maandag 6 juli 2009

CycleVision 2009

Vrijdag 3 juli
Vrijdagmorgen om half acht rij ik met de Quest op de Foldycar naar Tilburg om CycleVision 2009 mee te maken. Ik heb me voor diverse wedstrijden opgegeven, maar weet op voorhand dat ik niet aan alles zal kunnen meedoen. De rechterkuit heeft wel een stevige fysiotherapeutische oppepper gehad, maar ik vrees dat het niet afdoende zal zijn.
Om even na half tien rij ik de parkeerplaats aan de Bijsterveldenweg op. Marian van Hattem is donderdag al met de camper naar Tilburg gereden en ontvangt me hartelijk. Zij zal het hele verdere weekend als een moederkloek over ons waken en ons voorzien van eten, drinken en een slaapplaats. Comfortabeler kan het niet.
We maken kennis met Daniel Fenn, een jonge Duitser die de nieuwe Go-One Evolution bij zich heeft. Daniel fietst nog maar een half jaar op een ligfiets, maar hij oogt heel atletisch en sterk. De nieuwe Go-One is enkele nadelen van de oude kwijt, maar dat de ketting en derailleur nog geheel aan de elementen zijn bloot gesteld is bepaald een gemis. Wel is de stroomlijn er flink op vooruit gegaan. Er zitten veel ontwerp details in die ook in de Quest zitten. Besturing, veerpoten, remmen, wielkasten, ze zijn zo van de Quest 'geleend'.
De eerste race is een race van 20 km langs de boorden van het Wilhelminakanaal. Enkele deelnemers zijn zeer ongelukkig met het slechte wegdek en soms gevaarlijke passages. Helaas kan ik de route niet verkennen en behalve een klein stuk van de route die ik gebruik om naar de startplaats te komen, is alles nieuw voor me.
Bij de start is de gebruikelijke gecontroleerde chaos present, helaas ook met veel vertraging. Daar kan de organisatie niks aan doen, de bruggen over het kanaal gaan gewoon open en dan kun je geen deelnemers starten. Op het parcours rijden veel inwoners van Tilburg en zelfs een Canta neemt het hele fietspad in beslag. Na de start geef ik flink gas, maar moet helaas al snel vrijwel tot stilstand komen omdat enkele bejaarden het fietspad in alle rust over kuieren. Het wegdek is inderdaad van goed tot extreem slecht. Sommige bochten zijn heel gevaarlijk, er ligt soms zelfs een vluchtheuvel in waardoor er maar heel weinig ruimte blijft voor een veilige passage. Op andere stukken kan ik tot 58 km/u rijden. Gelukkig staan er op alle kruisingen en gevaarlijke passages vrijwilligers die de deelnemers de goede richting wijzen. Helaas worden enkele deelnemers het slachtoffer van grapjassen die doen alsof ze bij de organisatie horen en deelnemers de verkeerde richting op sturen.
Ik heb een mooi punt om me op te richten, Kees van de Wetering start twee minuten voor me en ik probeer hem uiteraard in te halen. Op tweederde van de wedstrijd heb ik hem te pakken en tot mijn verrassing slaat ie linksaf waar ie rechtsaf moet. Dat kost natuurlijk minuten. Met een gemiddelde snelheid van 42,2 km/u wordt ik 24 ste van 111 deelnemers. De kuit heeft geen problemen gegeven, heerlijk.
Overdag is een hele delegatie fietsers uit Noord-Holland onderweg naar Tilburg. Dat is een heel pittige fietstocht en ze komen pas rond half acht aan. Marian heeft uitstekende macaroni gemaakt, vooraf gegaan door een pittige bouillon om het uitgedampte zout weer aan te vullen.
In de middag doe ik mee aan de voorronden van het criterium. Dit blijkt op een soort grote kartbaan te worden gehouden. De tweewielers kunnen hier veel harder rijden dan een Quest. Ik moet dan ook steeds remmen en weer optrekken, een desastreuze mishandeling van mijn rechterkuit. Al na een kwartier schiet de kramp erin en is het einde wedstrijd.
Om half negen is mijn lezing gepland over mijn bandenproeven, het maken van een eenvoudig laserwaterpas instrument en de ontwikkeling van een velomobiel band. Precies op het moment dat ik zal starten begint buiten de prijsuitreiking. Drie kwartier later hou ik mijn lezing alsnog. De zaal zit helemaal vol en de presentatie loopt goed.

