Ik heb een haat-liefde verhouding met hartslagmeters. Na de Polar A5 heb ik de eerste digitale Ciclo CP23 gehad. De Polar had in de Quest last van de inwendige reflectie van de signalen vanaf de borstband. De Ciclo deed het vaker niet dan wel. Daarna een Nike Triax C10 gebruikt. Hoog batterijenverbruik en roest in het interieur van de borstband. Op de amerikaanse testsite voor fietsen bij URL http://www.mtbr.com/reviews/Heart_Rate_Monitor/product_72514.shtml wordt deze Nike de grond ingeboord. Terecht.
Ik wil evenwel graag een hartslagmeter gebruiken. Daarom maar terug naar de basis. Bij mijn SportsArt 5007, een hometrainer die min of meer als een ligfiets is in te stellen, hoort een heel eenvoudige Polar Tempo hartslagmeter. Ik zoek de oude Polar T31 en de gecodeerde Polar Wearlink borstbanden op en probeer deze spullen. Geloof het of niet, ondanks het feit dat ze al jaren niet meer gebruikt zijn, werkt alles perfect.
Ik probeer de beide borstbanden en ze doen het beide goed. Ik zie dat mijn conditie nu weer op orde is, de hartslag in rust is 49. 's Morgens zal deze dan 45 bedragen. Lager kan wel, maar dan ligt overtraining op de loer. Ook is een bezwaar bij een te lage rusthartslag dat als je snel opstaat, er duizeligheid kan optreden.
Tot mijn verrassing werkt de Polar Tempo ook in de Quest zonder mankeren. Zelfs langs de spoorbaan blijft deze combinatie werken.
Ik rij vanmiddag naar De Woude. De wind komt van rechts in en de zon schijnt. Het rijdt bijzonder gemakkelijk. De hele weg van Uitgeest naar Krommene staat de snelheidsmeter op 45 km/u en de hartslagmeter op 124. Het voelt uitstekend aan en dit is natuurlijk uren vol te houden.
Eerder vanmiddag rij ik naar Optima in IJmuiden. Bob Vroegh wil me zijn racekap uitlenen voor de tijdrit op Texel op 1 september. Bob heeft de kap voorzien van een openklapbaar vizier. Dit is veel beter dan de kappen met een vaste ruit en een klein ventilatiegaatje. Deze kappen beslaan snel van binnen en als het regent zie je niks meer.
Om 12.00 uur ben ik bij Optima. Bob komt even later in de Aerorider aan. Leuke Velomobiel, maar duidelijk nog in ontwikkeling. Er staat tenminste 5 cm water op de bodem van de fiets. Een gaatje ontbreekt, er is dus nog niet met veel regen gefietst.
Totaal nu 1330 km.
zaterdag 23 juni 2007
zondag 17 juni 2007
Amsterdamse liggers
Vanmorgen om 8.05 uur zit ik in de Quest om met ALF, de Amsterdamse liggers, een rondje te fietsen. Het is zwaar bewolkt en het regent heel licht. Volgens buienradar.nl zal het tegen tienen ophouden met regenen. Ik ga op weg en hoop dat de lekgevoelige Tioga Comp Pool banden niet lek raken. Ik begin rustig, het waait Bft 4 uit het zuidwesten, en ik heb alle tijd. Buiten Uitgeest rij ik evenwel al 40 km/u en dus rij ik om 8.50 uur al de pont in Zaandam op. Het regent nu flink en even droog staan onder de overkapping van de pont is prettig. Om 9.25 uur sta ik al op het Museumplein en ben uiteraard de eerste.
Het duurt tot na 10.00 uur voor de tweede deelnemer, Marijn met een Flevobike arriveert. We gaan koffie drinken in de brasserie en zien door de ramen dat ook Mark-Jan Bastian arriveert. 3 man, da's toch wel een heel magere score. Om 10.25 uur, we staan op het punt maar weer naan huis te gaan, komt Eric Miedema nog snel aangereden. Heeft een lekke band gehad en heeft die moeten plakken.
Het blijft regenen en het is onaantrekkelijk om tegen regen en wind naar het zuiden te rijden. Ik stel voor naar het noorden te rijden en evt. op De Woude te pauzeren. De andere fietsers willen de stolp wel zien en we zetten koers naar het noorden. Marijn, we spraken even over de slipgevoeligheid van zijn Flevobike, heeft even later te laat in de gaten dat we voor een rood stoplicht remmen en glijdt onderuit. De ketting is eraf maar hij heeft zich gelukkig niet bezeerd. Mark-Jan zoekt een weg door de stad met tramrails erin, niet de goede biotoop voor een ligfiets. Een taxichauffeur toetert omstandig als ie achter me moet blijven, hij doet maar.
