De eigenaar van mijn 'oude' 153, Michael Schneider, is van de partij en nog steeds bijzonder tevreden met zijn van 48 richting aanwijzer LEDs voorziene fiets. Hij heeft de fiets 'Schoolbus' genoemd en dat staat er met koeienletters op. Weer valt de prachtige glans van de polyester body op.
Het is windstil weer en er wordt uitgebreid geluierd en naar elkaars fietsen gekeken. Ook wordt er een en ander gerepareerd en afgesteld. Dat gaat uitstekend op het grote grasveld voor de jeugdherberg. Ik prijs me gelukkig met de aanpassing in Dronten van de versnellingen. Vooral het nieuwe 32-tands achterblad is fantastisch. Het bergop rijden is zeer veel beter te doen. Het 28-tands blad vorig jaar dwong me nogal eens omhoog te 'stumpen'. Ook de nieuwe achterbrug werkt naar behoren. Het inveren bij iedere pedaalslag is nu geheel verdwenen. Dit is overigens een voordeel dat alleen bij klimmen echt naar voren komt.
Op gedetailleerde kaarten wordt de route terug naar de Sorpesee uitgebreid bestudeerd. Mark Burgers en Frank Cornelese houden zich hier intensief mee bezig.
De avondmaaltijd is een heel goede pasta.
's Avonds speelt Mark met een aantal liefhebbers het spel Katan.
De zon gaat prachtig onder en ik probeer een foto te maken van de skyline van Wetzlar. Ik kan uit de hand zonder vibratie reductie beelden tot 1/8 sec scherp fotograferen. Dat lukt ook nu weer, maar de snel vliegende vleermuizen kan ik op de foto niet meer terugvinden.
's Avonds drinken we een biertje en praten we wat.
Tegen middernacht gaat iedereen te kooi.
dinsdag 30 september 2008
Wetzlar 2008 zaterdag 2
Wandeling naar Wetzlar
Wetzlar is de bakermat van Leitz, de fabrikant van de wereldberoemde Leica camera's. De fabrikant was enkele jaren geleden vrijwel failliet, nieuw kapitaal heeft Leica er weer bovenop geholpen. Afgelopen week verbaasde Leica vriend en vijand met de introductie van een zeer professionele kleinbeeldcamera met 35,7 miljoen pixels.
Samen met Theo van Goor, Bram van Sonderen, Peter de Rond en zijn zwager Joop lopen wij de steile helling naar de stad af. Was het gisteravond al een echte kuitenbijter, nu zijn de kuiten en bovenbenen nog beter te voelen.
De stad heeft een mooie 'Altstadt' met veel vakwerkhuizen waarvan de oudste dateert uit 1356. Na de fraai verzorgde koffie, ik heb nog nooit zo'n mooie cappucino gezien, kijken we verder in de stad. Kees van de Wetering voegt zich bij ons en samen bekijken we het Viseum, het optiek museum van Wetzlar. Allerlei experimenten zijn daar opgesteld en geven een goed beeld van wat optiek vermag. Ik maak een foto van mijn infrarood gezicht. De vele bedrijven, vergeet niet dat ook Minox hier resideert, laten fraaie staaltjes van hun kunnen zien. Vooral telescopen en verrekijkers zijn, hoewel prijzig, van de hoogste klasse.
Na de wandeling, Bram en ik beloven elkaar een heerlijk biertje, blijkt dat de bar pas om 19.00 uur opengaat. We moeten het met een liter Cola doen.
Wetzlar is de bakermat van Leitz, de fabrikant van de wereldberoemde Leica camera's. De fabrikant was enkele jaren geleden vrijwel failliet, nieuw kapitaal heeft Leica er weer bovenop geholpen. Afgelopen week verbaasde Leica vriend en vijand met de introductie van een zeer professionele kleinbeeldcamera met 35,7 miljoen pixels.
Samen met Theo van Goor, Bram van Sonderen, Peter de Rond en zijn zwager Joop lopen wij de steile helling naar de stad af. Was het gisteravond al een echte kuitenbijter, nu zijn de kuiten en bovenbenen nog beter te voelen.
De stad heeft een mooie 'Altstadt' met veel vakwerkhuizen waarvan de oudste dateert uit 1356. Na de fraai verzorgde koffie, ik heb nog nooit zo'n mooie cappucino gezien, kijken we verder in de stad. Kees van de Wetering voegt zich bij ons en samen bekijken we het Viseum, het optiek museum van Wetzlar. Allerlei experimenten zijn daar opgesteld en geven een goed beeld van wat optiek vermag. Ik maak een foto van mijn infrarood gezicht. De vele bedrijven, vergeet niet dat ook Minox hier resideert, laten fraaie staaltjes van hun kunnen zien. Vooral telescopen en verrekijkers zijn, hoewel prijzig, van de hoogste klasse.
Na de wandeling, Bram en ik beloven elkaar een heerlijk biertje, blijkt dat de bar pas om 19.00 uur opengaat. We moeten het met een liter Cola doen.
Wetzlar 2008 zaterdag 1
Rustdag
De nacht is wat onrustig. We hebben een snurker aan boord. Deze is zo heftig bezig dat ik er naar blijf luisteren. Hij heeft het ritme lekker te pakken en ik neem me voor om te proberen dit te beëindigen. Eerst schijn ik met een sterke LED lamp in de mans ogen. Daar verwikt of verweegt ie niet van. Dan maar gewoon een handje helpen met omdraaien. Bij de eerste aanraking houdt het snurken op, hij is wakker. De man meldt dat ie dit nog nooit heeft meegemaakt. Nou, ik ook niet. Ook voor mij is het de eerste keer in mijn leven dat ik een snurker uit zijn slaap haal. Nu nog kijken wie er - weer - het snelst inslaapt. Oja, wie is die man eigenlijk? Niemand minder dan Marcel V. :)
Beatrice Krieger met kinderen op de foto doet haar best het ons naar de zin te maken. Dat lukt goed al is het verblijf in een grote jeugdherberg waar ook andere groepen verblijven, minder gemakkelijk. Volgend jaar verhuizen ze naar de noordelijke Noordzeekust en mogelijk gaat de fietstocht dan daar naar toe.
Eerder al had ik het over de Engelsman Lee. Hij is wat anders dan anders en loopt continue met een kleine laptop. Tijdens het fietsen moet je goed op hem letten, hij denkt niet lang na voor hij iets doet. Dat hij je soms snijdt of met de Quest aantikt vergeven we hem maar. Lee zit op de foto rechts beneden.
Wat laat verneem ik dat, hoewel er geen echt programma was voor ons bezoek aan Wetzlar, dat er toch een gezamenlijke rit gereden zal gaan worden. Ik wil graag wat van Wetzlar zien en laat de fietstocht aan mijn neus voorbij gaan.
Herbert Schwarzer, de man met de lange haren, heeft zich wel al gereed gemaakt voor de fietstocht. Herbert fietst tussen 20.000 en 25.000 km per jaar, is in één dag van München naar Wetzlar gereden, een afstand van 400 km met 2500 hoogtemeters.
De nacht is wat onrustig. We hebben een snurker aan boord. Deze is zo heftig bezig dat ik er naar blijf luisteren. Hij heeft het ritme lekker te pakken en ik neem me voor om te proberen dit te beëindigen. Eerst schijn ik met een sterke LED lamp in de mans ogen. Daar verwikt of verweegt ie niet van. Dan maar gewoon een handje helpen met omdraaien. Bij de eerste aanraking houdt het snurken op, hij is wakker. De man meldt dat ie dit nog nooit heeft meegemaakt. Nou, ik ook niet. Ook voor mij is het de eerste keer in mijn leven dat ik een snurker uit zijn slaap haal. Nu nog kijken wie er - weer - het snelst inslaapt. Oja, wie is die man eigenlijk? Niemand minder dan Marcel V. :)
Beatrice Krieger met kinderen op de foto doet haar best het ons naar de zin te maken. Dat lukt goed al is het verblijf in een grote jeugdherberg waar ook andere groepen verblijven, minder gemakkelijk. Volgend jaar verhuizen ze naar de noordelijke Noordzeekust en mogelijk gaat de fietstocht dan daar naar toe.
Eerder al had ik het over de Engelsman Lee. Hij is wat anders dan anders en loopt continue met een kleine laptop. Tijdens het fietsen moet je goed op hem letten, hij denkt niet lang na voor hij iets doet. Dat hij je soms snijdt of met de Quest aantikt vergeven we hem maar. Lee zit op de foto rechts beneden.
Wat laat verneem ik dat, hoewel er geen echt programma was voor ons bezoek aan Wetzlar, dat er toch een gezamenlijke rit gereden zal gaan worden. Ik wil graag wat van Wetzlar zien en laat de fietstocht aan mijn neus voorbij gaan.