Zaterdag 4 juli
Yvonne van der Stok is gisteren, samen met haar border colly mee naar Tilburg gereden. Vanmorgen om zes uur vertrekt ze alweer naar Burgerbrug om weer een kleine 200 km te rijden. Onderweg is ze nogal verhit geraakt en met hond en al in een kanaal gedoken.
Na een prima nachtrust in de camper rij ik de sprint van 200 meter met vliegende start. Ik heb zoiets nog nooit gedaan en dus steek ik mijn licht op bij een paar oude rotten. Er is maar één parool, vanaf de start voluit tot het eind. De aanloop is echter maar 600 meter, inclusief snelheidsbeperkende bocht. Het parcours waarop echt snelheid gemaakt moet worden is dan ook te kort. Op de finish staat mijn maximaal teller op maar 59 km/u, uiterst teleurstellend. Ik bekijk het parcours nog eens en zie dat de aanloop licht omhoog loopt. De korte aanloop, de bocht en het oplopende traject maken dat de snelheid tegenvalt, niet alleen bij mij trouwens.
Een aantal deelnemers krijgt de gelegenheid om een langere aanloop te maken. Ik wil dat ook wel, maar mag dat niet. Ik verzoek het startcomité indringend dit ook mij toe te staan. Ik leg ze uit dat als dat niet wordt gehonoreerd, dit wel een spijkerharde vervalsing van de resultaten oplevert. Nadat nog enkele Questrijders zich melden voor de langere aanloop, wordt het uiteindelijk toch toegestaan.
De tweede rit gaat duidelijk beter, op het eerste startpunt rij ik nu al 30 km/u. Bij de bocht moet ik inhouden tot 45 km/u maar daarna kan ik voluit sprinten. Dat gaat wederom loodzwaar, maar op het 0-punt rij ik ruim 59 km/u en op de finish staat mijn maximaal teller op 61 km. Gemiddeld wordt het over de 200 meter 59,8 km/u. Dit levert een 22 ste plaats van 113 deelnemers op. Ik ben sneller dan de huidige wereld uur recordhouder ongestroomlijnd Aurélien Bonneteau. De nieuwe wereldkampioen Niels van der Wal wordt 17e en rijdt 0,6 km/u sneller. Al met al een prima prestatie voor deze bijna 62-jarige oude baas :).
Op een andere locatie, nu de Reeshof, geef ik mijn tweede lezing. Het is flink zoeken waar het lezingen zaaltje zich bevindt. Er zijn nu maar 15 toehoorders. Ik denk, en met mij Maarten Sneep, dat het geven gedurende de daguren van lezingen niet zo zinvol is.
's Middags kijken we naar de 1-uurs race. Ik zou deze race meerijden, maar nadat het parcours door een onwillige ondernemer moet worden ingekort, zie ik er van af. Er ontstaan voor de Quest teveel korte stukken waardoor te vaak moet worden opgetrokken en weer afgeremd.
De race is schitterend om te zien. Onze Duitse vriend met de Go-One gaat als een beest te keer. Af en toe slaat ie bijna om en de achterwiel slips zijn huiveringwekkend. Hij blijft echter overeind en boekt een prima resultaat door 14de te worden. Gedurende een half uur strijdt hij met Theo van Andel in de Quest. Zo bonkig als Daniel door de bocht gaat, zo soepel en glad doet Theo dit.
Wij zijn getuige van enkele spectaculaire crashes. Christian Bar. v. Ascheberg gaat onderuit en schuift tientallen meters over het asfalt. Zijn stroomlijn is ernstig beschadigd, hijzelf heeft slecht een paar sneetjes in zijn bovenbeen. Na de wedstrijd helpen Jan, Nico en Matthijs hem met het uit zijn vernielde stroomlijn peuteren van zijn Zox20 fiets.
's Avonds meldt zich een mevrouw van organisatie en zegt dat zij ons zwart kamperen onfatsoenlijk vindt. Wij hebben namelijk een flinke tent, met toestemming van de aangrenzende school, op het grasveld naast het parkeerterrein neergezet. Ik zeg tegen de mevrouw dat ik 120 euro kampeerkosten voor 8 mensen heb overgemaakt aan de NVHPV. Ik nodig haar uit dit bij Jan Limburg te verifiëren. Wijzend naar een stel andere kampeerders die op hetzelfde grasveld staan en niks hebben betaald, verdwijnt ze mokkend weer op haar damesfiets. Overigens blijkt dat twee van de acht fietsers zelf ook al aan de vereniging hebben betaald. Dan is 120 euro voor enkele keren douchen en gebruik van de WC wel heel royaal betaald.
Onze Duitse Go-One vriend meldt zich met honger bij de camper. Er is nog voldoende over en hij eet zijn buik rond.