Vlak voor de pont over het Noordzeekanaal begint het echt hard te regenen. Gelukkig komt de pont net aanvaren en we snellen aan boord. Onder de overkapping kijken we naar de neerplenzende regen. Aan de overkant is de regen op en met het eerste zonnetje kunnen de jassen uit en rijden we gevieren over het mooie asfalt noordwaarts.
Bij Krommenie slaan we rechtsaf om via het industrieterrein Wormerveer naar De Woude te fietsen. De pontbaas vindt het OK dat ik de volgende keer de overtocht voor de medeliggers afreken. Ik heb de goedkope 50-rittenkaart helaas niet bij me. De mannen kijken even later rond in en om de stolp en zien dat er voldoende Quests in de garage passen :). Marijn gaat terug naar huis.
Bij het aanpalende Eetcafé De Woude eten we wat en genieten aan de waterkant van de langsvarende bootjes.
Gedrieën rijden we naar het zuidwesten. Nu het niet meer regent is de wind wel wat aangetrokken en gaat het met 27 km/u lekker rustig. Mark-Jan moet naar Bovenkerk en zijn bijzonder fraaie TOMTOM prototype vertelt hem dat ie bij Marken-Binnen linksaf moet. Eric en ik rijden via Assendelft naar pont Buitenhuis. Eric neemt afscheid, hij neemt de pont om in Haarlem uit komen, ik rij door om via de mooie Lagendijk naar de jachthaven Zwaansmeerpolder te rijden.
Om half vier ben ik weer thuis.
98 km
Het duurt tot na 10.00 uur voor de tweede deelnemer, Marijn met een Flevobike arriveert. We gaan koffie drinken in de brasserie en zien door de ramen dat ook Mark-Jan Bastian arriveert. 3 man, da's toch wel een heel magere score. Om 10.25 uur, we staan op het punt maar weer naan huis te gaan, komt Eric Miedema nog snel aangereden. Heeft een lekke band gehad en heeft die moeten plakken.
Het blijft regenen en het is onaantrekkelijk om tegen regen en wind naar het zuiden te rijden. Ik stel voor naar het noorden te rijden en evt. op De Woude te pauzeren. De andere fietsers willen de stolp wel zien en we zetten koers naar het noorden. Marijn, we spraken even over de slipgevoeligheid van zijn Flevobike, heeft even later te laat in de gaten dat we voor een rood stoplicht remmen en glijdt onderuit. De ketting is eraf maar hij heeft zich gelukkig niet bezeerd. Mark-Jan zoekt een weg door de stad met tramrails erin, niet de goede biotoop voor een ligfiets. Een taxichauffeur toetert omstandig als ie achter me moet blijven, hij doet maar.
Vlak voor de pont over het Noordzeekanaal begint het echt hard te regenen. Gelukkig komt de pont net aanvaren en we snellen aan boord. Onder de overkapping kijken we naar de neerplenzende regen. Aan de overkant is de regen op en met het eerste zonnetje kunnen de jassen uit en rijden we gevieren over het mooie asfalt noordwaarts.
Bij Krommenie slaan we rechtsaf om via het industrieterrein Wormerveer naar De Woude te fietsen. De pontbaas vindt het OK dat ik de volgende keer de overtocht voor de medeliggers afreken. Ik heb de goedkope 50-rittenkaart helaas niet bij me. De mannen kijken even later rond in en om de stolp en zien dat er voldoende Quests in de garage passen :). Marijn gaat terug naar huis.
Bij het aanpalende Eetcafé De Woude eten we wat en genieten aan de waterkant van de langsvarende bootjes.
Gedrieën rijden we naar het zuidwesten. Nu het niet meer regent is de wind wel wat aangetrokken en gaat het met 27 km/u lekker rustig. Mark-Jan moet naar Bovenkerk en zijn bijzonder fraaie TOMTOM prototype vertelt hem dat ie bij Marken-Binnen linksaf moet. Eric en ik rijden via Assendelft naar pont Buitenhuis. Eric neemt afscheid, hij neemt de pont om in Haarlem uit komen, ik rij door om via de mooie Lagendijk naar de jachthaven Zwaansmeerpolder te rijden.
Om half vier ben ik weer thuis.