Herbert Schwarzer, de man met de lange haren, heeft zich wel al gereed gemaakt voor de fietstocht. Herbert fietst tussen 20.000 en 25.000 km per jaar, is in één dag van München naar Wetzlar gereden, een afstand van 400 km met 2500 hoogtemeters.
Wetzlar 2008 vrijdag
Gedonder in de glazen
Vandaag rijden we naar Wetzlar. Het vertrek is meestal om 8.00 uur. Omdat ik in een vorig jaar mijn zaken niet op orde had en de groep in Winterswijk zonder mij vertrok, heb ik mijn lesje geleerd. Om 8.00 uur sta ik startklaar, maar de groep is nog lang niet voor vertrek gereed. Lee, een Engelsman met een bijzondere inborst, staat nog een band te plakken. Ik ga maar even wachten in een van de huisjes. Om kwart voor negen tikt Ymte tegen het raam en roept 'vertrekken'. Ik sprint naar mijn fiets, rij vlak voor de uitgang in een grint bed en moet de fiets uit om deze de goede kant uit te krijgen. Buiten de poort ...... is iedereen vertrokken. Joop komt er ook nog aan en we vragen ons af hoe nu verder. Ik bel Ymte, maar deze heeft zijn voicemail aanstaan. Ik ga linksaf en vraag Joop op de camping te blijven. Na 4 km langs de Sorpesee te hebben geracet heb ik de groep nog niet in zicht. Ze moeten dus rechtsaf zijn gegaan.
Inmiddels blijken na ons nog twee collega fietsers langs Joop te zijn gereden. Zij hebben zelf GPS en er komt tussen Joop en hen geen zinvolle communicatie tot stand :(.
Gelukkig heb ik het 06 nummer van Paulus de Boer. Die neemt op en geeft de telefoon aan Ymte. Ymte legt uit hoe we naar Sundern moeten rijden. We moeten bij de stuw rechtsaf. Nou denk ik dat een stuw in het Duits 'stau' heet. Mis dus, het ding heet ter plaatse 'Wasserwerk Langscheid' en je rijdt er zo voorbij. Dat doen we dan ook prompt en bij Stemel zegt een vriendelijke Duitser ons hoe we naar Sundern moeten rijden.
Een telefoontje later meldt Ymte dat ie naar de camping terug is gereden. Maarreh... wij zouden toch naar Sundern rijden? Gelukkig vindt Ymte ons een half uur later en kunnen we de reis naar de wachtende groep aanvangen. Het is dan 11.00 uur en per saldo zijn we maar een paar kilometer de goede kant opgereden. Ik heb wel al 18 km op de teller, maar alla.
Een mooi stuk van de rit gaat over een prachtig geasfalteerd voormalig spoorbaan tracé. Het loopt wel omhoog maar is heerlijk om te rijden.
Dan wordt het tijd, het is inmiddels half drie, voor de langste klim van de dag. Deze klim is wel lang maar niet vreselijk steil. Ik kan op het kleinste blad voor en blad 2 achter goed omhoog. De ledematen doen hun werk zonder pijn of kramp. Dat is niet iedereen gegeven. Kees van de Wetering heeft een pijnlijke knie en moet flink op zijn tanden bijten om omhoog te komen.
Het weer is tot nu prachtig, na een mistige start in de ochtend breekt het zonnetje door en wordt de luchttemperatuur een graad of 10 C. Dat is tamelijk laag en betekent dat de klim zonder oververhitting verloopt, maar dat de afkoeling tijdens de afdaling heel heftig is.
Op de top maakt een vriendelijke Duitse meneer een groepsfoto met mijn camera.
Het wordt inmiddels donker en de verlichting moet aan. Het rijden door Wetzlar verloopt nog steeds redelijk ontspannen dankzij de correcte rijstijl van onze oosterburen. Aan het eind van de rit, vlak voor de jeugdherberg, gaat het geweldig steil omhoog. De 13% stijging is voor meerdere fietsers teveel van het goede, zij stappen uit en gaan niet eens zoveel langzamer omhoog.
Alle vertraging betekent dat wij te laat, wij zijn er om 20.00 uur, binnen komen voor een warme maaltijd. Er zijn evenwel voldoende broodjes dus zullen we de volgende ochtend wel halen. Beatrice Krieger verwelkomt ons heel warm, mij in het bijzonder. Ja Theo, ik kan het ook niet helpen :).
Vandaag rijden we naar Wetzlar. Het vertrek is meestal om 8.00 uur. Omdat ik in een vorig jaar mijn zaken niet op orde had en de groep in Winterswijk zonder mij vertrok, heb ik mijn lesje geleerd. Om 8.00 uur sta ik startklaar, maar de groep is nog lang niet voor vertrek gereed. Lee, een Engelsman met een bijzondere inborst, staat nog een band te plakken. Ik ga maar even wachten in een van de huisjes. Om kwart voor negen tikt Ymte tegen het raam en roept 'vertrekken'. Ik sprint naar mijn fiets, rij vlak voor de uitgang in een grint bed en moet de fiets uit om deze de goede kant uit te krijgen. Buiten de poort ...... is iedereen vertrokken. Joop komt er ook nog aan en we vragen ons af hoe nu verder. Ik bel Ymte, maar deze heeft zijn voicemail aanstaan. Ik ga linksaf en vraag Joop op de camping te blijven. Na 4 km langs de Sorpesee te hebben geracet heb ik de groep nog niet in zicht. Ze moeten dus rechtsaf zijn gegaan.
Inmiddels blijken na ons nog twee collega fietsers langs Joop te zijn gereden. Zij hebben zelf GPS en er komt tussen Joop en hen geen zinvolle communicatie tot stand :(.
Gelukkig heb ik het 06 nummer van Paulus de Boer. Die neemt op en geeft de telefoon aan Ymte. Ymte legt uit hoe we naar Sundern moeten rijden. We moeten bij de stuw rechtsaf. Nou denk ik dat een stuw in het Duits 'stau' heet. Mis dus, het ding heet ter plaatse 'Wasserwerk Langscheid' en je rijdt er zo voorbij. Dat doen we dan ook prompt en bij Stemel zegt een vriendelijke Duitser ons hoe we naar Sundern moeten rijden.
Een telefoontje later meldt Ymte dat ie naar de camping terug is gereden. Maarreh... wij zouden toch naar Sundern rijden? Gelukkig vindt Ymte ons een half uur later en kunnen we de reis naar de wachtende groep aanvangen. Het is dan 11.00 uur en per saldo zijn we maar een paar kilometer de goede kant opgereden. Ik heb wel al 18 km op de teller, maar alla.
Een mooi stuk van de rit gaat over een prachtig geasfalteerd voormalig spoorbaan tracé. Het loopt wel omhoog maar is heerlijk om te rijden.
Dan wordt het tijd, het is inmiddels half drie, voor de langste klim van de dag. Deze klim is wel lang maar niet vreselijk steil. Ik kan op het kleinste blad voor en blad 2 achter goed omhoog. De ledematen doen hun werk zonder pijn of kramp. Dat is niet iedereen gegeven. Kees van de Wetering heeft een pijnlijke knie en moet flink op zijn tanden bijten om omhoog te komen.
Het weer is tot nu prachtig, na een mistige start in de ochtend breekt het zonnetje door en wordt de luchttemperatuur een graad of 10 C. Dat is tamelijk laag en betekent dat de klim zonder oververhitting verloopt, maar dat de afkoeling tijdens de afdaling heel heftig is.
Op de top maakt een vriendelijke Duitse meneer een groepsfoto met mijn camera.
Het wordt inmiddels donker en de verlichting moet aan. Het rijden door Wetzlar verloopt nog steeds redelijk ontspannen dankzij de correcte rijstijl van onze oosterburen. Aan het eind van de rit, vlak voor de jeugdherberg, gaat het geweldig steil omhoog. De 13% stijging is voor meerdere fietsers teveel van het goede, zij stappen uit en gaan niet eens zoveel langzamer omhoog.
Alle vertraging betekent dat wij te laat, wij zijn er om 20.00 uur, binnen komen voor een warme maaltijd. Er zijn evenwel voldoende broodjes dus zullen we de volgende ochtend wel halen. Beatrice Krieger verwelkomt ons heel warm, mij in het bijzonder. Ja Theo, ik kan het ook niet helpen :).
