteld?'. Die specificaties kloppen wel, maar helaas heeft Schwalbe er niet veel mee gedaan.
Allereerst is de band niet radiaal, maar diagonaal. Daar zit het grootste 'verlies'. Dan is de band vierkant gemaakt in plaats van zuiver cilindrisch. Ook zit er profiel op dat niet nodig is. Profiel levert meer zogenaamde microslip op en deze microslip is verantwoordelijk voor 10% van de totale rolweerstand. Tenslotte heeft Schwalbe de Tryker als vouwband gemaakt, terwijl draadbanden een 10% lagere rolweerstand hebben.
Jammer is dat Schwalbe tijdens de ontwikkeling van de band geen tussentijds overleg met mij heeft gehad. Ook is er tussentijds geen enkele proefversie ter beschikking gesteld.
Nu is de band klaar en wordt eind augustus op de Eurobike gepresenteerd.
Blijkens de eigen foto's van Schwalbe was de Tryker vorig jaar juli al klaar. Schwalbe had de band beter een jaar eerder aan mij beschikbaar kunnen stellen. Dan had er een veel beter product kunnen worden gemaakt.
Schwalbe moet mijn specificaties er nog maar eens bijpakken, zeer uitgebreid, gemotiveerd en in het Duits, en opnieuw beginnen.
Ik zou de Tryker graag in de webwinkel verkopen, dat zal nu vooralsnog niet gebeuren. Bij voldoende belangstelling misschien toch maar de lookalike van de GoCycle, de F-lite opnemen in de webwinkel? Kan ik zelf de banden ook wat voordeliger in handen krijgen :).
maandag 18 juli 2011
Quest stiller door rubber strip tussen top en body
Peter Colbers, Quest rijder, schrijft me het volgende:
Hallo Wim,
Door schade aan de Quest heb ik de kap eraf gehaald (overspuiten), wat een pokkenwerk om de siliconenkit eraf te krijgen. Aangezien ik over een tijdje de Quest wil retrofitten met een knipperlichtinstallatie heb ik gezocht naar een andere manier om de beide helften mooi op elkaar te monteren. Dit door er een 0.5 mm rubberen strip (shore A 60) tussen te leggen.
Het resultaat is dat de fiets veel stiller is geworden, doordat de klankkast is onderbroken.
Vooral op klinkerwegen is het resultaat verbluffend. Het harde blikkerige geluid is grotendeels verdwenen en bij ver inveren van de achterbrug is het geluid heel dof zoals bij een auto.
De siliconenkit die Velomobiel aanbrengt wordt bij de schroefjes volledig weggeduwd daar blijf je dus contactgeluid hebben.
Ik weet nog niet of ik het zo ga laten, ik kan mij voorstellen dat iets van de torsiestijfheid ingeleverd wordt (aan de andere kant: het rubber geeft de energie gewoon weer terug). De centrale aluminiumbuis waar de trapas aan vast zit beweegt in elk geval niet.
Is dit misschien al eens eerder geprobeerd?
Groet, Peter
Ik denk dat het inderdaad een goed alternatief is voor de siliconenkit. Als de top er een keer af moet, dan is dat een heel gemartel.
Met een dunne rubberstrip is dat gedoe over en als ook het lawaai wordt ingedamd is het helemaal prima.
Vraag blijft, wie heeft het eerder gedaan en bevalt het?
Voor de liefhebbers heeft Peter een aantal strippen in de aanbieding, gratis.
Hallo Wim,
Door schade aan de Quest heb ik de kap eraf gehaald (overspuiten), wat een pokkenwerk om de siliconenkit eraf te krijgen. Aangezien ik over een tijdje de Quest wil retrofitten met een knipperlichtinstallatie heb ik gezocht naar een andere manier om de beide helften mooi op elkaar te monteren. Dit door er een 0.5 mm rubberen strip (shore A 60) tussen te leggen.
Het resultaat is dat de fiets veel stiller is geworden, doordat de klankkast is onderbroken.
Vooral op klinkerwegen is het resultaat verbluffend. Het harde blikkerige geluid is grotendeels verdwenen en bij ver inveren van de achterbrug is het geluid heel dof zoals bij een auto.
De siliconenkit die Velomobiel aanbrengt wordt bij de schroefjes volledig weggeduwd daar blijf je dus contactgeluid hebben.
Ik weet nog niet of ik het zo ga laten, ik kan mij voorstellen dat iets van de torsiestijfheid ingeleverd wordt (aan de andere kant: het rubber geeft de energie gewoon weer terug). De centrale aluminiumbuis waar de trapas aan vast zit beweegt in elk geval niet.
Is dit misschien al eens eerder geprobeerd?
Groet, Peter
Ik denk dat het inderdaad een goed alternatief is voor de siliconenkit. Als de top er een keer af moet, dan is dat een heel gemartel.
Met een dunne rubberstrip is dat gedoe over en als ook het lawaai wordt ingedamd is het helemaal prima.
Vraag blijft, wie heeft het eerder gedaan en bevalt het?
Voor de liefhebbers heeft Peter een aantal strippen in de aanbieding, gratis.
zondag 17 juli 2011
Fortentocht 2011
De Fortenroute 2011 start vanmorgen vanuit De Woude. Als de pont om half 8 voor het eerst overvaart zijn er alleen maar velomobielen aan boord. Pé, Jan, Matthijs, Katinka, Jupp en Kees zijn ondanks de slechte weersverwachting present. De route in de Montana en rijden maar. Kees kent deze omgeving als zijn broekzak en gaat voorop.
Tot in de Beemster blijkt dat letterlijk alle bordjes Fortenroute zijn verwijderd. Geen idee waarom, maar vanaf dat moment mag ik voorop rijden. Het is wisselend bewolkt en het waait Bft 5. De zon laat zich regelmatig zien. We stoppen even voor een amazone die haar paard even later lopend in veiligheid brengt.
We rijden steeds rond de 30 tot 32 km/u, ook tegen de pittige wind in. Via Edam, Volendam, Monnickendam en Durgerdam, allemaal 'dammen' dus, rijden we de Schellingwouder bruggen over.
De weg langs het Amsterdam-Rijnkanaal is plotseling versperd. Op de Montana, het grote beeldscherm is heel prettig, is een omleiding snel gevonden. Dan gaat het op Muiden aan. Vervolgens rijden we over de vele smalle dijkwegen richting Abcoude. Daar houden we onze vaste stop voor koffie of iets anders.
In de verte tekenen de eerste donkere wolken zich af. We krijgen een eerste pittige bui over ons heen. Ik prijs me gelukkig met de racekap, tegenwoordig mag ie ook toerkap heten :). Ondanks de harde regen blijf ik lekker droog en kan goed blijven zien.
Jupp krijgt een lekke achterband en dat betekent even wachten. Matthijs heeft schandalig lekkere pepermunt en we snoepen daar lekker van. Het is bijzonder rustig langs de weg. Met mooi weer zijn de dijkweggetjes door medefietsers, joggers, wandelaars en paardrijdende meisjes bijzonder lastig te berijden. Het slechte weerbericht heeft blijkbaar veel mensen binnen gehouden.