98 km
zaterdag 16 juni 2007
Arm uit de kom en rondje De Woude
De regelmatige lezers missen nu mogelijk mijn lange ritten door Noord-Holland. Die lezers weten mogelijk dat wij bezig zijn een nieuwe stolpboerderij te bouwen op het eiland De Woude in het Alkmaardermeer. Dit vraagt veel aandacht en tijd. Ik fiets daar overigens wel meerdere keren per week naar toe, maar interessant om daar uitgebreid over te verhalen is het niet.
De ritten naar De Woude maak ik vaak op de heenweg via Uitgeest en Krommenie, terug vaak over de pont Akersloot en Limmen. Het ritje is ruim 33 km en gemiddeld rij ik ergens tussen de 30 en 35 km/u. Meestal rij ik de wat grotere stukken tussen 40 en 45 km/u. Als de condities goed zijn wil ik best soms tot ruim in de 50 km/u versnellen.
Vanmiddag durf ik voor het eerst deze week in de Quest te klimmen. Wat is het geval? Maandagmorgen in alle vroegte wordt ik verwacht op Schiphol voor een vlucht naar Alicante voor een productintroductie van Epson. Om half vier sta ik op en laat het licht in de slaapkamer uit. Ik knal met geweld tegen de kopse kant van de halfopen staande slaapkamer deur. Ik maak een zodanig heftige beweging dat mijn linker schouder uit de kom schiet. Da's nogal pijnlijk, ondanks het feit dat dit al de vierde keer is, twee keer links en twee keer rechts. Ik slaag er wel in het gewricht weer in orde te krijgen, maar het zweet gutst over mijn lijf. Alicante adios.
Met een pijnlijke schouder als gevolg van een 'dislocatie' is het in de Quest klimmen geen gemakkelijke opgave. Vanmiddag evenwel lukt het me en ik heb zin in een fietstocht. Op het eerste stuk naar Uitgeest, de wind is na de buien van vanmorgen flink aangetrokken, rij ik al snel 45 km/u met hartslag 132. De dwars inkomende wind helpt dus aardig mee.
Op het stuk van Krommenie naar De Woude zet ik stevig aan en al snel zie ik 54 km/u op de klok komen. Dat kan ik volhouden tot vlak voor De Woude. Ik kan de Quest zeker een kilometer laten uitbollen en moet nog remmen om linksaf te kunnen slaan naar de pont.
1150 km totaal.
De ritten naar De Woude maak ik vaak op de heenweg via Uitgeest en Krommenie, terug vaak over de pont Akersloot en Limmen. Het ritje is ruim 33 km en gemiddeld rij ik ergens tussen de 30 en 35 km/u. Meestal rij ik de wat grotere stukken tussen 40 en 45 km/u. Als de condities goed zijn wil ik best soms tot ruim in de 50 km/u versnellen.
Vanmiddag durf ik voor het eerst deze week in de Quest te klimmen. Wat is het geval? Maandagmorgen in alle vroegte wordt ik verwacht op Schiphol voor een vlucht naar Alicante voor een productintroductie van Epson. Om half vier sta ik op en laat het licht in de slaapkamer uit. Ik knal met geweld tegen de kopse kant van de halfopen staande slaapkamer deur. Ik maak een zodanig heftige beweging dat mijn linker schouder uit de kom schiet. Da's nogal pijnlijk, ondanks het feit dat dit al de vierde keer is, twee keer links en twee keer rechts. Ik slaag er wel in het gewricht weer in orde te krijgen, maar het zweet gutst over mijn lijf. Alicante adios.
Met een pijnlijke schouder als gevolg van een 'dislocatie' is het in de Quest klimmen geen gemakkelijke opgave. Vanmiddag evenwel lukt het me en ik heb zin in een fietstocht. Op het eerste stuk naar Uitgeest, de wind is na de buien van vanmorgen flink aangetrokken, rij ik al snel 45 km/u met hartslag 132. De dwars inkomende wind helpt dus aardig mee.
Op het stuk van Krommenie naar De Woude zet ik stevig aan en al snel zie ik 54 km/u op de klok komen. Dat kan ik volhouden tot vlak voor De Woude. Ik kan de Quest zeker een kilometer laten uitbollen en moet nog remmen om linksaf te kunnen slaan naar de pont.
1150 km totaal.
zondag 3 juni 2007
CycleVision 2007 zondag
Vandaag zal ik het 100 km criterium rijden. Ook nu weer zonder shirt. De tijdrithelm laat ik in de bus, ik draag nu de Rudy Project mountainbike helm. Hiermee kan ik mijn nek tegen de neksteun laten rusten, perfect.