Wetzlar 2008 donderdag deel 2
Na het bezoek aan Hase vervolgen wij onze weg langs het kanaal, nu langs de andere oever. Mark heeft ieder jaar wel een verrassing in petto. Grote graafmachines tot aan de einder kondigen die verrassing al aan. De oever van het kanaal wordt voorzien van nieuwe damwanden en dat betekent dat de weg feitelijk alleen begaanbaar is voor trekkers en andere meerwiel aangedreven voertuigen. Opeens doemt een enorm gat in de weg op, oops!. Met wat duw- en trekwerk komt iedereen er door. Sommige echte woestelingen zien kans om er op eigen kracht doorheen te komen. Een levensgrote trekker dwingt iedereen aan de kant. De bestuurder wacht rustig tot wij de weg hebben vrijgemaakt en rijdt dan gemoedelijk door.
Ook dit jaar weer heb ik enorme bewondering voor de discipline van de Duitse automobilisten. Als ze je al passeren, gebeurt dat op meerdere meters afstand. Kunnen ze die afstand niet aanhouden, dan blijven ze rustig achter je, al duurt dat een kwartier. Een enkele motorrijder wil wel eens dichterbij komen, maar gevaarlijk wordt het nooit.
Helaas wordt het veld rijders enkele keren uit elkaar gerukt en wordt het wachten op afslagen niet door iedereen goed begrepen. Dit levert veel gezoek, getelefoneer en vertraging op. Het systeem is simpel. Als het veld uit elkaar valt dan moet de laatste rijder voor de breuk op een afslag wachten tot de tweede groep arriveert. Zijn er meerdere afslagen, dan moet op elke afslag een rijder wachten tot alles weer is aangesloten. Dit nu gebeurt enkele keren niet en dat levert, begrijpelijk, wat gemor van Ymte op die het zo mooi op papier heeft gezet. Zoals gezegd, misschien beter mondeling toelichten. Een tweede probleem is het verschil in ervaring en conditie. De langzaamste fietsers moeten echt achter de voorrijder blijven. Die kan zijn snelheid dan aanpassen aan de minst snelle rijder. Per saldo is de groep dan toch als geheel het snelst.
In de middag moet er flink worden geklommen en dat gaat me vrij goed af. De knieën houden zich goed en ook de rechterkuit houdt zich koest. Ik klim steeds met hartslag 135 tot 138, slechts een enkele keer gaat de tikker tot 140 met een maximum van 144.
Door de vertraging onderweg komen we vrij laat bij de Sorpesee aan. Het restaurant op de camping is afgebrand en wij moeten een paar honderd meter lopen om nog net op tijd bij een restaurantje te kunnen eten. Na een dag zware inspanning leveren eet ik direct na de rit meestal niet veel. Na een paar uur kan ik dat wel, maar daar houdt het restaurant natuurlijk geen rekening mee. Menigeen heeft hier helemaal geen last van, er wordt stevig gebunkerd.
De wigwam achtige huisjes zijn comfortabel en ik slaap lekker.
Ook dit jaar weer heb ik enorme bewondering voor de discipline van de Duitse automobilisten. Als ze je al passeren, gebeurt dat op meerdere meters afstand. Kunnen ze die afstand niet aanhouden, dan blijven ze rustig achter je, al duurt dat een kwartier. Een enkele motorrijder wil wel eens dichterbij komen, maar gevaarlijk wordt het nooit.
Helaas wordt het veld rijders enkele keren uit elkaar gerukt en wordt het wachten op afslagen niet door iedereen goed begrepen. Dit levert veel gezoek, getelefoneer en vertraging op. Het systeem is simpel. Als het veld uit elkaar valt dan moet de laatste rijder voor de breuk op een afslag wachten tot de tweede groep arriveert. Zijn er meerdere afslagen, dan moet op elke afslag een rijder wachten tot alles weer is aangesloten. Dit nu gebeurt enkele keren niet en dat levert, begrijpelijk, wat gemor van Ymte op die het zo mooi op papier heeft gezet. Zoals gezegd, misschien beter mondeling toelichten. Een tweede probleem is het verschil in ervaring en conditie. De langzaamste fietsers moeten echt achter de voorrijder blijven. Die kan zijn snelheid dan aanpassen aan de minst snelle rijder. Per saldo is de groep dan toch als geheel het snelst.
In de middag moet er flink worden geklommen en dat gaat me vrij goed af. De knieën houden zich goed en ook de rechterkuit houdt zich koest. Ik klim steeds met hartslag 135 tot 138, slechts een enkele keer gaat de tikker tot 140 met een maximum van 144.
Door de vertraging onderweg komen we vrij laat bij de Sorpesee aan. Het restaurant op de camping is afgebrand en wij moeten een paar honderd meter lopen om nog net op tijd bij een restaurantje te kunnen eten. Na een dag zware inspanning leveren eet ik direct na de rit meestal niet veel. Na een paar uur kan ik dat wel, maar daar houdt het restaurant natuurlijk geen rekening mee. Menigeen heeft hier helemaal geen last van, er wordt stevig gebunkerd.
De wigwam achtige huisjes zijn comfortabel en ik slaap lekker.
Wetzlar 2008 donderdag deel 1
Komend weekend zal, als alles meezit, de traditionele tocht naar Giessen/Wetzlar worden gereden. Zo'n 23 fietsers, een zevental minder dan vorig jaar, verzamelen zich in Winterswijk Kotten op de camping Appelweide. Ik ben zelf niet helemaal zeker of de tocht dit keer voor mij te doen is. Ik heb dit jaar wat te weinig kilometers in de benen om vol vertrouwen aan de tocht te beginnen. 200 km op een dag fietsen is geen probleem, maar zo'n zelfde afstand met vrijwel continue klimmen en dalen is van een heel ander kaliber. Zouden enkele fietsers die vorig jaar wel van de partij waren en toen flink moesten afzien daarom nu verstek laten gaan?
Ik laad woensdag na het avondeten de Quest op de Foldycar en rij rustig naar Winterswijk. Rustig omdat auto met aanhanger niet harder mogen dan 80 km/u.
In Winterswijk is de ontvangst hartelijk, veel bekende gezichten en helaas wat afzeggingen door griep en andere vast wel plausibele redenen. Hoewel ....... Harry, je prestaties tijdens de ook dit weekend gehouden wedstrijden in Groningen, zijn wel opvallend goed :).
De traditionele fles port is in no-time verorberd. Peter de Rond houdt zich dit keer heel netjes, maar er zijn nu zoveel liefhebbers bijgekomen dat een tweede glas er niet meer inzit. Heren, volgend jaar neem ik er wel twee mee.
In de 'huiskamer' is het zo warm dat ik denk daar niet goed te kunnen slapen. Ik sleur mijn grote luchtbed naar de schuur en bij de open deur breng ik de nacht door. Het is nogal fris, soms iets te fris met een laagste temperatuur net boven het vriespunt. Vanaf 04.00 uur kraaien de haantjes dat het een lieve lust is. Om 7.00 uur ben ik eruit en verwarmen een half uur later de eerste zonnestralen mijn wat stramme karkas.
Wij krijgen een papier uitgereikt met wat aanwijzingen hoe in de groep te rijden. Dat het misschien toch beter is deze uitleg, zeker voor de rijders die de eerste keer meerijden, mondeling te doen, zal later duidelijk worden. Mark Burgers van ACE ligfietsen uit Winterswijk is de voorrijder van de tweede groep.
Wij rijden langs een kanaal waarvan het wegdek, ruw gravel, steeds slechter wordt. Imposant zijn de grote hefsluizen, enorme bouwwerken die al dateren van voor de tweede wereldoorlog.
Theo van Goor krijgt even later een lekke band. Met vereende krachten wordt het brandweerkarretje van Theo weer uitruk gereed gemaakt.
Om 13.00 uur rijden wij het terrein van Hase, een ligfietsfabrikant, op. Het lijkt er rustiger dan vorig jaar, vrij veel mensen zijn bezig met het verzendklaar maken van een enorme mailing. Ik heb de fabriek de vorige keer al uitgebreid bekeken en schuif nu direct aan voor de koffie en de zelf meegebrachte broodjes.
Ik laad woensdag na het avondeten de Quest op de Foldycar en rij rustig naar Winterswijk. Rustig omdat auto met aanhanger niet harder mogen dan 80 km/u.
In Winterswijk is de ontvangst hartelijk, veel bekende gezichten en helaas wat afzeggingen door griep en andere vast wel plausibele redenen. Hoewel ....... Harry, je prestaties tijdens de ook dit weekend gehouden wedstrijden in Groningen, zijn wel opvallend goed :).
De traditionele fles port is in no-time verorberd. Peter de Rond houdt zich dit keer heel netjes, maar er zijn nu zoveel liefhebbers bijgekomen dat een tweede glas er niet meer inzit. Heren, volgend jaar neem ik er wel twee mee.