Vlak voor Hoofddorp zijn mijn drie AA accuutjes in de Montana leeg en ik denk ze te verwisselen voor verse. Kennelijk pak ik een setje al eerder gebruikte accu's en krijg de Montana niet aan de gang. Kees reikt me 4 nieuwe accuutjes aan, maar die zijn al heel lang niet opgeladen en ook leeg. Dan maar even op de bonnefooi verder.
Kees rijdt voorop en prompt staan we midden in Hoofddorp.
Jupp weet wel de goede weg en al snel pauzeren we in het Hoofddorpse bos. Cees heeft nog enkele versie accuutjes en daarmee navigeren we wat makkelijker verder.
Een vriendelijke meneer wil wel een foto van ons maken. Dat heeft ie meer gedaan, want de kiekjes lukken prima. Wel staat Kees er twee keer met gesloten ogen op :).
We zeilen voor de wind redelijk tussen de buien door en zijn in de omgeving van Haarlem weer op bekender terrein.
Na pont Buitenhuis, waarop ik volgens goed gebruik snel in slaap val, gaat het langs de A9 naar Krommenie. Een ooievaar vliegt een tijdje met ons mee. Katinka is in Beverwijk afgeslagen, zij is bijna thuis.
In Krommenie krijgen we een pittige bui over ons heen. Met het vizier aan één kant wat lager hou ik de regen effectief buiten en kan toch uitstekend zien. Hooguit wat heel kleine druppeltjes stuifwater komen op mijn bril.
Pé gaat direct door, Kees, Matthijs en Cees drinken nog een kop koffie om daarna aan hun laatste etappe te beginnen. Cees Roozendaal zal totaal ruim 285 km hebben gereden.
Mooie snelle tocht.
Vandaag 180 km. Totaal nu 5150 km.
Update over de bordjes Fortenroute
Op de site van de Fietsersbond Amsterdam vind ik de volgende informatie:
ANWB rondritten exit?
In en rond de stad lopen vijf door de ANWB bewegwijzerde rondritten: de Fortenroute, Aeën- en Dieënroute, Geinroute, Amstelroute, Schellingwouderoute.
De dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (dIVV) in Amsterdam beschouwt het zgn. knooppuntennetwerk als een goed alternatief en vindt het niet nodig om meerdere systemen in stand te houden die (vrijwel) hetzelfde doel dienen.
Daarom overweegt men om de rondritbordjes te laten verwijderen.
De bordjes van de Fortenroute zijn al verwijderd.
Domme ambtenaren.
Tot in de Beemster blijkt dat letterlijk alle bordjes Fortenroute zijn verwijderd. Geen idee waarom, maar vanaf dat moment mag ik voorop rijden. Het is wisselend bewolkt en het waait Bft 5. De zon laat zich regelmatig zien. We stoppen even voor een amazone die haar paard even later lopend in veiligheid brengt.
We rijden steeds rond de 30 tot 32 km/u, ook tegen de pittige wind in. Via Edam, Volendam, Monnickendam en Durgerdam, allemaal 'dammen' dus, rijden we de Schellingwouder bruggen over.
De weg langs het Amsterdam-Rijnkanaal is plotseling versperd. Op de Montana, het grote beeldscherm is heel prettig, is een omleiding snel gevonden. Dan gaat het op Muiden aan. Vervolgens rijden we over de vele smalle dijkwegen richting Abcoude. Daar houden we onze vaste stop voor koffie of iets anders.
In de verte tekenen de eerste donkere wolken zich af. We krijgen een eerste pittige bui over ons heen. Ik prijs me gelukkig met de racekap, tegenwoordig mag ie ook toerkap heten :). Ondanks de harde regen blijf ik lekker droog en kan goed blijven zien.
Jupp krijgt een lekke achterband en dat betekent even wachten. Matthijs heeft schandalig lekkere pepermunt en we snoepen daar lekker van. Het is bijzonder rustig langs de weg. Met mooi weer zijn de dijkweggetjes door medefietsers, joggers, wandelaars en paardrijdende meisjes bijzonder lastig te berijden. Het slechte weerbericht heeft blijkbaar veel mensen binnen gehouden.
Vlak voor Hoofddorp zijn mijn drie AA accuutjes in de Montana leeg en ik denk ze te verwisselen voor verse. Kennelijk pak ik een setje al eerder gebruikte accu's en krijg de Montana niet aan de gang. Kees reikt me 4 nieuwe accuutjes aan, maar die zijn al heel lang niet opgeladen en ook leeg. Dan maar even op de bonnefooi verder.
Kees rijdt voorop en prompt staan we midden in Hoofddorp.
Jupp weet wel de goede weg en al snel pauzeren we in het Hoofddorpse bos. Cees heeft nog enkele versie accuutjes en daarmee navigeren we wat makkelijker verder.
Een vriendelijke meneer wil wel een foto van ons maken. Dat heeft ie meer gedaan, want de kiekjes lukken prima. Wel staat Kees er twee keer met gesloten ogen op :).
We zeilen voor de wind redelijk tussen de buien door en zijn in de omgeving van Haarlem weer op bekender terrein.
Na pont Buitenhuis, waarop ik volgens goed gebruik snel in slaap val, gaat het langs de A9 naar Krommenie. Een ooievaar vliegt een tijdje met ons mee. Katinka is in Beverwijk afgeslagen, zij is bijna thuis.
In Krommenie krijgen we een pittige bui over ons heen. Met het vizier aan één kant wat lager hou ik de regen effectief buiten en kan toch uitstekend zien. Hooguit wat heel kleine druppeltjes stuifwater komen op mijn bril.
Pé gaat direct door, Kees, Matthijs en Cees drinken nog een kop koffie om daarna aan hun laatste etappe te beginnen. Cees Roozendaal zal totaal ruim 285 km hebben gereden.
Mooie snelle tocht.
Vandaag 180 km. Totaal nu 5150 km.
Update over de bordjes Fortenroute
Op de site van de Fietsersbond Amsterdam vind ik de volgende informatie:
ANWB rondritten exit?
In en rond de stad lopen vijf door de ANWB bewegwijzerde rondritten: de Fortenroute, Aeën- en Dieënroute, Geinroute, Amstelroute, Schellingwouderoute.
De dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (dIVV) in Amsterdam beschouwt het zgn. knooppuntennetwerk als een goed alternatief en vindt het niet nodig om meerdere systemen in stand te houden die (vrijwel) hetzelfde doel dienen.
Daarom overweegt men om de rondritbordjes te laten verwijderen.
De bordjes van de Fortenroute zijn al verwijderd.
Domme ambtenaren.
zaterdag 16 juli 2011
Gezeur?
Ik doe nogal eens een meting hier en een meting daar. Als het om banden gaat mag ik inmiddels het genoegen smaken voor autoriteit door te gaan :). Maar niet iedereen is het met die autoriteit eens. Sommige lezers van mijn blog zijn het zelfs met mij oneens. Hoe durven ze! :)
Wat is er aan de hand? Sommige fietsers vragen mij om de wielomtrek van een GoCycle band. Ik weet al enige tijd dat dat 160 cm is.
