Bekijks en in de krant
Vanmorgen is het miezerig en met man en macht proberen we de was te drogen. We gebruiken zelfs een föhn in het damestoilet. Dit oude geval is niet bestand tegen intensief gebruik en de slang valt spontaan uit elkaar. Ducktape is de redder in nood en we kunnen de belangrijkste kledingstukken drogen.
Dan is mijn fiets onderwerp van inspectie. We zetten de Quest op twee houten tafels en Cees Roozendaal bekijkt alles grondig. Er lijkt niks scheef te staan, er zijn geen tanden gebroken en ook de ketting loopt soepel over de tandwielen. Ik heb het idee dat de ketting domweg te lang is. Na het verwisselen van het grote voorblad met 57 tanden voor één met 53 tanden is de ketting niet ingekort. Hoewel Cees en Ben denken dat het goed is, bel ik met Ymte van Velomobiel.nl. Hij denkt dat de ketting niet te lang is, maar denkt dat het verwijderen van twee schakels geen kwaad kan. Zo gezegd zo gedaan. Cees klaart dit klusje snel en sluit de ketting met een sluitschalm. Na het schakelen op het grootste blad voor en het grootste blad achter staat de poot van de derailleur nog steeds niet horizontaal naar voren. Er kan zelfs nog een schakel uit. Eerst maar eens proberen. Om een angstig en lang verhaal kort te maken, dit is de goede oplossing. De ketting laat zich nu makkelijk op het voorste kleine blad schakelen en daarvoor hoef ik de derailleur achter niet op te schakelen. Wel, Ymte adviseerde dat dringend, is het kleine voorblad alleen te gebruiken met de drie grootste kransjes achter. Daarboven krijgt de ketting alsnog weer te veel lengte. Ik ben een heel blij mens.
Ymte wil overigens best naar Ierland komen, per fiets. Gelukkig kunnen we door.
Van de camping in de buurt van Hillsborough koersen we zuidwaarts. De Garmin tovert een route naar Dronmare te voorschijn. Als we die volgen blijkt dat we weer noordoost waarts worden gestuurd. Er blijkt nog een Dronmare te bestaan, uiteraard heb ik de verkeerde gekozen. Gevolg is dat we fors moeten klimmen en bijgevolg spectaculair dalen. We bereiken al een hoogte van 245 meter. Omlaag komen de remparachutes van pas. De werking lijkt beperkt, maar bij snelheden van 60 tot 70 km/u staat er heel wat trekkracht op de draden. Beide chutes uit, ze slingeren soms wild heen en weer, levert een reductie van ongeveer 15 km per parachute op.
In Rathfriland arriveren we na een zeer steile klim op het dorpsplein. Direct worden we besprongen door de lokale drinkebroers. Heel vervelend want elk dorp heeft meerdere van die lastpakken die zich niet laten wegsturen. Even later worden we door de fotograaf van de lokale krant gespot. Er worden meerdere foto's gemaakt en ik wordt uitgenodigd voor een interview op de redaktie. Dat duurt even, de dienstdoende journalist is even zoek. De hoofdredacteur doet het zelf. Na alle standaardvragen waar we vandaan komen, waar we heengaan en waar die wonderbaarlijke fietsen vandaan komen, word ik bedankt en vertrek. Buiten gekomen staat een lokale vrouwelijke wethouder 'call me Lizzz', die ons hartelijk welkom heet. We moeten opnieuw op de foto, nu van haar voorkeurs fotograaf. Al met al zijn we anderhalf uur kwijt, niet iets om iedere dag te doen.
Het landschap is betoverend mooi en vooral tijdens het klimmen is er alle tijd om van genieten.
We zijn een grote bezienswaardigheid. Op vele erven staan mensen te applaudiseren of steken minimaal hun duim op. Veel auto's draaien hun raampje open en roepen naar ons. We worden talloze keren gefotografeerd. Als we even stoppen staan er direct boeren met hun gezin bij ons. Een oude boer vindt dat we 'totally crazy' zijn.
Marian rijdt nu niet achter ons, de B-wegen zijn te smal en inhalen is voor de Noord-Ieren te moeilijk. We spreken enkele rendez-vous plaatsen af. Heel fijn om even een warme kop koffie te drinken na een serie beklimmingen. Marian SMSt steeds haar juiste positie en rijdt er via grotere wegen naar toe.
De Noord-Ieren zijn zeer voorkomende chauffeurs. Als we willen invoegen stoppen ze onmiddellijk en rijden vervolgens kilometers met fietssnelheid achter ons aan. Ook het maken van een fout wordt niet afgestraft.
We eindigen de dag aan Loch Ross, geen camping, maar we zijn hartelijk welkom. Het toiletgebouw heeft keurige voorzieningen en zelfs warm water.
We hebben maar 82 km gereden, maar het zijn wel hard bevochten kilometers.
NB. De groepsfoto in Rathfriland is genomen door Richard van de Banbridge Chronicle Press, 14 Bridge Street, Banbridge