In de 'huiskamer' is het zo warm dat ik denk daar niet goed te kunnen slapen. Ik sleur mijn grote luchtbed naar de schuur en bij de open deur breng ik de nacht door. Het is nogal fris, soms iets te fris met een laagste temperatuur net boven het vriespunt. Vanaf 04.00 uur kraaien de haantjes dat het een lieve lust is. Om 7.00 uur ben ik eruit en verwarmen een half uur later de eerste zonnestralen mijn wat stramme karkas.
Wij krijgen een papier uitgereikt met wat aanwijzingen hoe in de groep te rijden. Dat het misschien toch beter is deze uitleg, zeker voor de rijders die de eerste keer meerijden, mondeling te doen, zal later duidelijk worden. Mark Burgers van ACE ligfietsen uit Winterswijk is de voorrijder van de tweede groep.
Wij rijden langs een kanaal waarvan het wegdek, ruw gravel, steeds slechter wordt. Imposant zijn de grote hefsluizen, enorme bouwwerken die al dateren van voor de tweede wereldoorlog.
Theo van Goor krijgt even later een lekke band. Met vereende krachten wordt het brandweerkarretje van Theo weer uitruk gereed gemaakt.
Om 13.00 uur rijden wij het terrein van Hase, een ligfietsfabrikant, op. Het lijkt er rustiger dan vorig jaar, vrij veel mensen zijn bezig met het verzendklaar maken van een enorme mailing. Ik heb de fabriek de vorige keer al uitgebreid bekeken en schuif nu direct aan voor de koffie en de zelf meegebrachte broodjes.
dinsdag 23 september 2008
Kees van Hattem fotografeert en verwerft Q209
Vanmiddag rijdt Kees met zijn Mango voor. Een grijns van oor tot oor, hij heeft Quest 209 gekocht. Op mijn vraag of ie de Mango nu voor goed geld gaat verkopen antwoordt Kees ontkennend. De Quest is voor mooi weer en lange afstanden, de Mango voor het ruigere werk. Ik geloof daar helemaal niks van. Als je eenmaal in een Quest hebt gereden en er zelf één hebt, zal de Mango eeuwig stof blijven happen in de schuur.
Kees heeft zondagmorgen een paar foto's gemaakt die ik hierbij laat zien. De foto van de Mango voor de Markervaart is bizar als je je realiseert dat op dat moment vijf meter achter de Mango beroepsvisser Piet Los verdronken in het water ligt. Pas 's middags wordt door een groot rondvaartschip het water zo in beweging gebracht dat hij tijdelijk boven komt drijven.
De foto van onze boerderij in de mist is heel leuk en datzelfde geldt voor de foto van de opkomende zon tussen de bomen.
Op de foto in Amsterdam is de verzamelplaats te zien waar ALF vandaan vertrekt.
De laatste foto is gemaakt op de weg van Katwoude naar Volendam, zo'n 500 meter voor Volendam. Ik kom daar niet voorbij zonder een heerlijk ijsje te verschalken.
Dit zijn de enige foto's die Kees niet zelf op het web zet. Kees overweegt ook een blog te starten, iets wat ik hem van harte aanbeveel.
Kees heeft zondagmorgen een paar foto's gemaakt die ik hierbij laat zien. De foto van de Mango voor de Markervaart is bizar als je je realiseert dat op dat moment vijf meter achter de Mango beroepsvisser Piet Los verdronken in het water ligt. Pas 's middags wordt door een groot rondvaartschip het water zo in beweging gebracht dat hij tijdelijk boven komt drijven.
De foto van onze boerderij in de mist is heel leuk en datzelfde geldt voor de foto van de opkomende zon tussen de bomen.
Op de foto in Amsterdam is de verzamelplaats te zien waar ALF vandaan vertrekt.
De laatste foto is gemaakt op de weg van Katwoude naar Volendam, zo'n 500 meter voor Volendam. Ik kom daar niet voorbij zonder een heerlijk ijsje te verschalken.
Dit zijn de enige foto's die Kees niet zelf op het web zet. Kees overweegt ook een blog te starten, iets wat ik hem van harte aanbeveel.
zondag 21 september 2008
ALF, ruzie met Hermandad en drama op het eiland
Vandaag begint feestelijk, maar zal in een drama eindigen. Straks meer hierover.
We, Kees van Hattem en ondergetekende, rijden vandaag met ALF, de Amsterdamse Liggers een rondje. Kees staat om kwart over acht aan de overkant van het water al te wachten. Ik zie een bootje midden in de vaargeul drijven, maar dat gebeurt wel meer.
Het mist zo erg dat de overkant van de Markervaart maar juist te zien is. Tijdens het rijden beslaat mijn bril zo sterk dat ik hem maar af zet. In Wormerveer is het zicht veel beter en de bril kan weer op.
We rijden vlot naar de pont in Zaandam. Deze zou net weg varen, maar wacht even op ons en de dekbaas doet de boom weer open, erg aardig. Kees vind het rijden in de stad prachtig. Het is in verband met de autoloze zondag heerlijk rustig. Al om tien voor half tien staan we op het Museumplein. We vragen ons even af of we wel op de goede datum rijden, om tien uur is er nog niemand behalve wij. Dan komen er vlot na elkaar vier man met tweewielige liggers. Jan en Björn ken ik, de andere twee niet.
Dankzij de autoloze zondag en de Dam tot Dam loop is de IJ-tunnel voor alle verkeer afgesloten. Een uitstekende kans om er met de ligfietsen doorheen te rossen. We blijken dit niet te mogen, maar ik moedig de anderen aan door te rijden. Degene die het ons verbiedt is te voet :). We negeren de rode verkeerslichten, zetten aan en al gauw rij ik 63 km/u zonder hard bij trappen.
We volgen het parcours van de Dam tot Damloop nog een aantal kilometers en slaan dan af naar Waterland. Met tegen de 30 km/u is het heerlijk ontspannen fietsen. We pauzeren even op het havenhoofd van Marken en vervolgen onze weg boven op de dijk richting Volendam. Daar eten we een heerlijk ijsje. Behalve veel lopers zijn er ook enorm veel racefietsers die in tegengestelde richting aan de van Dam tot Dam fietsclassic meedoen.
De grote stroom fietsers wordt door verkeersregelaars in goede banen geleid. Vlak voor Volendam worden we door zo'n verkeersregelaar de weg over gestuurd. Ik kan de draai niet maken en glip achter de regelaar de grote weg op. De man schreeuwt dat ik moet stoppen. Ik pieker daar niet over en zie in mijn spiegels dat de man keihard achter me aan rent. Kansloze operatie natuurlijk. Ik geef zoveel gas dat ik de kabel waaraan mijn stuurtje hangt door zijn bevestigingspotje trek. De man rent hard terug en nu.... begin ik hem te knijpen. Het blijkt geen verkeersregelaar te zijn, maar een politieman. Hij start zijn motor, en is natuurlijk in no-time bij me. Daar helpt geen hartslag 157 tegen. De politieman snijdt me ongenadig, draait zijn motor weer terug en zet hem dwars voor me op de weg. De man is razend en schreeuwt me toe dat ik een bevel van een ambtenaar heb genegeerd. Dat weet ik als oud-politieman natuurlijk maar al te goed. Ik probeer hem te vertellen dat ik toch op die weg mag rijden. 'Dat mag sinds een jaar niet meer' gromt ie me toe. Ik begrijp mijn benarde positie maar al te goed. 'Ja meneer', 'nee meneer', 'u heeft gelijk meneer', 'sorry meneer'. Even dreigt een van mijn medefietsers benzine op de vlammen te gooien door de politieman snerend toe te voegen dat ie zonder helm op de motor rijdt. De politieman snauwt me toe dat een bekeuring 90 euro kost. De boze Hermandad duwt mijn fiets hard achteruit. Ik stap uit en tijger met de Quest door de berm naar het fietspad. Het loopt met een sisser af.
In Volendam is het zo druk dat we de passage van het drukste deel van de dijk maar vergeten. Via het dorp rijden we naar Edam en vervolgens langs de IJsselmeerdijk naar Hoorn. Wim kent zijn adresjes en in Hoorn kun je de viskraam aan de oude gemeentehaven natuurlijk niet links laten liggen.
De terugweg wordt nog prettiger met de wind in de rug. In Schardam gaan wij richting Beemster, de rest van de groep koerst zuidwaarts. In Schermerhorn neem ik afscheid van Kees en rij naar De Woude.
Daar aangekomen staan een aantal dorpelingen bij het water. Ik vraag of het op het eiland niet veilig meer is. Dan zegt pontbaas Cor Helder dat zijn zwager verdronken is en nog in het water ligt. Cor's zwager is Piet Los, de enige beroepsvisser die ons eiland kent. Piet, onze erven zijn slechts door een sloot gescheiden, is vrijdag op zaterdagnacht bij het overvaren te water geraakt. Piet kon niet zwemmen en dat is hem fataal geworden. Het hele dorp is getuige van de berging door brandweerduikers. Iedereen is zwaar aangeslagen. In deze kleine gemeenschap komt dit als een mokerslag aan.