Een oplettende lezer weet op mijn blog een eerdere posting te vinden waarin ik de GoCycle op 158 cm instelde. Ik wijt dat verschil aan het verschil in de breedte van de velg. De wielomtrek bij de brede velg is groter dan bij de smalle velg. De smalle velg snoert de band meer in en dus kan de band niet zijn maximale omtrek bereiken.
Dan komt er een lezer langs die van mening is dat juist de smalle velg een grotere wielomtrek tot gevolg moet hebben.
De lezer, Martin uit Badhoevedorp, meldt zich nederig dat ie komt zeuren. Hij haalt er alle denkbare argumenten bij en ik zet daar mijn argumenten tegenover. Martin is niet te overtuigen en meldt zich met 'gezeur 2' met nieuwe argumenten.
Daar sta je dan als autoriteit.
Maar er is een oplossing. Ik heb natuurlijk voor uitrolproeven zowel 19 mm als 25 mm velgen. Ook GoCycles heb ik uiteraard in voorraad. Ik leg eerst een gebruikte GoCycle om de smalle 19 mm velg en pomp het geheel op tot precies 5 bar. Band netjes omgelegd met montagevloeistof. Dan meet ik met een meetlint de omtrek en kom op 162 cm.
Dan verwijder ik diezelfde GoCycle van de smalle velg en leg de band om de brede velg. Ook deze combi gaat naar 5 bar en het meetlint komt op .... 163 cm.
Daarna doe ik de meting ook nog een keer met een nieuwe GoCycle. De metingen geven hetzelfde resultaat.
Conclusie: Brede velgen geven een grotere wielomtrek. Waarom is er dan een verschil tussen de metingen op de fiets en met de rolmaat? Ik denk dat dat komt omdat de band tijdens het afrollen op de weg wordt ingedrukt.
Martin? Gezeur nu echt over?
Leuk hé!
Wat is er aan de hand? Sommige fietsers vragen mij om de wielomtrek van een GoCycle band. Ik weet al enige tijd dat dat 160 cm is.
Een oplettende lezer weet op mijn blog een eerdere posting te vinden waarin ik de GoCycle op 158 cm instelde. Ik wijt dat verschil aan het verschil in de breedte van de velg. De wielomtrek bij de brede velg is groter dan bij de smalle velg. De smalle velg snoert de band meer in en dus kan de band niet zijn maximale omtrek bereiken.
Dan komt er een lezer langs die van mening is dat juist de smalle velg een grotere wielomtrek tot gevolg moet hebben.
De lezer, Martin uit Badhoevedorp, meldt zich nederig dat ie komt zeuren. Hij haalt er alle denkbare argumenten bij en ik zet daar mijn argumenten tegenover. Martin is niet te overtuigen en meldt zich met 'gezeur 2' met nieuwe argumenten.
Daar sta je dan als autoriteit.
Maar er is een oplossing. Ik heb natuurlijk voor uitrolproeven zowel 19 mm als 25 mm velgen. Ook GoCycles heb ik uiteraard in voorraad. Ik leg eerst een gebruikte GoCycle om de smalle 19 mm velg en pomp het geheel op tot precies 5 bar. Band netjes omgelegd met montagevloeistof. Dan meet ik met een meetlint de omtrek en kom op 162 cm.
Dan verwijder ik diezelfde GoCycle van de smalle velg en leg de band om de brede velg. Ook deze combi gaat naar 5 bar en het meetlint komt op .... 163 cm.
Daarna doe ik de meting ook nog een keer met een nieuwe GoCycle. De metingen geven hetzelfde resultaat.
Conclusie: Brede velgen geven een grotere wielomtrek. Waarom is er dan een verschil tussen de metingen op de fiets en met de rolmaat? Ik denk dat dat komt omdat de band tijdens het afrollen op de weg wordt ingedrukt.
Martin? Gezeur nu echt over?
Leuk hé!
vrijdag 15 juli 2011
Kreuzotter.de weer in de lucht
Kreuzotter.de was jarenlang een mooi hulpmiddel om bij verschillende vermogens te verwachten snelheden te berekenen.
De maker van de site Walter Zorn is helaas in 2009 overleden en daarna verdween de site uit de lucht.
David Hembrow, werkzaam bij Mango bouwer Sinner heeft de site aangepast om ook de verschillende Mango's van Sinner in de berekeningen op te nemen. Een loffelijk streven.
Wat mij toen opviel is dat de Mango Sport een wel heel snelle velomobiel moet zijn. Bij 160 Watt en snelle Rinkowksi banden banden wordt er bij mijn gewicht een snelheid uitgerekend van 43,2 km/u. Toch rekent de door David aangepaste site met banden met een rolweerstand van 0,00384. Dat komt in werkelijkheid ongeveer overeen met de rolweerstand van de 20" Perfect Moiree. Dat klopt in ieder geval dus niet.
Wim Eggels maakt mij er op attent dat de nabestaanden van Walter Zorn de site weer in de lucht hebben gebracht. Als ik met dezelfde gegevens de snelheid in de weer online staande Kreuzotter van de Quest uitreken, blijkt die 'maar' 44,2 km/u te halen. Dit terwijl de originele Kreuzotter.de met de Rinkowski banden terecht wel uitgaat van de extreem lage rolweerstand van 0,00218. Mijn 27,9 kg wegende superlichte Quest zou dus maar 1 km/u harder rijden dan de Mango Sport.
Ik ga er niet van uit dat David willens en wetens de gegevens in de aangepaste Kreuzotter heeft omgeknutseld om de Mango harder te laten rijden dan ie in werkelijkheid gaat. Toch wijken de gegevens van de door David aangepaste site nogal af in het voordeel van de Mango.
De realiteit is heel simpel, een Quest gaat bij snelheden boven 45 km/u gewoon 10 tot 15% sneller dan de snelste Mango. Vergelijk bijv. maar eens de snelheden van Harry Lieben met de Mango Sport en mij. Harry rijdt met de Mango Sport tijdens de uurs-race op Cycle Vision op de RDW baan een respectabele 47,6 km/u, ik 55,3 km/u. De verschillen zijn dus nogal wat groter dan David wil doen geloven.
Linker foto de weergave van de berekening van de Quest in de originele Kreuzotter.de
Rechter foto de berekening van de Mango Sport in de aangepaste Kreuzotter.de.
Fortentocht 2011 velomobieltocht
Komende zondag rijden we de zogenaamde Fortentocht. Totaal 180 km met als startpunt De Woude. Koffie op Woude 6 vanaf 7.45 uur. Vertrek even na 8.00 uur. Op bijgaande afdruk is de hele route te zien. Ik heb de route op enkele punten beperkt aangepast om bijv. te vermijden dat we bij Spijkerboor met de pont over moeten varen.
Ook de problemen die we vorig jaar hadden bij de passage van de A4 hebben, met hulp van Martin Merkelbag, tot een kleine aanpassing van de originele route geleid.