Ik start nu sneller dan gisteren en ben direct al veel deelnemers kwijt. Ik pik aan bij Eduard Botter en dat betekent hard rijden. Voor de wind en direct na de bult zijn de snelheden ruim boven de 50 km/u. Ik lees later een maximum snelheid van 52,5 km/u af.
Even later zie ik voor me een wit/zwarte Quest rijden. Het is de koewest van Kees van Malssen. Ik moet wel 2 ronden flink doorbijten, maar dan zit ik ook zijn wiel. Daar ben ik heel tevreden mee. Kees sluit aan bij een groepje dat bestaat uit de groene Limit van Maikel Zonneveld, de tandem van Allert Jacobs en John Poot en twee gestroomlijnde tweewielers. Ook ik kan het tempo prima volgen. Voor de wind tegen of rond de vijftig, tegen wind rond de 45 km/u. Zo'n 12 ronden rij ik in dit treintje mee. De hartslag zit soms zelfs op 149, zo makkelijk rijdt het. Eduard Botter is dit te langzaam en is al eerder weggesprongen. Ook Kees van Malssen sprint er van tussen. Ik blijf zitten waar ik zit en ben heel tevreden met de snelheid.
In ronde 19 moet ik steeds harder trappen om de groep bij te houden. Meer dan hartslag 160 is niet mogelijk en ik moet de groep laten gaan. Ik maak wat zig-zaggende stuurbewegingen en het is me duidelijk dat de linkervoorband lek is. Ik kan uitrijden tot aan de start/finish en zet de Quest teleurgesteld in het gras.
Ik ga de camera uit de bus halen om wat te fotograferen.
Jammer dat ik de race niet heb kunnen uitrijden. Ik ben wel heel tevreden dat ik erkend snelle mannen als Maikel Zonneveld en Kees van Malssen drie kwartier heb kunnen bijhouden.
Update: In de uitslag zie ik dat ik de 55 minuten die ik heb gereden gemiddeld 46.2 km/u heb gereden. Hiermee zou ik ergens tussen de 13e en de 15e plek zijn geëindigd van de 77 deelnemers.
Update 2: De foto is gemaakt door Job Coppoolse. Heel apart om de onderkant van de Quest te zien tijdens de wedstrijd op zondag. Ik rij hier ongeveer bovenop het viaduct, terwijl Job verderop de baan staat.
Ik start nu sneller dan gisteren en ben direct al veel deelnemers kwijt. Ik pik aan bij Eduard Botter en dat betekent hard rijden. Voor de wind en direct na de bult zijn de snelheden ruim boven de 50 km/u. Ik lees later een maximum snelheid van 52,5 km/u af.
Even later zie ik voor me een wit/zwarte Quest rijden. Het is de koewest van Kees van Malssen. Ik moet wel 2 ronden flink doorbijten, maar dan zit ik ook zijn wiel. Daar ben ik heel tevreden mee. Kees sluit aan bij een groepje dat bestaat uit de groene Limit van Maikel Zonneveld, de tandem van Allert Jacobs en John Poot en twee gestroomlijnde tweewielers. Ook ik kan het tempo prima volgen. Voor de wind tegen of rond de vijftig, tegen wind rond de 45 km/u. Zo'n 12 ronden rij ik in dit treintje mee. De hartslag zit soms zelfs op 149, zo makkelijk rijdt het. Eduard Botter is dit te langzaam en is al eerder weggesprongen. Ook Kees van Malssen sprint er van tussen. Ik blijf zitten waar ik zit en ben heel tevreden met de snelheid.
In ronde 19 moet ik steeds harder trappen om de groep bij te houden. Meer dan hartslag 160 is niet mogelijk en ik moet de groep laten gaan. Ik maak wat zig-zaggende stuurbewegingen en het is me duidelijk dat de linkervoorband lek is. Ik kan uitrijden tot aan de start/finish en zet de Quest teleurgesteld in het gras.
Ik ga de camera uit de bus halen om wat te fotograferen.
Jammer dat ik de race niet heb kunnen uitrijden. Ik ben wel heel tevreden dat ik erkend snelle mannen als Maikel Zonneveld en Kees van Malssen drie kwartier heb kunnen bijhouden.
Update: In de uitslag zie ik dat ik de 55 minuten die ik heb gereden gemiddeld 46.2 km/u heb gereden. Hiermee zou ik ergens tussen de 13e en de 15e plek zijn geëindigd van de 77 deelnemers.