122 km. Totaal nu 3450 km.
We, Kees van Hattem en ondergetekende, rijden vandaag met ALF, de Amsterdamse Liggers een rondje. Kees staat om kwart over acht aan de overkant van het water al te wachten. Ik zie een bootje midden in de vaargeul drijven, maar dat gebeurt wel meer.
Het mist zo erg dat de overkant van de Markervaart maar juist te zien is. Tijdens het rijden beslaat mijn bril zo sterk dat ik hem maar af zet. In Wormerveer is het zicht veel beter en de bril kan weer op.
We rijden vlot naar de pont in Zaandam. Deze zou net weg varen, maar wacht even op ons en de dekbaas doet de boom weer open, erg aardig. Kees vind het rijden in de stad prachtig. Het is in verband met de autoloze zondag heerlijk rustig. Al om tien voor half tien staan we op het Museumplein. We vragen ons even af of we wel op de goede datum rijden, om tien uur is er nog niemand behalve wij. Dan komen er vlot na elkaar vier man met tweewielige liggers. Jan en Björn ken ik, de andere twee niet.
Dankzij de autoloze zondag en de Dam tot Dam loop is de IJ-tunnel voor alle verkeer afgesloten. Een uitstekende kans om er met de ligfietsen doorheen te rossen. We blijken dit niet te mogen, maar ik moedig de anderen aan door te rijden. Degene die het ons verbiedt is te voet :). We negeren de rode verkeerslichten, zetten aan en al gauw rij ik 63 km/u zonder hard bij trappen.
We volgen het parcours van de Dam tot Damloop nog een aantal kilometers en slaan dan af naar Waterland. Met tegen de 30 km/u is het heerlijk ontspannen fietsen. We pauzeren even op het havenhoofd van Marken en vervolgen onze weg boven op de dijk richting Volendam. Daar eten we een heerlijk ijsje. Behalve veel lopers zijn er ook enorm veel racefietsers die in tegengestelde richting aan de van Dam tot Dam fietsclassic meedoen.
De grote stroom fietsers wordt door verkeersregelaars in goede banen geleid. Vlak voor Volendam worden we door zo'n verkeersregelaar de weg over gestuurd. Ik kan de draai niet maken en glip achter de regelaar de grote weg op. De man schreeuwt dat ik moet stoppen. Ik pieker daar niet over en zie in mijn spiegels dat de man keihard achter me aan rent. Kansloze operatie natuurlijk. Ik geef zoveel gas dat ik de kabel waaraan mijn stuurtje hangt door zijn bevestigingspotje trek. De man rent hard terug en nu.... begin ik hem te knijpen. Het blijkt geen verkeersregelaar te zijn, maar een politieman. Hij start zijn motor, en is natuurlijk in no-time bij me. Daar helpt geen hartslag 157 tegen. De politieman snijdt me ongenadig, draait zijn motor weer terug en zet hem dwars voor me op de weg. De man is razend en schreeuwt me toe dat ik een bevel van een ambtenaar heb genegeerd. Dat weet ik als oud-politieman natuurlijk maar al te goed. Ik probeer hem te vertellen dat ik toch op die weg mag rijden. 'Dat mag sinds een jaar niet meer' gromt ie me toe. Ik begrijp mijn benarde positie maar al te goed. 'Ja meneer', 'nee meneer', 'u heeft gelijk meneer', 'sorry meneer'. Even dreigt een van mijn medefietsers benzine op de vlammen te gooien door de politieman snerend toe te voegen dat ie zonder helm op de motor rijdt. De politieman snauwt me toe dat een bekeuring 90 euro kost. De boze Hermandad duwt mijn fiets hard achteruit. Ik stap uit en tijger met de Quest door de berm naar het fietspad. Het loopt met een sisser af.
In Volendam is het zo druk dat we de passage van het drukste deel van de dijk maar vergeten. Via het dorp rijden we naar Edam en vervolgens langs de IJsselmeerdijk naar Hoorn. Wim kent zijn adresjes en in Hoorn kun je de viskraam aan de oude gemeentehaven natuurlijk niet links laten liggen.
De terugweg wordt nog prettiger met de wind in de rug. In Schardam gaan wij richting Beemster, de rest van de groep koerst zuidwaarts. In Schermerhorn neem ik afscheid van Kees en rij naar De Woude.
Daar aangekomen staan een aantal dorpelingen bij het water. Ik vraag of het op het eiland niet veilig meer is. Dan zegt pontbaas Cor Helder dat zijn zwager verdronken is en nog in het water ligt. Cor's zwager is Piet Los, de enige beroepsvisser die ons eiland kent. Piet, onze erven zijn slechts door een sloot gescheiden, is vrijdag op zaterdagnacht bij het overvaren te water geraakt. Piet kon niet zwemmen en dat is hem fataal geworden. Het hele dorp is getuige van de berging door brandweerduikers. Iedereen is zwaar aangeslagen. In deze kleine gemeenschap komt dit als een mokerslag aan.
122 km. Totaal nu 3450 km.
vrijdag 19 september 2008
Naar Dronten met de Quest
Vandaag wil ik met de fiets naar Dronten rijden. Het is een kleine 200 km en dus ongeveer gelijk aan de dagafstanden die naar Giessen worden gereden. Ik wil enkele aanpassingen laten maken aan de tandwielen van de Quest.
Om tien over negen start ik met 7 gr. C. en weinig wind uit het oosten. Er schijnt een waterig zonnetje door de wolken. Je merkt dat het al tweede helft september is, de zon heeft al flink aan kracht ingeboet.
De rit van vandaag is weer een trainingsrit voor de trip naar Giessen. Ik hou dan ook ongeveer de snelheid aan die gemiddeld naar Giessen wordt gereden, namelijk rond 32 km/u. Hoofdzaak is dat er geen fysiek ongerief optreedt en dus is kalm beginnen het parool.
Via de Mijzenpolder, Avenhorn en Hoorn bereik ik de eerste hindernis. De wegbeheerder van Stedebroec is bezig met het vernieuwen van het wegdek van het fietspad bij Enkhuizen. In hun onmetelijke wijsheid bedenken ze een omweg die bijna onmogelijk is. Het begint al bij de scheepslift. Daar kan wel een fiets langs, maar een Quest met de grootste moeite. Dan beborden ze de omleiding zo slecht dat ik twee keer verkeerd rij.
Na een cross-country door het industrieterrein bij Enkhuizen rij ik de 29 km lange dijk Enkhuizen - Lelystad op. Opvallend zijn de tienduizenden kuifeenden, futen en meerkoeten die achter de golfbreker en vlak voor de dijk zwemmen. Het fietspad op de dijk is verder verbeterd en is nu best redelijk goed.
Tot mijn schrik komt me een oude Volvo 940 tegemoet. De bestuurder passeert me, en keert op het fietspad. Hij haalt me in en dwingt me te stoppen. De man, ik schat hem 35 jaar, zegt dat ie al vandaag al vier van 'die gele gevallen' heeft gezien. Nadat ie me heeft gevraagd hoeveel van die apparaten er zijn, wordt ie vervelend agressief. Hij meldt me dat als ie er vandaag nog één ziet hij er overheen zal walsen. Ik maak dat ik weg kom, maar blijf wel steeds in mijn spiegels kijken of de gestoorde man me volgt. Ik zie de auto in mijn spiegels kleiner worden en haal opgelucht adem.
In Lelystad is het even zoeken naar de goede passage. Gelukkig stuurde Pé Koomen me in maart onbedoeld, het berichtje was voor een andere Wim bedoeld, een Google kaartje met een snelle route door Lelystad. Dit kaartje heb ik geprint bij me en levert inderdaad een razendsnelle passage op.
Helaas kan ik even later een bordje 'Dronten' niet negeren. Ik had natuurlijk door moeten rijden, maar ga nu rechtsaf. Dit levert een omweg van een paar kilometer op, want ik kom nu in het centrum van Dronten uit.
Om even na één uur verwelkomen de mannen van Velomobiel.nl mij en gaat Theo direct aan de gang. De voorderailleur heeft nu een grootste blad van 57 tanden. Dit levert continue schakelproblemen op. Het is steeds goed schakelen tussen 2 en 3 of 1 en 2. Naar Giessen heb je alle drie bladen nodig, dus wordt het 57-tands blad vervangen voor een 53-tands. Om makkelijker te kunnen klimmen wil ik graag het 28-tands kransje vervangen door een 32-tands kransje. Theo vervangt de 24 en de 28 voor een 26 en een 32. In dwarsaanzicht kun je goed zien hoe het pakket nu is samengesteld. Met de nieuwe combinatie is het makkelijker optrekken vanuit stilstand op het grote voorblad. Ik maak een rondje en stel vast dat het schakelen prima gaat. Ook Theo maakt een proefrondje en vindt het schakelen prima.