De snelheid zal rond of iets boven de 30 km/u liggen.
Let op. Ook zondag rijdt ALF, de Amsterdamse Liggers, dezelfde tocht. Zij vertrekken vanaf 9.00 uur vanaf het Centraal Station.
Ook de problemen die we vorig jaar hadden bij de passage van de A4 hebben, met hulp van Martin Merkelbag, tot een kleine aanpassing van de originele route geleid.
De snelheid zal rond of iets boven de 30 km/u liggen.
Let op. Ook zondag rijdt ALF, de Amsterdamse Liggers, dezelfde tocht. Zij vertrekken vanaf 9.00 uur vanaf het Centraal Station.
woensdag 13 juli 2011
Schwalbe Tryker HPV velomobielband voor test ontvangen
Vandaag ontvang ik de eerste drie Schwalbe Tryker HPV velomobielbanden. Toch wel een bijzonder moment dat mijn pogingen om een velomobielband te laten ontwikkelen uiteindelijk zijn geslaagd. Lijkt de band op wat ik gespecificeerd heb? Grotendeels wel, al zit er profiel op dat uiteraard volkomen zinloos is. Ik begrijp dat dat een commerciële afweging is. Profielloze banden worden in de VS niet verkocht. En deze banden zijn natuurlijk niet alleen voor Wim gemaakt.
Wat verder opvalt zijn het lage gewicht van rond 320 gram, de zeer stevige constructie en het feit dat het een vouwband is. Het loopvlak is heel stevig en de wangen mooi soepel. Er zit Raceguard anti-lek bescherming in zoals bijv. ook in Kojaks.
De band is volgens het opschrift geschikt voor een 'Moped', de Duitse benaming voor bromfiets. De hoogte boven de velg is 38 mm en de breedte bij 5 bar is 41 mm, allemaal keurig volgens mijn specificatie.
Of de band geheel radiaal is, kan ik niet zien. Het staat er niet op en een band in stukken snijden is nog geen optie.
De montage gaat makkelijk en de band loopt direct mooi rond zonder montagevloeistof.
Hoewel het regent en hard waait moet ik nog een aantal bestelde Bebop pedalen en Lexan naar de post brengen. Voor de liefhebbers, er zijn nu ook Bebops in RVS en titanium in voorraad. Met de racekap op zit ik warm en droog dus een ritje naar Akersloot is geen enkel probleem.
Het eerste dat me natuurlijk opvalt is de kleinere draaicirkel. Het comfort van de 53 mm brede GoCycles wordt uiteraard niet gehaald. De stuurprecisie is uitstekend. Prettig is dat ik de weg voor de Quest veel eerder zie, wordt natuurlijk veroorzaakt door de ruim 1 cm dat de Tryker lager is dan de GoCycle.
De snelheid lijkt OK maar is niet goed te beoordelen. Het is koud, het regent en het waait Bft 5. Uiteraard gaan we uitrolproeven met de Tryker op gewoon wegdek doen. Uit de begeleidende documentatie blijkt dat de Tryker allereerst is ontworpen als een veilige allround band voor driewielige fietsen. Hans van Vugt vertelt me vanavond dat er in de nabije toekomst snellere versies zullen komen. Of die ook in de handel komen is nog de vraag.
De Schwalbe Tryker HPV velomobielband wordt komende Eurobike geïntroduceerd en zal eind augustus in de winkels verschijnen.
Aan de hand van mijn en Hans Wessels tests kan de band verder worden aangepast en verbeterd.
Wat verder opvalt zijn het lage gewicht van rond 320 gram, de zeer stevige constructie en het feit dat het een vouwband is. Het loopvlak is heel stevig en de wangen mooi soepel. Er zit Raceguard anti-lek bescherming in zoals bijv. ook in Kojaks.
De band is volgens het opschrift geschikt voor een 'Moped', de Duitse benaming voor bromfiets. De hoogte boven de velg is 38 mm en de breedte bij 5 bar is 41 mm, allemaal keurig volgens mijn specificatie.
Of de band geheel radiaal is, kan ik niet zien. Het staat er niet op en een band in stukken snijden is nog geen optie.
De montage gaat makkelijk en de band loopt direct mooi rond zonder montagevloeistof.
Hoewel het regent en hard waait moet ik nog een aantal bestelde Bebop pedalen en Lexan naar de post brengen. Voor de liefhebbers, er zijn nu ook Bebops in RVS en titanium in voorraad. Met de racekap op zit ik warm en droog dus een ritje naar Akersloot is geen enkel probleem.
Het eerste dat me natuurlijk opvalt is de kleinere draaicirkel. Het comfort van de 53 mm brede GoCycles wordt uiteraard niet gehaald. De stuurprecisie is uitstekend. Prettig is dat ik de weg voor de Quest veel eerder zie, wordt natuurlijk veroorzaakt door de ruim 1 cm dat de Tryker lager is dan de GoCycle.
De snelheid lijkt OK maar is niet goed te beoordelen. Het is koud, het regent en het waait Bft 5. Uiteraard gaan we uitrolproeven met de Tryker op gewoon wegdek doen. Uit de begeleidende documentatie blijkt dat de Tryker allereerst is ontworpen als een veilige allround band voor driewielige fietsen. Hans van Vugt vertelt me vanavond dat er in de nabije toekomst snellere versies zullen komen. Of die ook in de handel komen is nog de vraag.
De Schwalbe Tryker HPV velomobielband wordt komende Eurobike geïntroduceerd en zal eind augustus in de winkels verschijnen.
Aan de hand van mijn en Hans Wessels tests kan de band verder worden aangepast en verbeterd.
dinsdag 12 juli 2011
Sinner of Velomobielonderdelen racekap? Carbon toerkap in foto's
Hallo Wim,
Heb je al ongeveer een idee wanneer mijn racekap klaar zal zijn?
Is de Sinner racekap een concurrent of is die van jouw veel beter?
Hoop op het laatste.
Tom Hospes
Deze vragen bereiken me dezer dagen een enkele keer. Begrijpelijk, tot nu toe hadden wij het rijk alleen en nu is er een alternatief. Of dit een echt alternatief is mag iedereen zelf uitmaken. Mijn, gekleurde, verhaal vind je hieronder als antwoord aan Tom. Bijgaande foto's zijn van de nieuwe carbon toerkap. De prijs is nog niet bekend, zal volgende week duidelijk worden.
Hi Tom,
Of de Sinner racekap een concurrent is moet je natuurlijk zelf bepalen. Maar de verschillen zijn heel groot.
Ik zal proberen de verschillen aan te geven.
De Sinner kap heeft één vaste maat. Jij zult daar, zeker met helm, niet onder passen. Onze kap is met een variatie van 4,5 cm, op iedere hoogte te bestellen.
De Sinner kap beperkt je gezichtsveld, rechts en links voor zitten brede carbon staanders die een grote dode hoek opleveren. Onze kap heeft geen enkele zichtbeperking. Zelfs hoge verkeerslichten zie je met onze kap prima. Het beeld vanuit de Sinner kap lijkt meer op het kijken vanuit een bunker :).