Zondag 5 juli
Het is bloedheet en drukkend weer. Er is vrijwel geen wind en onder deze omstandigheden is racen een 'hell of a job'. Jullie raden het al, Wim is vandaag toeschouwer. Het wordt een zogenaamde Le Mans start, de fietsen aan één kant van de baan, de renners aan de overkant. Het vertrek is natuurlijk totale chaos met veel geschreeuw. Uiteindelijk is iedereen onderweg voor wat uiteindelijk een ware slijtage slag zal worden. Met Jan, Nico en Matthijs, de laatste twee vormen samen de Twisker Ligfietsclub, vermaken we ons uitstekend langs de baan. Kees van Hattem is naar zijn moeder in Oirschot en zal later op het keerpunt zien hoe Ymte Sijbrandy met de nieuwe Strada een salto mortale onderneemt. Thomas van Schaik is met 40 km/u op een paal geknald en moet met een uiterst pijnlijke achillespees opgeven. Gerard Arends, de rekenmeester van de organisatie, vraagt of ik de precieze lengte van de baan wil opnemen. Ik maak een rondje over het circuit terwijl de renners mij inhalen. Ik haal met maar 35 km/u zelfs een dikke Italiaan in een gedeeltelijke stroomlijn in. Die man moet eerst maar eens 30 kg afvallen. De baan blijkt 3,81 km lang. Mijn Quest zet ik aan de kant van de baan en volg de wedstrijd weer. Even later komt Guus van Schoot binnen met een kapot gereden voorband. 'Wim, heb jij een voorband voor me?'. 'Nee, ik heb geen reserve, maar je mag mijn voorband wel van mijn Quest halen'. Een seconde later wordt mijn Quest een tikkie ruw in de berm op zijn zij gesmeten en van de Avocet ontdaan.
Na drie uur begint het voor veel deelnemers te veel te worden. Eén velomobilist rijdt pardoes in de greppel naast de baan. Met man en macht wordt ie uit de sloot getild en kan gelukkig zijn race vervolgen.
Na twee heerlijke ijsjes en een biertje is de vier-uurs wedstrijd voorbij. Boven het wedstrijd terrein trekt de lucht dicht en het begint te waaien en te regenen. Het blijft evenwel beperkt en na een snelle prijsuitreiking, hulde hiervoor aan het wedstrijdcomité, rij ik op een van Matthijs geleende Perfect Moiree voorband naar de camping. Even later komt Guus de Avocet terugbrengen. Ondanks het vele raggen en op twee wielen rijden, blijkt de Avocet dit ongeschonden te hebben doorstaan. Na weer een uitstekende door Marian bereide zuurkoolschotel, rij ik met een prachtig ondergaande zon naar De Woude.

Al met al heb ik en met mij de hele Noord-Hollandse delegatie, een prachtig weekend gehad. Betekent dit dat de locatie zo goed was?
Nou nee. Dit is helaas naar mijn mening de slechtste plek geweest om een CycleVision te organiseren. Hoewel ik er begrip voor heb dat de organisatie kon meeliften op evenementen van de gemeente Tilburg, zijn er wel heel veel bezwaren en beperkingen geweest. Het evenement is versnipperd over veel te veel locaties die veelal moeilijk te vinden waren. De afhankelijkheid van stratencircuits leverde onverwacht bijzondere hinder op. Ondernemers besluiten geen rekening te willen houden met de wedstrijden waardoor de baan moet worden ingekort. Ook fysieke beperkingen tijdens de kanaalrace en de 4-uurs race leverden moeilijkheden op. Dat er geen ernstige ongelukken zijn gebeurd is meer geluk dan wijsheid. Zouden die wel gebeurd zijn, dan zou het hoofdstuk aansprakelijkheid wel eens in het nadeel van de organisatie kunnen hebben uitgepakt. Het aantal toeschouwers zal lager zijn geweest dan voorheen. Zeker tijdens de wedstrijden waren er behalve de renners en hun aanhang nauwelijks toeschouwers.
Tenslotte wil ik er voor pleiten om de verschillende activiteiten beter op elkaar af te stemmen. Als ik op vrijdagavond om half negen mijn lezing over banden wil beginnen, wordt op precies datzelfde moment de prijsuitreiking van die dag afgewerkt.
Van veel deelnemers beluister ik dat Sloten en nog liever de RDW baan in Lelystad, hun grote voorkeur verdient. Met de prima financiële positie van de NVHPV moet dit toch wel mogelijk zijn?
Hulde aan de wedstrijdorganisatie die met vele vrijwilligers en heel moeilijke omstandigheden toch een prachtig evenement hebben neergezet.
Tenslotte wil ik nogmaals Marian van Hattem bedanken voor de eindeloze gastvrijheid en verzorging.