Om tien over drie stap ik weer in om de thuisreis te aanvaarden. Het weer is nog mooier geworden en het is heerlijk fietsweer. Ik hou me nu beter aan het kaartje van Pé en ben ik no-time bij de dijk. De zon staat al lager en dat levert een aardige tegenlicht foto op van een driemaster die op de einder vaart. Tot mijn schrik is de idioot van vanmorgen nog steeds op de dijk. Hij stapt in zijn auto als ik aan kom rijden. Gelukkig gebeurt er niks.
Ik vertik het om weer de omleiding te volgen bij Enkhuizen. Ik kom bij de afzetting en rij over ruw gravel van het weg gefreesde asfalt. Een uitvoerder vraag ik of ik door mag rijden. Hij vindt het prima en na een paar honderd meter rij ik weer op normaal asfalt. In Hoorn rij ik door de oude stad, de vele verkeerslichten op de noordelijke route vermijd ik graag. Ik rij Hoorn uit en zie Kees Schouten met zijn Mango aankomen. We stoppen en praten wat. Op dat moment komt een derde Velomobiel, de Quest van Maikel Zonneveld aangescheurd. Hij is in 46 minuten uit Amsterdam komen aanrijden, voor hem een nieuw record.
Langs dezelfde route als op de heenweg ben ik om 19.00 uur weer thuis.
Prachtige dag, heerlijk fietsen en ..... zonder enig fysiek probleem. Giessen, here we come.
194 km
Om tien over negen start ik met 7 gr. C. en weinig wind uit het oosten. Er schijnt een waterig zonnetje door de wolken. Je merkt dat het al tweede helft september is, de zon heeft al flink aan kracht ingeboet.
De rit van vandaag is weer een trainingsrit voor de trip naar Giessen. Ik hou dan ook ongeveer de snelheid aan die gemiddeld naar Giessen wordt gereden, namelijk rond 32 km/u. Hoofdzaak is dat er geen fysiek ongerief optreedt en dus is kalm beginnen het parool.
Via de Mijzenpolder, Avenhorn en Hoorn bereik ik de eerste hindernis. De wegbeheerder van Stedebroec is bezig met het vernieuwen van het wegdek van het fietspad bij Enkhuizen. In hun onmetelijke wijsheid bedenken ze een omweg die bijna onmogelijk is. Het begint al bij de scheepslift. Daar kan wel een fiets langs, maar een Quest met de grootste moeite. Dan beborden ze de omleiding zo slecht dat ik twee keer verkeerd rij.
Na een cross-country door het industrieterrein bij Enkhuizen rij ik de 29 km lange dijk Enkhuizen - Lelystad op. Opvallend zijn de tienduizenden kuifeenden, futen en meerkoeten die achter de golfbreker en vlak voor de dijk zwemmen. Het fietspad op de dijk is verder verbeterd en is nu best redelijk goed.
Tot mijn schrik komt me een oude Volvo 940 tegemoet. De bestuurder passeert me, en keert op het fietspad. Hij haalt me in en dwingt me te stoppen. De man, ik schat hem 35 jaar, zegt dat ie al vandaag al vier van 'die gele gevallen' heeft gezien. Nadat ie me heeft gevraagd hoeveel van die apparaten er zijn, wordt ie vervelend agressief. Hij meldt me dat als ie er vandaag nog één ziet hij er overheen zal walsen. Ik maak dat ik weg kom, maar blijf wel steeds in mijn spiegels kijken of de gestoorde man me volgt. Ik zie de auto in mijn spiegels kleiner worden en haal opgelucht adem.
In Lelystad is het even zoeken naar de goede passage. Gelukkig stuurde Pé Koomen me in maart onbedoeld, het berichtje was voor een andere Wim bedoeld, een Google kaartje met een snelle route door Lelystad. Dit kaartje heb ik geprint bij me en levert inderdaad een razendsnelle passage op.
Helaas kan ik even later een bordje 'Dronten' niet negeren. Ik had natuurlijk door moeten rijden, maar ga nu rechtsaf. Dit levert een omweg van een paar kilometer op, want ik kom nu in het centrum van Dronten uit.
Om even na één uur verwelkomen de mannen van Velomobiel.nl mij en gaat Theo direct aan de gang. De voorderailleur heeft nu een grootste blad van 57 tanden. Dit levert continue schakelproblemen op. Het is steeds goed schakelen tussen 2 en 3 of 1 en 2. Naar Giessen heb je alle drie bladen nodig, dus wordt het 57-tands blad vervangen voor een 53-tands. Om makkelijker te kunnen klimmen wil ik graag het 28-tands kransje vervangen door een 32-tands kransje. Theo vervangt de 24 en de 28 voor een 26 en een 32. In dwarsaanzicht kun je goed zien hoe het pakket nu is samengesteld. Met de nieuwe combinatie is het makkelijker optrekken vanuit stilstand op het grote voorblad. Ik maak een rondje en stel vast dat het schakelen prima gaat. Ook Theo maakt een proefrondje en vindt het schakelen prima.
Om tien over drie stap ik weer in om de thuisreis te aanvaarden. Het weer is nog mooier geworden en het is heerlijk fietsweer. Ik hou me nu beter aan het kaartje van Pé en ben ik no-time bij de dijk. De zon staat al lager en dat levert een aardige tegenlicht foto op van een driemaster die op de einder vaart. Tot mijn schrik is de idioot van vanmorgen nog steeds op de dijk. Hij stapt in zijn auto als ik aan kom rijden. Gelukkig gebeurt er niks.
Ik vertik het om weer de omleiding te volgen bij Enkhuizen. Ik kom bij de afzetting en rij over ruw gravel van het weg gefreesde asfalt. Een uitvoerder vraag ik of ik door mag rijden. Hij vindt het prima en na een paar honderd meter rij ik weer op normaal asfalt. In Hoorn rij ik door de oude stad, de vele verkeerslichten op de noordelijke route vermijd ik graag. Ik rij Hoorn uit en zie Kees Schouten met zijn Mango aankomen. We stoppen en praten wat. Op dat moment komt een derde Velomobiel, de Quest van Maikel Zonneveld aangescheurd. Hij is in 46 minuten uit Amsterdam komen aanrijden, voor hem een nieuw record.
Langs dezelfde route als op de heenweg ben ik om 19.00 uur weer thuis.
Prachtige dag, heerlijk fietsen en ..... zonder enig fysiek probleem. Giessen, here we come.
194 km
zondag 14 september 2008
Fietsen, cultuur en historie langs de Westfriesche Omringdijk
Gisteren hebben, op initiatief van Matthijs Leegwater, 16 Velomobielen een rit gemaakt langs de Westfriesche Omringdijk. In de ochtend regende het langdurig en was het koud.
Vandaag rijden Sebastiaan Pals, Kees van Hattem en ik precies dezelfde tocht. Kees was er gisteren ook al bij, maar daar maalt ie niet om. Als notoire veelfietser heeft ie daar geen moeite mee. Toegegeven, het gaat er met snelheden van 30 tot 34 km/u enigszins bedaagd aan toe, maar Kees komt er altijd.
Vanmorgen wordt het goede weerbericht helemaal bewaarheid. Het is glashelder, onbewolkt, maar met 11 graden C. behoorlijk fris. Ik begin met de lange fietsbroek en een shirt met lange mouwen. Da's nog niet voldoende, het hesje en de dunne fleece shawl diep ik op uit de krochten van de Quest.
Ik rij naar de Waerdse Tempel en zie om 9.00 uur....niemand. Ik bel Kees' vrouw Marian en zij zegt dat Kees met de 'sporing' van zijn Mango bezig is. Even later ben ik bij Kees thuis en smaakt de koffie heerlijk.
Vandaag is zo'n beetje de lakmoes proef of ik wel of niet mee kan naar Giessen. Kunnen de knieën en de kuiten 170 km aan? We zullen zien.