De Sinner kap heeft geen goede ontluchting. In bijv. een Mango moet je in de staart gaten boren voor wat ontluchting. Hoe hij op een Quest of Strada staat weet ik niet.
Wel weet ik dat wij voor de Strada een speciale uitvoering maken om een goede ontluchting te garanderen.
Ik weet niet of de recentelijk aangebrachte gaten links en rechts in de Sinner kap open blijven of niet. Lijkt me in de winter bepaald oncomfortabel.
De Sinner kap is minder snel door de dikke kunststof rand, de doorgeboorde bevestigingen voor de klittenbanden en het hogere gewicht.
Het vizier van de Sinner kap scharniert aan de bovenkant. Betekent meer frontaal oppervlak als het vizier deels open staat. Ons vizier scharniert beneden en blijft ook open vlak op de kap opbouw aanliggen.
De bediening van het Sinner vizier vindt plaats met een staaldraadje. Dat zit in je gezichtsveld als het vizier deels open staat.
Het Sinner vizier is 3 mm dik, het beslaat dan ook eerder dan ons 1 mm vizier en je kunt het niet aan één kant wat lager zetten en aan de andere kant wat hoger. Bij regen kun je met ons vizier dus effectief droog blijven, het stijve Sinner vizier laat zich niet vervormen.
Sinner stelt dat een deflector niet nodig is. Zij denken dat de opstaande rand van het hoofdgat voldoende is. Wij weten na twee winters rijden met de racekap dat dit niet voldoende is.
De grotere open ruimte voor het gezicht lijkt een voordeel, maar is het niet. Die grotere ruimte laat warme vochtige lucht uit de fiets snel op het vizier beslaan. De grotere afstand tussen de open ruimte en ons vizier, met de goede luchtgeleiding door de deflector, zorgt er voor dat ook in de winter het vizier niet beslaat. Ik garandeer je dat Sinner in de toekomst het ontwerp zal moeten aanpassen. Overigens kun je met onze kap ook uit een bidon drinken en alle instrumenten, ook die op het stuur, aflezen.
De in totaal langere Sinner kap is minder veilig dan onze kap. Bij sterke zijwind wil je zo min mogelijk oppervlak hoog aan de fiets hebben. Sowieso is Bft 6 met uitschieters tot Bft 7 al de grens om veilig met een racekap te rijden.
Sinner levert één model, wij drie. Zoals bekend maken wij de racekap en de toerkap die je in de fiets mee kunt nemen. Een derde variant hebben wij op CycleVision geïntroduceerd. Dit is een toerkap met een harde carbon deksel. Deze deksel kun je, makkelijker nog dan de schuimkap, in het vooronder schuiven. De twee losse schaaldelen van het hoofdgedeelte kunnen achterin de fiets en nemen, desnoods achter de wielkast, nauwelijks ruimte in. Het vizier klik je op de kap en bij niet gebruik leg je hem tegen de binnenkant van de body. Deze laatste kap combineert de voordelen van de racekap, snelheid en waterdichtheid, met het gebruiksgemak van de toerkap.
De Sinner kap ziet er mooi uit maar mist het raffinement dat wij in onze kappen hebben ingebouwd.
Wij hebben er overigens geen enkel bezwaar tegen dat je voor een Sinner kap kiest. Jouw kap wordt in principe volgende week gemaakt.
Om met een citaat te eindigen van Ymte Sijbrandij die onze kap op 24 april heeft getest in een rit van enkele honderden kilometers.
Ymte schrijft:
Dag Wim,
Ik heb gisteravond een flinke rit gemaakt met je kap in afwisselend terrein, veluwe, betuwe, met zon en 24 graden begonnen, in de nacht bij donker terug. Ik was heel aangenaam verrast, stil, snel, prima ventilatie en ook heel goed zicht. Je wenst je alleen nog een tweede achteruitkijkspiegel. Alhoewel open rijden ook zijn charme heeft zie ik mij hem wel vaker gebruiken, nu ook nog eens testen met slecht weer (regen).
Groeten, Ymte
Heb je al ongeveer een idee wanneer mijn racekap klaar zal zijn?
Is de Sinner racekap een concurrent of is die van jouw veel beter?
Hoop op het laatste.
Tom Hospes
Deze vragen bereiken me dezer dagen een enkele keer. Begrijpelijk, tot nu toe hadden wij het rijk alleen en nu is er een alternatief. Of dit een echt alternatief is mag iedereen zelf uitmaken. Mijn, gekleurde, verhaal vind je hieronder als antwoord aan Tom. Bijgaande foto's zijn van de nieuwe carbon toerkap. De prijs is nog niet bekend, zal volgende week duidelijk worden.
Hi Tom,
Of de Sinner racekap een concurrent is moet je natuurlijk zelf bepalen. Maar de verschillen zijn heel groot.
Ik zal proberen de verschillen aan te geven.
De Sinner kap heeft één vaste maat. Jij zult daar, zeker met helm, niet onder passen. Onze kap is met een variatie van 4,5 cm, op iedere hoogte te bestellen.
De Sinner kap beperkt je gezichtsveld, rechts en links voor zitten brede carbon staanders die een grote dode hoek opleveren. Onze kap heeft geen enkele zichtbeperking. Zelfs hoge verkeerslichten zie je met onze kap prima. Het beeld vanuit de Sinner kap lijkt meer op het kijken vanuit een bunker :).
De Sinner kap heeft geen goede ontluchting. In bijv. een Mango moet je in de staart gaten boren voor wat ontluchting. Hoe hij op een Quest of Strada staat weet ik niet.
Wel weet ik dat wij voor de Strada een speciale uitvoering maken om een goede ontluchting te garanderen.
Ik weet niet of de recentelijk aangebrachte gaten links en rechts in de Sinner kap open blijven of niet. Lijkt me in de winter bepaald oncomfortabel.
De Sinner kap is minder snel door de dikke kunststof rand, de doorgeboorde bevestigingen voor de klittenbanden en het hogere gewicht.
Het vizier van de Sinner kap scharniert aan de bovenkant. Betekent meer frontaal oppervlak als het vizier deels open staat. Ons vizier scharniert beneden en blijft ook open vlak op de kap opbouw aanliggen.
De bediening van het Sinner vizier vindt plaats met een staaldraadje. Dat zit in je gezichtsveld als het vizier deels open staat.
Het Sinner vizier is 3 mm dik, het beslaat dan ook eerder dan ons 1 mm vizier en je kunt het niet aan één kant wat lager zetten en aan de andere kant wat hoger. Bij regen kun je met ons vizier dus effectief droog blijven, het stijve Sinner vizier laat zich niet vervormen.
Sinner stelt dat een deflector niet nodig is. Zij denken dat de opstaande rand van het hoofdgat voldoende is. Wij weten na twee winters rijden met de racekap dat dit niet voldoende is.
