zaterdag 31 juli 2010

Ierland dag 9 31 juli Kiltealy - Dungarvan

Vanmorgen vertrekken wij uit Kiltealy en pakken de route volgens de planning op. De originele route gaat goeddeels langs L-wegen. Het spel van klimmen en dalen begint direct weer. Na drie uur fietsen zijn wij 35 km verder en wordt het klimmen steeds zwaarder. Bij mij begint mijn linker knie zich te melden met de mededeling dat het voor vandaag wel mooi is geweest. Ook de anderen willen wel wat makkelijker rijden.
Na New Ross zouden we naar Mullinavat rijden. Volgens Marian is het daar heel steil, zij komt met de camper met moeite in de eerste versnelling omhoog. We besluiten naar Waterford te rijden. Dat gaat over de N25 heel comfortabel. Per saldo zijn de L-wegen voor een Quest een vijandige biotoop. R-wegen gaat gemiddeld goed, al moet er ook dan soms met 12% helling worden gerekend.
De N25 kent mooie beklimmingen, maar evenzo mooie afdalingen. Ik kom tot 76 km/u, Ben tot 70 km/u. Kees wil die snelheden niet rijden en gebruikt de parachutes. Hij blijft rond de 50 km/u.
De remparachutes blijken een onmisbaar attribuut. Bij snelle afdalingen worden ze er een voor een uitgegooid. Dat gaat heel makkelijk als je de treklijnen over je schouders legt. Het binnenhalen gaat ook eenvoudig bij snelheden onder 40 km/u. Bij 70 km/u zijn ze alleen binnen te halen als je één draad binnentrekt. Dit ritueel herhaalt zich enkele tientallen malen per dag.
Na Waterford koersen we over de R681 naar Dungarvan. Daar zullen we Marian ontmoeten. We gaan even langs de kustweg rijden om een camping te zoeken. Dat blijkt niet slim, de route door het boerenland naar de kustweg is enorm steil. Ik belast mijn knieën te zwaar. De anderen kunnen wel omhoog komen. Even later blijkt een oude nog niet opgeloste kwaal van de fiets op te spelen. De derailleur blijft achter soms hangen en ik kan dan voor niet op het kleinste blad schakelen. Dan moet ik eerst naar het grote blad schakelen, de derailleur achter komt dan los en kan ik het kleinste blad voor schakelen.
We zoeken en vinden twee campings aan de kust. Ze zitten echter helemaal vol en er kan geen kip meer bij.
Dan maar een B&B. Zelfde laken en pak.
De eigenaresse van een B&B belt haar broer, een boer, die mogelijk wel wat kan regelen. Voor 35 euro mogen we op zijn erf staan, totaal zonder voorzieningen. Als we Marian bellen is ze niet blij, we zouden eerst bij haar langs gaan in het verderop gelegen stadje. Als we bij de boer op zijn erf staan moet er plotseling 50 euro worden betaald.
Opkrassen dan maar.
Marian rijdt richting Youghal en vraagt bij een willekeurige particulier die een mooi geasfalteerd parkeerterrein en mooie grasvelden heeft of wij er mogen staan. Dat mag en na 120 km komt deze fietsdag tot een prettig eind met een goed glas wijn en hutspot met draadjesvlees als diner.