De windgeleiding voor de voetengaten is in winterweer zeker een blijver. Al fietsend bemerk ik dat bij sterke zijwind de wind toch, zij het flink minder, nog weet door te dringen in het interieur van de fiets.
Kees en ik rijden naar Castricum om bij de opticien de precieze plek te bepalen voor het kleine dichtbij lensje in mijn brillenglas. Paul van Bossinade knipt een plak modelletje om de plaats van de lens te bepalen. Dat is vlot gedaan, het ondoorzichtige plakkertje schermt de Oregon goed af terwijl het vèrzicht niet wordt belemmerd.
In het dorp hoor ik af en toe crashgeluiden. Die blijken door de Quest van Kees veroorzaakt te worden als hij tegen een verkeersdrempel oprijdt. Zijn windgeleider heeft ie buitenop gemonteerd en kan dus niet naar binnen scharnieren. Geen goede constructie Kees, want nu krijgt het dunne polyester rond de voetengaten de kracht te verwerken.
Het probleem met de zijwind is heel makkelijk op te lossen. De huidige kwartbollen kunnen naar achter verlengd worden met aan weerszijden een flens en een verticaal stuk. Eigenlijk een 90 graden profiel. Dit zou ook de aero-dynamische eigenschappen kunnen verbeteren, het is bekend dat de voetengaten heel veel luchtweerstand opleveren,
Ook dan moet de mogelijkheid blijven bestaan om bij het aanrijden tegen een drempel het geheel omhoog te laten scharnieren. Dat kan ook met de verlengde flenzen, de breedte van het voetengat wordt nauwelijks versmald en het geheel zal langs de schoenen omhoog scharnieren. De scharnier hoeft niet meer te zijn dan een verlengde flap aan de voorkant. Met een verdikking kan het geheel op zijn plaats worden gehouden door een op de bodem van de Quest vastgelijmd plat beugeltje.
Kees neemt een schets mee voor Jan Geel. Jan is met een mal ook windgeleiders aan het maken en kan mogelijk de nieuwste ideeën in de praktijk brengen.