De grotere open ruimte voor het gezicht lijkt een voordeel, maar is het niet. Die grotere ruimte laat warme vochtige lucht uit de fiets snel op het vizier beslaan. De grotere afstand tussen de open ruimte en ons vizier, met de goede luchtgeleiding door de deflector, zorgt er voor dat ook in de winter het vizier niet beslaat. Ik garandeer je dat Sinner in de toekomst het ontwerp zal moeten aanpassen. Overigens kun je met onze kap ook uit een bidon drinken en alle instrumenten, ook die op het stuur, aflezen.
De in totaal langere Sinner kap is minder veilig dan onze kap. Bij sterke zijwind wil je zo min mogelijk oppervlak hoog aan de fiets hebben. Sowieso is Bft 6 met uitschieters tot Bft 7 al de grens om veilig met een racekap te rijden.
Sinner levert één model, wij drie. Zoals bekend maken wij de racekap en de toerkap die je in de fiets mee kunt nemen. Een derde variant hebben wij op CycleVision geïntroduceerd. Dit is een toerkap met een harde carbon deksel. Deze deksel kun je, makkelijker nog dan de schuimkap, in het vooronder schuiven. De twee losse schaaldelen van het hoofdgedeelte kunnen achterin de fiets en nemen, desnoods achter de wielkast, nauwelijks ruimte in. Het vizier klik je op de kap en bij niet gebruik leg je hem tegen de binnenkant van de body. Deze laatste kap combineert de voordelen van de racekap, snelheid en waterdichtheid, met het gebruiksgemak van de toerkap.
De Sinner kap ziet er mooi uit maar mist het raffinement dat wij in onze kappen hebben ingebouwd.
Wij hebben er overigens geen enkel bezwaar tegen dat je voor een Sinner kap kiest. Jouw kap wordt in principe volgende week gemaakt.
Om met een citaat te eindigen van Ymte Sijbrandij die onze kap op 24 april heeft getest in een rit van enkele honderden kilometers.
Ymte schrijft:
Dag Wim,
Ik heb gisteravond een flinke rit gemaakt met je kap in afwisselend terrein, veluwe, betuwe, met zon en 24 graden begonnen, in de nacht bij donker terug. Ik was heel aangenaam verrast, stil, snel, prima ventilatie en ook heel goed zicht. Je wenst je alleen nog een tweede achteruitkijkspiegel. Alhoewel open rijden ook zijn charme heeft zie ik mij hem wel vaker gebruiken, nu ook nog eens testen met slecht weer (regen).
Groeten, Ymte
maandag 11 juli 2011
Majoor Kees 'Speedy Volita' naar Marken
Majoor Kees verordonneert op zijn blog dat er vanmorgen wordt verzameld op De Woude voor koffie en een rondrit met onder meer als bestemming Marken. Goed, dat weten we dan alvast.
Om tien uur vallen Kees, Jan en Pé met hun neus in de heerlijk verse Limburgse vlaai die Jean Schickendantz zaterdag bij ons heeft bezorgd. Pé laat zijn nieuwe mini vizier zien dat Kees er net voor hem heeft opgezet.
Kees gaat voorop en dat gaat hard. Steeds rijdt ie tussen 37 en 41 km/u, dat zijn geen toersnelheden Majoor, dat is gewoon doorstampen. Jan wil niet de hele dag in de zon zitten en heeft zijn racekap opgezet. Hij kan het dan ook moeiteloos bijhouden.
Via Purmerend en Oosthuizen koersen we naar Monnickendam en Marken. Kees steeds voorop en met dezelfde hoge snelheden.
In Marken vermaken we ons, heerlijk in het zonnetje, met honderden mussen. Deze rappe diertjes hebben totaal geen angst en eten, zittend op je hand uit je hand. Ik probeer wat foto's te maken maar heb wat ruzie met de Olympus Pen. De instelknoppen verdraaien te makkelijk en ik blijk een film van 2 Gb te hebben gemaakt. De direct film knop druk je makkelijk in als je de camera stevig vast pakt.
Ook blijk ik op de terugweg de centrale knop te hebben verdraaid en er worden nu foto's gemaakt met een 'art' instelling. Eén druk ik er als voorbeeld bij af.
In Volendam komen we weer niet zonder stoppen langs ijssalon Willem Honing. De Wimmie, mijn favoriet met advocaat, en Jonnies gaan erin als koek.
Via de dijk in Volendam, druk als altijd, rijden we door Edam om de IJsselmeerdijk weer op te pikken. Bij Kees is het muntje nog niet op en hij gaat er tussen 40 en 44 km/u hard van door. Bij Scharwoude verlaten we de IJsselmeerdijk en rijden naar Grosthuizen. Jan en Pé slaan hier rechtsaf, Kees en ik gaan samen op tot Avenhorn.
Thuis blijkt de gemiddelde snelheid 32,1 km/u te zijn geworden. Als je je realiseert dat Kees vorig jaar de bijnaam Kees32 had, dat stond toen voor zijn maximum snelheid van 32 km/u, dan is er wel wat gebeurd. Het nieuwe mini vizier verhoogt de snelheid, juist tussen 30 en 40 km/u, aanmerkelijk. Maar dat is het natuurlijk niet alleen, sinds Ierland vorig jaar, is de snelheid van onze Majoor flink toegenomen.
Prachtige rit met subliem weer.
106 km.
Om tien uur vallen Kees, Jan en Pé met hun neus in de heerlijk verse Limburgse vlaai die Jean Schickendantz zaterdag bij ons heeft bezorgd. Pé laat zijn nieuwe mini vizier zien dat Kees er net voor hem heeft opgezet.
Kees gaat voorop en dat gaat hard. Steeds rijdt ie tussen 37 en 41 km/u, dat zijn geen toersnelheden Majoor, dat is gewoon doorstampen. Jan wil niet de hele dag in de zon zitten en heeft zijn racekap opgezet. Hij kan het dan ook moeiteloos bijhouden.
Via Purmerend en Oosthuizen koersen we naar Monnickendam en Marken. Kees steeds voorop en met dezelfde hoge snelheden.
In Marken vermaken we ons, heerlijk in het zonnetje, met honderden mussen. Deze rappe diertjes hebben totaal geen angst en eten, zittend op je hand uit je hand. Ik probeer wat foto's te maken maar heb wat ruzie met de Olympus Pen. De instelknoppen verdraaien te makkelijk en ik blijk een film van 2 Gb te hebben gemaakt. De direct film knop druk je makkelijk in als je de camera stevig vast pakt.
Ook blijk ik op de terugweg de centrale knop te hebben verdraaid en er worden nu foto's gemaakt met een 'art' instelling. Eén druk ik er als voorbeeld bij af.
In Volendam komen we weer niet zonder stoppen langs ijssalon Willem Honing. De Wimmie, mijn favoriet met advocaat, en Jonnies gaan erin als koek.
Via de dijk in Volendam, druk als altijd, rijden we door Edam om de IJsselmeerdijk weer op te pikken. Bij Kees is het muntje nog niet op en hij gaat er tussen 40 en 44 km/u hard van door. Bij Scharwoude verlaten we de IJsselmeerdijk en rijden naar Grosthuizen. Jan en Pé slaan hier rechtsaf, Kees en ik gaan samen op tot Avenhorn.