Update 2: De foto is gemaakt door Job Coppoolse. Heel apart om de onderkant van de Quest te zien tijdens de wedstrijd op zondag. Ik rij hier ongeveer bovenop het viaduct, terwijl Job verderop de baan staat.
zaterdag 2 juni 2007
CycleVision 2007 zaterdag
Vroeg op om de bus te halen en de Quest met uitrusting te vervoeren naar de wedstrijden van CycleVision 2007 in Sloten. Ik fiets vandaag de 1-uurs tijdrit. Verder zal ik wat foto's maken voor gebruik in Ligfiets& en voor publicatie op het internet.
Om 10.13 uur mag ik starten met de wedstrijd. Er staan wel heel veel deelnemers aan de start. Ik trek mijn shirt uit en heb later plezier van de verkoelende rijwind. Ik ken de baan totaal niet en start relatief rustig. Dat duurt niet lang, na twee rondjes weet ik dat je vrijwel overal voluit kunt gaan. Er zijn maar twee bochten die je onder de 50 km/u moet nemen.
Tijdens een tijdrit mag je niet de windschaduw van een voorligger opzoeken, dus rij ik de volle tijd in de wind. Er is niet veel wind en de vele bomen maken het aangenaam. De baan is overal redelijk goed, wel zijn er een paar diepe gaten die je door elkaar rammelen.
Na de start is er een venijnig klimmetje waar de snelheid terugloopt tot 32 km/u. Direct daarna kan de snelheid weer tot boven de 50 km/u worden opgevoerd. Tegen wind is 46 km/u goed vol te houden. Na tien minuten begin ik de eerste deelnemers te dubbelen. Dat vereist veel stuurwerk en soms zelfs flink remmen als voorliggers van hun baan afwijken en plotseling insturen. Het inhalen is wel leuk, maar de snelheid lijdt er wel onder. Ik wordt op mijn beurt door enkele snelle Questen ingehaald. Hans Wessels, Ymte Sybrandy, Theo van Andel en Niels Vogels zetten me op een ronde.
De hartslag beweegt zich tussen de 150 en 158 met een enkele uitschieter tot 160. De tijdrithelm staat me niet toe mijn hoofd tegen de neksteun te laten rusten. Dat wordt steeds minder prettig.
Na een uur heb ik 19 ronden afgelegd. Ik kan niet precies bekijken wat ik gemiddeld heb gereden, maar het zal rond de 45 km/u per uur zijn.
Update: Volgens de uitslag heb ik 45.3 km/u gemiddeld gereden. Van de 130 deelnemers ben ik geëindigd op de 23e plaats, 4 plaatsen beter dan vorig jaar.
Om 10.13 uur mag ik starten met de wedstrijd. Er staan wel heel veel deelnemers aan de start. Ik trek mijn shirt uit en heb later plezier van de verkoelende rijwind. Ik ken de baan totaal niet en start relatief rustig. Dat duurt niet lang, na twee rondjes weet ik dat je vrijwel overal voluit kunt gaan. Er zijn maar twee bochten die je onder de 50 km/u moet nemen.
Tijdens een tijdrit mag je niet de windschaduw van een voorligger opzoeken, dus rij ik de volle tijd in de wind. Er is niet veel wind en de vele bomen maken het aangenaam. De baan is overal redelijk goed, wel zijn er een paar diepe gaten die je door elkaar rammelen.
Na de start is er een venijnig klimmetje waar de snelheid terugloopt tot 32 km/u. Direct daarna kan de snelheid weer tot boven de 50 km/u worden opgevoerd. Tegen wind is 46 km/u goed vol te houden. Na tien minuten begin ik de eerste deelnemers te dubbelen. Dat vereist veel stuurwerk en soms zelfs flink remmen als voorliggers van hun baan afwijken en plotseling insturen. Het inhalen is wel leuk, maar de snelheid lijdt er wel onder. Ik wordt op mijn beurt door enkele snelle Questen ingehaald. Hans Wessels, Ymte Sybrandy, Theo van Andel en Niels Vogels zetten me op een ronde.
De hartslag beweegt zich tussen de 150 en 158 met een enkele uitschieter tot 160. De tijdrithelm staat me niet toe mijn hoofd tegen de neksteun te laten rusten. Dat wordt steeds minder prettig.
Na een uur heb ik 19 ronden afgelegd. Ik kan niet precies bekijken wat ik gemiddeld heb gereden, maar het zal rond de 45 km/u per uur zijn.
Update: Volgens de uitslag heb ik 45.3 km/u gemiddeld gereden. Van de 130 deelnemers ben ik geëindigd op de 23e plaats, 4 plaatsen beter dan vorig jaar.
Abonneren op:
Posts (Atom)