Kees is een fiets puritein van het zuiverste water. We rijden de Omringdijk helemaal of we rijden hem niet. Er wordt dus niet de populaire ronde van 126 km, maar de hele ronde van 140 km gereden. Dat betekent dus dat we eerst naar Alkmaar rijden om via de Schermerweg, daar woonde ooit een van mijn eerste liefdes, de loop van het stroompje de Rekere op te zoeken. Via Koedijk gaat het noordwaarts langs het Noord-Hollands kanaal om na 35 km een eerste stop in Valkkoog te maken. We hebben dan al een prachtige rit langs de vele 'wielen' gemaakt. Wielen zijn meren die ontstaan zijn nadat een dijkdoorbraak het repareren van het diepe stroomgat niet meer mogelijk maakte. De dijk werd gerepareerd door een wijde bocht om het stroomgat te maken.
Benoorden Schagen rijden we nu oostwaarts richting Medemblik. De koude wind, we rijden continue bovenop de dijk, is nu pal tegen en ik hou mijn warme kleding lekker aan. Bij een snelheid van 30 km/u blijft mijn hartslag rond de 100 slagen per minuut, te weinig om zelfs maar aan zweten toe te komen.
In Medemblik rijden we gelijk op met de stroomtrein, altijd leuk. De conducteur stapt bij iedere kruising van de trein en houdt het verkeer tegen. Met veel misbaar van stoomfluit en dikke rookpluimen uit de schoorsteen vervolgt de trein zijn weg. Veel passagiers staan op de balkons en maken foto's van ons.
We mogen Medemblik niet in, er wordt van alles georganiseerd, waaronder een wielerwedstrijd. Wij rijden met een grote boog om het centrum van Medemblik heen en bereiken de IJsselmeer dijk ten zuiden van Medemblik. Onze tweede stop is gepland in Medemblik, maar Kees weet wel een alternatief. Dit wordt het Nationaal Stoommachine Museum dat aan de dijk direct ten zuiden van Medemblik ligt. Het museum houdt de geschiedenis van de stoommachine levend door stoommachines te verzamelen, te restaureren en te onderhouden. Het museum is gevestigd in het voormalig stoomgemaal ‘Vier Noorder Koggen’ aan het IJsselmeer. Het stoomgemaal is ruim 100 jaar oud (gebouwd in 1907) en werkt nog steeds! De koffie en appeltaart, de vorst is er maar net uit, zijn redelijk te verhapstukken. We brengen ook een bezoek aan het museum zelf. Veel stoommachines draaien en geven een mooi beeld van techniek uit ver vervlogen tijden.
In het museum zijn veel bezoekers met een badge van de Delorean club. Wij zien op het parkeerterrein een groot aantal Deloreans staan. Eén Delorean, voor de niet-ingewijden, dit is een volledig roestvast stalen auto met vleugeldeuren die in het begin van de tachtiger jaren is gebouwd, is al heel bijzonder, 28 stuks naast elkaar op één parkeerterrein is helemaal uniek.
Wij hebben veel belangstelling voor de bijzondere sportwagens, de Delorean bezitters, zij komen uit heel Europa, hebben belangstelling voor onze Velomobielen.
Na Enkhuizen kiest Kees toch voor de route over de dijk naar Hoorn. Het wordt een hobbeltocht over stalen rijplaten, puingranulaat en ander ongerief. In Hoorn zitten we een tijdje lekker op een terras op de Grote Steen voor een welkome versnapering.
Kees wil onze portie cultuur voor vandaag nog een extra impuls geven. We stoppen even in Stedebroec om naar een scheepsbaklift te kijken. De foto vertelt het verhaal. Een boot vaart vanuit de polder een stalen constructie binnen. Deze constructie wordt omhoog gehesen, horizontaal verplaatst en in het hoger gelegen IJsselmeer water weer neergelaten.
Het is heel druk in en buiten Hoorn, mede doordat er een ultralight vliegtuigje in het IJsselmeer is gecrasht. Er zijn twee dodelijke slachtoffers te betreuren.
Ik zei het al, Kees is een puritein, we blijven de officiële route volgen langs de IJsselmeerdijk totdat we de afslag naar Oudendijk nemen. Via Avenhorn bereiken we Ursem waar onze wegen scheiden. Ik rij met Sebastiaan door naar Driehuizen. Bij de 3 molens bij Schermerhorn is het muntje van Sebastiaan op. Hij moet tien minuten pauzeren en een broodje eten. Ik rij door en met de comfortabele rugwind scheur in met 47 km/u naar De Woude. Om 17.35 uur constateert pontbaas Kees dat het luie zweet er wel uit is. Klopt helemaal Kees.
Een mooie tocht zonder fysiek malheur. De knieën rapporteren wel dat 162 km een heel stuk is, maar er is geen sprake van pijn of kramp.
Vandaag rijden Sebastiaan Pals, Kees van Hattem en ik precies dezelfde tocht. Kees was er gisteren ook al bij, maar daar maalt ie niet om. Als notoire veelfietser heeft ie daar geen moeite mee. Toegegeven, het gaat er met snelheden van 30 tot 34 km/u enigszins bedaagd aan toe, maar Kees komt er altijd.
Vanmorgen wordt het goede weerbericht helemaal bewaarheid. Het is glashelder, onbewolkt, maar met 11 graden C. behoorlijk fris. Ik begin met de lange fietsbroek en een shirt met lange mouwen. Da's nog niet voldoende, het hesje en de dunne fleece shawl diep ik op uit de krochten van de Quest.
Ik rij naar de Waerdse Tempel en zie om 9.00 uur....niemand. Ik bel Kees' vrouw Marian en zij zegt dat Kees met de 'sporing' van zijn Mango bezig is. Even later ben ik bij Kees thuis en smaakt de koffie heerlijk.
Vandaag is zo'n beetje de lakmoes proef of ik wel of niet mee kan naar Giessen. Kunnen de knieën en de kuiten 170 km aan? We zullen zien.
Kees is een fiets puritein van het zuiverste water. We rijden de Omringdijk helemaal of we rijden hem niet. Er wordt dus niet de populaire ronde van 126 km, maar de hele ronde van 140 km gereden. Dat betekent dus dat we eerst naar Alkmaar rijden om via de Schermerweg, daar woonde ooit een van mijn eerste liefdes, de loop van het stroompje de Rekere op te zoeken. Via Koedijk gaat het noordwaarts langs het Noord-Hollands kanaal om na 35 km een eerste stop in Valkkoog te maken. We hebben dan al een prachtige rit langs de vele 'wielen' gemaakt. Wielen zijn meren die ontstaan zijn nadat een dijkdoorbraak het repareren van het diepe stroomgat niet meer mogelijk maakte. De dijk werd gerepareerd door een wijde bocht om het stroomgat te maken.
Benoorden Schagen rijden we nu oostwaarts richting Medemblik. De koude wind, we rijden continue bovenop de dijk, is nu pal tegen en ik hou mijn warme kleding lekker aan. Bij een snelheid van 30 km/u blijft mijn hartslag rond de 100 slagen per minuut, te weinig om zelfs maar aan zweten toe te komen.
In Medemblik rijden we gelijk op met de stroomtrein, altijd leuk. De conducteur stapt bij iedere kruising van de trein en houdt het verkeer tegen. Met veel misbaar van stoomfluit en dikke rookpluimen uit de schoorsteen vervolgt de trein zijn weg. Veel passagiers staan op de balkons en maken foto's van ons.
We mogen Medemblik niet in, er wordt van alles georganiseerd, waaronder een wielerwedstrijd. Wij rijden met een grote boog om het centrum van Medemblik heen en bereiken de IJsselmeer dijk ten zuiden van Medemblik. Onze tweede stop is gepland in Medemblik, maar Kees weet wel een alternatief. Dit wordt het Nationaal Stoommachine Museum dat aan de dijk direct ten zuiden van Medemblik ligt. Het museum houdt de geschiedenis van de stoommachine levend door stoommachines te verzamelen, te restaureren en te onderhouden. Het museum is gevestigd in het voormalig stoomgemaal ‘Vier Noorder Koggen’ aan het IJsselmeer. Het stoomgemaal is ruim 100 jaar oud (gebouwd in 1907) en werkt nog steeds! De koffie en appeltaart, de vorst is er maar net uit, zijn redelijk te verhapstukken. We brengen ook een bezoek aan het museum zelf. Veel stoommachines draaien en geven een mooi beeld van techniek uit ver vervlogen tijden.
In het museum zijn veel bezoekers met een badge van de Delorean club. Wij zien op het parkeerterrein een groot aantal Deloreans staan. Eén Delorean, voor de niet-ingewijden, dit is een volledig roestvast stalen auto met vleugeldeuren die in het begin van de tachtiger jaren is gebouwd, is al heel bijzonder, 28 stuks naast elkaar op één parkeerterrein is helemaal uniek.
Wij hebben veel belangstelling voor de bijzondere sportwagens, de Delorean bezitters, zij komen uit heel Europa, hebben belangstelling voor onze Velomobielen.