Thuis blijkt de gemiddelde snelheid 32,1 km/u te zijn geworden. Als je je realiseert dat Kees vorig jaar de bijnaam Kees32 had, dat stond toen voor zijn maximum snelheid van 32 km/u, dan is er wel wat gebeurd. Het nieuwe mini vizier verhoogt de snelheid, juist tussen 30 en 40 km/u, aanmerkelijk. Maar dat is het natuurlijk niet alleen, sinds Ierland vorig jaar, is de snelheid van onze Majoor flink toegenomen.
Prachtige rit met subliem weer.
106 km.
zondag 10 juli 2011
Tacx Antares T1000
Ik vind het wedstrijd rijden op mijn oude dag, komende maand word ik 64 jaar, nog steeds heel leuk. Niet in het minst omdat ik nog aardig mee kan komen. Een uur lang rondrijden op de RDW baan met een gemiddelde snelheid van 55,3 km/u is gewoon prachtig.
Wat me aan de meeste wedstrijden niet bevalt is dat er vrijwel nooit een goede mogelijkheid is om in te rijden en lekker warm te vertrekken. Meestal is de wedstrijdbaan afgesloten en de tijdwaarneming vind het door de al gemonteerde transponder in de war sturen van hun metingen, natuurlijk niet prettig. Als er wel de mogelijkheid is om op de openbare weg een stukje in te rijden, ben ik benauwd dat ik precies dan een lekke band krijg.
De laatste wedstrijd in Biddinghuizen viel qua voorbereiding en warm rijden letterlijk in het water. Drie kwartier wachten in kou en regen en dan vervolgens een maximale sprint neerzetten is eigenlijk een 'mission impossible'. De eerste sprint ging helemaal niet, de benen liepen vol en meer dan 58 km/u kwam er niet op de klok. Ik was niet de enige met deze ervaring, iedereen had veel moeite om zelfs maar een redelijke snelheid te bereiken. Gelukkig moest ik een eindje omrijden voor de tweede sprint.
Die sprint ging nog steeds moeizaam maar toch duidelijk sneller. Mijn snelheid was 60,9 km/u en hoewel ik daarmee zesde werd was ik niet tevreden.
Warm rijden voor een wedstrijd is niet alleen voor profs van belang, ook amateurs doen er goed aan dit serieus te nemen.
Wielrenners zie je vaak op rollenbanken warm rijden. Waarom zou een Quest niet ook op een rollenbank kunnen?
Bij Fietspunt.nl kost zo'n hele Tacx Antares T1000 rollenbank 115 euro. Ik kom nog wel eens in Hoorn dus een omweg naar Zwaag om hem op te halen is gauw gemaakt. Met zes inbusboutjes staat het geheel in een paar minuten in elkaar. Ik zet de Quest op de twee aan te drijven rollen en ga trappen. Dat gaat wonderwel goed. Het trapt redelijk licht, zelfs op het zwaarste verzet. Komt natuurlijk omdat de luchtweerstand ontbreekt. Met hartslag 105 kom ik aan een goed maar vrij hoog traptempo. De Furious Fred is behoorlijk lawaaiig, een van de baan al bekend fenomeen. Tacx adviseert gladde banden, maar ik ga de razende Fred niet afslijpen. Tot mijn grote verrassing blijft de trainer in de garage keurig op zijn plaats liggen en de achterband blijft ook netjes in het midden van de rol. De grote rollen zijn in het midden dunner en dat houdt het geheel mooi op zijn plaats. De fiets staat tijdens het trappen wat voorover. Dit blijkt geen enkel bezwaar. Uiteraard heb ik altijd de oprijplanken mee waarmee de Quest eventueel horizontaal kan staan.
Om de weerstand te vergroten zal ik 'luchtremmen' op de aangedreven en voor de voorwielen bestemde rol plakken. Dit doe ik eenvoudig met wat stukjes ducktape. Daarmee wil ik bereiken dat de weerstand wordt verhoogd en ik deze kan variëren door te schakelen.
Wat me aan de meeste wedstrijden niet bevalt is dat er vrijwel nooit een goede mogelijkheid is om in te rijden en lekker warm te vertrekken. Meestal is de wedstrijdbaan afgesloten en de tijdwaarneming vind het door de al gemonteerde transponder in de war sturen van hun metingen, natuurlijk niet prettig. Als er wel de mogelijkheid is om op de openbare weg een stukje in te rijden, ben ik benauwd dat ik precies dan een lekke band krijg.
De laatste wedstrijd in Biddinghuizen viel qua voorbereiding en warm rijden letterlijk in het water. Drie kwartier wachten in kou en regen en dan vervolgens een maximale sprint neerzetten is eigenlijk een 'mission impossible'. De eerste sprint ging helemaal niet, de benen liepen vol en meer dan 58 km/u kwam er niet op de klok. Ik was niet de enige met deze ervaring, iedereen had veel moeite om zelfs maar een redelijke snelheid te bereiken. Gelukkig moest ik een eindje omrijden voor de tweede sprint.
Die sprint ging nog steeds moeizaam maar toch duidelijk sneller. Mijn snelheid was 60,9 km/u en hoewel ik daarmee zesde werd was ik niet tevreden.
Warm rijden voor een wedstrijd is niet alleen voor profs van belang, ook amateurs doen er goed aan dit serieus te nemen.
Wielrenners zie je vaak op rollenbanken warm rijden. Waarom zou een Quest niet ook op een rollenbank kunnen?
Bij Fietspunt.nl kost zo'n hele Tacx Antares T1000 rollenbank 115 euro. Ik kom nog wel eens in Hoorn dus een omweg naar Zwaag om hem op te halen is gauw gemaakt. Met zes inbusboutjes staat het geheel in een paar minuten in elkaar. Ik zet de Quest op de twee aan te drijven rollen en ga trappen. Dat gaat wonderwel goed. Het trapt redelijk licht, zelfs op het zwaarste verzet. Komt natuurlijk omdat de luchtweerstand ontbreekt. Met hartslag 105 kom ik aan een goed maar vrij hoog traptempo. De Furious Fred is behoorlijk lawaaiig, een van de baan al bekend fenomeen. Tacx adviseert gladde banden, maar ik ga de razende Fred niet afslijpen. Tot mijn grote verrassing blijft de trainer in de garage keurig op zijn plaats liggen en de achterband blijft ook netjes in het midden van de rol. De grote rollen zijn in het midden dunner en dat houdt het geheel mooi op zijn plaats. De fiets staat tijdens het trappen wat voorover. Dit blijkt geen enkel bezwaar. Uiteraard heb ik altijd de oprijplanken mee waarmee de Quest eventueel horizontaal kan staan.
Om de weerstand te vergroten zal ik 'luchtremmen' op de aangedreven en voor de voorwielen bestemde rol plakken. Dit doe ik eenvoudig met wat stukjes ducktape. Daarmee wil ik bereiken dat de weerstand wordt verhoogd en ik deze kan variëren door te schakelen.
zaterdag 9 juli 2011
Rondje Noord-Holland met Garmin Montana
Vanmorgen regent het flink als ik onderweg ga naar Kees van Hattem. Naar Alkmaar rij ik comfortabel onder de nieuwe racekap van Rob Kaag. Ik lever de mooie gele kap met dubbele carbon strepen af op zijn werk aan de Wolvenkoog in Alkmaar. Rob biedt me aan om zijn kap toch de hele dag te gebruiken. Buienradar.nl belooft dat het na 11.00 uur droog wordt en daarna niet meer zal regenen.
Bij Kees blijkt alleen Katinka Fransman nog te arriveren. Ze besluit na mijn ervaringen met het nieuwe vizier er direct door Kees één te laten monteren.
We vertrekken om 11.00 uur en steken bij Burgerbrug het Noord-Hollands kanaal over. Bij de Stolpen is de weg afgesloten met een groot hek. Ik gebruik de Quest als een mountainbike en rag door het zand om de wegversperring heen. Katinka en Kees doen het kalmer aan en gaan te voet.
We pauzeren even bij het benzinestation bij het vliegveld de Kooi. Dan zetten we koers naar Wieringen. Kees geeft gas en ook Katinka accelereert. Nou dan kan ik niet achterblijven en al gauw zit ik op ruim 60 km/u. Ik neem op Wieringen een mooie route om het slechte wegdek in Hippolytushoef te vermijden. Prachtig om door het glooiende landschap van het voormalige eiland te rijden. Katinka kirt van enthousiasme. Dan ook maar het stukje zeedijk meepakken. De doorgang bij Den Oever is heel smal en Katinka denkt er niet door te kunnen. Toch lukt het ook haar.
Tot nu toe hebben we de wind achter gehad. De lange route naar Medemblik is het andere koffie. De wind komt schuin van voren in en nu blijkt dat ook Katinka daar een stuk sneller tegen in kan rijden dan ze gewend is. Toch heeft ze een warm hoofd van de inspanning, de oorzaak daarvan zullen we later weten.
In Medemblik is de espresso als vanouds. Wel moest ik voor het eerst om het bijbehorende glas water vragen, maar dat komt dan ook prompt en met excuses.
Kees gaat voorop en gaat niet linksaf maar rechtsaf de stervens drukke dorpskern in. Kees, dat doen we niet meer hoor!
Katinka klaagt over pijnlijke voeten en kan niet meer meekomen. Geen wonder, ik zie dat haar rechter voorband vrijwel plat is.
In rap tempo wisselt Kees de binnenband. De Marathon racer blijkt een steentjes magneet, de band zit helemaal vol met scherpe steentjes en is op één plaats tot op het canvas kapot.
Katinka heeft zich dan al behoorlijk leeg getrapt, de langzaam leeglopende band speelt al langer op en daar houdt ze last van.
We rijden langs de zuidzijde van de Wieringermeer om bij Aartswoud richting de Langereis te koersen. Bij Heerhugowaard gaat Kees rechtsaf, Katinka en ik rijden rechtdoor. Katinka wil beslist in haar eigen tempo naar huis rijden. Ook al rij ik achter haar, ze voelt zich toch wat opgejaagd. Ik geef gas en met tegen de 40 km/u, de wind is nu heel krachtig en tegen, ben ik om even na half vijf weer thuis.
Een ontspannen tochtje, gemiddelde hartslag door de dag 88, 2630 calorieën.
147 km, totaal nu 4750 km in ruim 3 maanden.
Vandaag heb ik de Garmin Montana op mijn stuur gehad. De Montana is een flink stuk groter dan de Oregon. Door de andere vorm van de Montana past deze nog comfortabeler op het stuur dan de Oregon. Het scherm is zo helder dat de achtergrondverlichting overdag uit kan blijven. Al met al een zeer succesvolle overgang.
Bij Kees blijkt alleen Katinka Fransman nog te arriveren. Ze besluit na mijn ervaringen met het nieuwe vizier er direct door Kees één te laten monteren.
We vertrekken om 11.00 uur en steken bij Burgerbrug het Noord-Hollands kanaal over. Bij de Stolpen is de weg afgesloten met een groot hek. Ik gebruik de Quest als een mountainbike en rag door het zand om de wegversperring heen. Katinka en Kees doen het kalmer aan en gaan te voet.
We pauzeren even bij het benzinestation bij het vliegveld de Kooi. Dan zetten we koers naar Wieringen. Kees geeft gas en ook Katinka accelereert. Nou dan kan ik niet achterblijven en al gauw zit ik op ruim 60 km/u. Ik neem op Wieringen een mooie route om het slechte wegdek in Hippolytushoef te vermijden. Prachtig om door het glooiende landschap van het voormalige eiland te rijden. Katinka kirt van enthousiasme. Dan ook maar het stukje zeedijk meepakken. De doorgang bij Den Oever is heel smal en Katinka denkt er niet door te kunnen. Toch lukt het ook haar.
Tot nu toe hebben we de wind achter gehad. De lange route naar Medemblik is het andere koffie. De wind komt schuin van voren in en nu blijkt dat ook Katinka daar een stuk sneller tegen in kan rijden dan ze gewend is. Toch heeft ze een warm hoofd van de inspanning, de oorzaak daarvan zullen we later weten.
In Medemblik is de espresso als vanouds. Wel moest ik voor het eerst om het bijbehorende glas water vragen, maar dat komt dan ook prompt en met excuses.
Kees gaat voorop en gaat niet linksaf maar rechtsaf de stervens drukke dorpskern in. Kees, dat doen we niet meer hoor!
Katinka klaagt over pijnlijke voeten en kan niet meer meekomen. Geen wonder, ik zie dat haar rechter voorband vrijwel plat is.
In rap tempo wisselt Kees de binnenband. De Marathon racer blijkt een steentjes magneet, de band zit helemaal vol met scherpe steentjes en is op één plaats tot op het canvas kapot.
Katinka heeft zich dan al behoorlijk leeg getrapt, de langzaam leeglopende band speelt al langer op en daar houdt ze last van.
We rijden langs de zuidzijde van de Wieringermeer om bij Aartswoud richting de Langereis te koersen. Bij Heerhugowaard gaat Kees rechtsaf, Katinka en ik rijden rechtdoor. Katinka wil beslist in haar eigen tempo naar huis rijden. Ook al rij ik achter haar, ze voelt zich toch wat opgejaagd. Ik geef gas en met tegen de 40 km/u, de wind is nu heel krachtig en tegen, ben ik om even na half vijf weer thuis.
Een ontspannen tochtje, gemiddelde hartslag door de dag 88, 2630 calorieën.
147 km, totaal nu 4750 km in ruim 3 maanden.
Vandaag heb ik de Garmin Montana op mijn stuur gehad. De Montana is een flink stuk groter dan de Oregon. Door de andere vorm van de Montana past deze nog comfortabeler op het stuur dan de Oregon. Het scherm is zo helder dat de achtergrondverlichting overdag uit kan blijven. Al met al een zeer succesvolle overgang.