Na Enkhuizen kiest Kees toch voor de route over de dijk naar Hoorn. Het wordt een hobbeltocht over stalen rijplaten, puingranulaat en ander ongerief. In Hoorn zitten we een tijdje lekker op een terras op de Grote Steen voor een welkome versnapering.
Kees wil onze portie cultuur voor vandaag nog een extra impuls geven. We stoppen even in Stedebroec om naar een scheepsbaklift te kijken. De foto vertelt het verhaal. Een boot vaart vanuit de polder een stalen constructie binnen. Deze constructie wordt omhoog gehesen, horizontaal verplaatst en in het hoger gelegen IJsselmeer water weer neergelaten.
Het is heel druk in en buiten Hoorn, mede doordat er een ultralight vliegtuigje in het IJsselmeer is gecrasht. Er zijn twee dodelijke slachtoffers te betreuren.
Ik zei het al, Kees is een puritein, we blijven de officiële route volgen langs de IJsselmeerdijk totdat we de afslag naar Oudendijk nemen. Via Avenhorn bereiken we Ursem waar onze wegen scheiden. Ik rij met Sebastiaan door naar Driehuizen. Bij de 3 molens bij Schermerhorn is het muntje van Sebastiaan op. Hij moet tien minuten pauzeren en een broodje eten. Ik rij door en met de comfortabele rugwind scheur in met 47 km/u naar De Woude. Om 17.35 uur constateert pontbaas Kees dat het luie zweet er wel uit is. Klopt helemaal Kees.
Een mooie tocht zonder fysiek malheur. De knieën rapporteren wel dat 162 km een heel stuk is, maar er is geen sprake van pijn of kramp.
woensdag 10 september 2008
Kraan te water
Ik probeer de conditionele achterstand door vrijwel dagelijkse trainingsritjes weg te werken. Veelal maak ik een rondje door de Schermer. Heb ik meer tijd dan breid ik de route uit met de Beemster. Mag het nog wat meer zijn, dan kan de ronde worden vergroot tot Volendam en Hoorn. Zo wordt het ritje 30, 50 of 80 kilometer.
Ondanks het feit dat er nu bijna twee jaar is verstreken sinds de eerste paal van onze stolpboerderij is geslagen, zijn er nog dagelijks mensen aan het werk. Na het grote project van de nieuwe beschoeiing rond het hele perceel zijn nu de tuinen in de afrondende fase. Omdat wij het hele ontwerp van de boerderij zelf hebben gemaakt, is het bouwtoezicht een hele klus. Het komt er dan ook vaak niet van om te gaan fietsen. Je zult het net zien, kom je terug van een fietstocht en is de uitvoering van een deel van het werk niet wat je wilde. Ik blijf er dan ook graag bij en het fietsen komt op de tweede plaats.
Vanmiddag om 16.00 uur, de hoveniers zijn nu naar huis, rij ik nog een ritje door de Schermer.
De hoofdrijbaan en zelfs het fietspad langs de Noordervaart bij Stompetoren zijn afgesloten. Via de smalle weg aan de andere kant van het water blijkt al snel wat er is gebeurd. Een flinke mobiele kraan is te water geraakt en wordt er nu met heel zwaar materieel uit getakeld. Ik maak een paar foto's met de iPhone, ik was de Nikon D40X vergeten, en vervolg mijn weg.
Meestal rij ik een stuk snel langs het Noord-Hollands kanaal, met wind in de rug is 55 km/u dan prima te doen, om vervolgens de snelheid te laten zakken tot 35 à 38 km/u. Dit vinden de knieën en de rechterkuit wel prettig. Gelukkig heb ik van beide de afgelopen ritten die telkens in één stuk 50 tot 70 km bedragen, geen hinder. Dit geeft hoop dat ik over twee weken mee kan naar Giessen.
Ondanks het feit dat er nu bijna twee jaar is verstreken sinds de eerste paal van onze stolpboerderij is geslagen, zijn er nog dagelijks mensen aan het werk. Na het grote project van de nieuwe beschoeiing rond het hele perceel zijn nu de tuinen in de afrondende fase. Omdat wij het hele ontwerp van de boerderij zelf hebben gemaakt, is het bouwtoezicht een hele klus. Het komt er dan ook vaak niet van om te gaan fietsen. Je zult het net zien, kom je terug van een fietstocht en is de uitvoering van een deel van het werk niet wat je wilde. Ik blijf er dan ook graag bij en het fietsen komt op de tweede plaats.
Vanmiddag om 16.00 uur, de hoveniers zijn nu naar huis, rij ik nog een ritje door de Schermer.
De hoofdrijbaan en zelfs het fietspad langs de Noordervaart bij Stompetoren zijn afgesloten. Via de smalle weg aan de andere kant van het water blijkt al snel wat er is gebeurd. Een flinke mobiele kraan is te water geraakt en wordt er nu met heel zwaar materieel uit getakeld. Ik maak een paar foto's met de iPhone, ik was de Nikon D40X vergeten, en vervolg mijn weg.
Meestal rij ik een stuk snel langs het Noord-Hollands kanaal, met wind in de rug is 55 km/u dan prima te doen, om vervolgens de snelheid te laten zakken tot 35 à 38 km/u. Dit vinden de knieën en de rechterkuit wel prettig. Gelukkig heb ik van beide de afgelopen ritten die telkens in één stuk 50 tot 70 km bedragen, geen hinder. Dit geeft hoop dat ik over twee weken mee kan naar Giessen.
Wim met Quest in de krant
Vorige week stond het artikeltje met foto in het Noord-Hollands dagblad. Hoewel wij het NHD lezen, wij krijgen de editie met de Alkmaarse Courant, was het artikel geplaatst in Dagblad Kennemerland. Een flink aantal kennissen heeft het artikel gezien en mij gemaild of gebeld. Eén van onze watersport vrienden, Joop Glorie, heeft het stukje uitgeknipt.
Over de tekst kun je redetwisten. Ik heb gezegd dat als je niet oppast, je je knieën kunt overbelasten. Ook het stukje over boodschappen doen heb ik wel iets anders verwoord, ik doe er namelijk wel degelijk boodschappen mee. Hoe dan ook, een aardige promotie van de gestroomlijnde ligfiets.
Over de tekst kun je redetwisten. Ik heb gezegd dat als je niet oppast, je je knieën kunt overbelasten. Ook het stukje over boodschappen doen heb ik wel iets anders verwoord, ik doe er namelijk wel degelijk boodschappen mee. Hoe dan ook, een aardige promotie van de gestroomlijnde ligfiets.
vrijdag 5 september 2008
Geen tijdrit Texel
Helaas heb ik vanmorgen het wielercomité Texel laten weten dat ik niet naar Texel kom.
Hoofdzaak is de toch weer optredende kramp. Hoewel ik er enkele weken geen last van had, is het deze week weer teruggekomen. Dit kan best het gevolg zijn van een val die ik afgelopen zaterdag maakte op onze zwemvlonder. Daarbij kneusde ik mijn linker voorvoet. Met fietsen had ik er weinig last van, met lopen des te meer. Het geforceerd lopen levert malheur op in de linkerkuit.
Al met al, er zitten ook te weinig kilometers in de benen, ga ik niet naar Texel.
Ga ik me dan vervelen? Nee, niet echt. Het barst nog van de vlinders rond onze boerderij. Ik maakte, met de 18-200 zoomlens wat foto's van Atalanta's. Hoewel Bas Dekker dit veel beter kan, toch een aardig plaatje.
Dit weekend viert de Zeil- en Watersport Vereniging Uitgeest haar 75-jarig jubileum. Ik kan dit evenement nu geheel fotograferen. Wel hoop ik van harte dat de trip naar Giessen geen gevaar loopt. We zullen zien.
Hoofdzaak is de toch weer optredende kramp. Hoewel ik er enkele weken geen last van had, is het deze week weer teruggekomen. Dit kan best het gevolg zijn van een val die ik afgelopen zaterdag maakte op onze zwemvlonder. Daarbij kneusde ik mijn linker voorvoet. Met fietsen had ik er weinig last van, met lopen des te meer. Het geforceerd lopen levert malheur op in de linkerkuit.
Al met al, er zitten ook te weinig kilometers in de benen, ga ik niet naar Texel.
Ga ik me dan vervelen? Nee, niet echt. Het barst nog van de vlinders rond onze boerderij. Ik maakte, met de 18-200 zoomlens wat foto's van Atalanta's. Hoewel Bas Dekker dit veel beter kan, toch een aardig plaatje.
Dit weekend viert de Zeil- en Watersport Vereniging Uitgeest haar 75-jarig jubileum. Ik kan dit evenement nu geheel fotograferen. Wel hoop ik van harte dat de trip naar Giessen geen gevaar loopt. We zullen zien.