dinsdag 30 juni 2009

Rondje Noord-Hollandse duinen

Vanmorgen rij ik naar Kees om een rondje langs de kust te fietsen. Volgens Kees is het daar koeler en dat is met 24 gr. C prettig.
Ik begin met een stevige opwarm ronde. Met 50 km/u naar het pontje Akersloot en dan hoog in de 40 naar Heerhugowaard. Als ik bij Kees aan de koffie zit, gutst het zweet in stralen van mijn gezicht en kan ik gelijk weer een laag factor 50+ smeren.
Wij rijden noordwaarts om via het Geestmer Ambacht en Schoorldam de duinen in te rijden. Het eerste stuk is een lange klim, de afdaling is ook lang en natuurlijk is het leuk om Kees zonder trappen hard voorbij te rijden :).
Na de Schoorlse duinen rijden we naar Bergen aan Zee. Het is hier alleen schelpenpaden wat de klok slaat. Kees is er gek op en durft hier onwezenlijk hard te rijden. Zijn Quest gooit zoveel stof omhoog dat ik af en toe door een wolk schelpenstof rij.
In Bergen aan Zee haast iedereen zich naar het strand. Wij zoeken het duinpad naar Egmond op en rijden nu weer in de Kennemer duinen waar de verharding uit gebakken klinkers bestaat. Na een flinke klim is de bochtige afdaling naar Het Woud met maximaal 52 km/u nogal spectaculair.
Voor ons steken drie Schotse Hooglanders over. Prachtige dieren die niks kwaads in de zin hebben, behalve .... als er kalfjes zijn. Een nietsvermoedende recreant is vorige week lang achtervolgd door een moederkoe. Dat blijkt toch wel vaker te gebeuren, reden waarom er volgend jaar geen stieren meer in het terrein worden toegelaten.
Na de prachtige duinrit slaan we op de Zeeweg in Bakkum linksaf om via Castricum, Limmen en Akersloot naar De Woude te fietsen.
72 km

zondag 28 juni 2009

Fortentocht 2009

Vanmorgen om half zes gaat de wekker, asociaal vroeg voor een gepensioneerde. Er is dikke mist, de overkant van de Markervaart is maar net te zien. Ik zet de Quest op zijn twee geleiders op het roeibootje en maak de boot los van de zwemvlonder. Ik maak een foto en wil de camera in de Quest terugleggen. Doordat ik wat leun op de Quest glijdt de boot onder de Quest vandaan en komt de fiets geheel en al los van de boot. Met drie wielen in het water weet ik de Quest de zwemvlonder op te hijsen. Da's niet zo slim Wim. Voortaan eerst de fiets op de rem zetten, dan pas los maken.
Ik zie Kees inmiddels vaag aan de overkant staan. Ook Sebastiaan komt even later en zij helpen de Quest van de roeiboot. Om even na half zeven rijden we weg van het eiland.
Het mist zo erg dat mijn bril geen functie heeft. Zonder bril zie ik meer.
Wij rijden met 32 tot 34 km/u richting Purmerend. Door de Beemster naderen we in rap tempo Edam Volendam. Wel moeten we even uit de fiets om een tweetal stalen buizen die over de dijk liggen te passeren. De hoeken van het plankier zijn te steil en we moeten de fietsen oppakken om krassen te voorkomen.
De mist trekt op en een plakkerige vochtigheid valt over ons heen. We worden nergens door verkeer gehinderd, alles en iedereen ligt nog vredig te slapen. Wel zijn hier en daar vissers actief. Opvallend zijn ook een aantal fazanten die niet van ons schrikken.
Via Katwoude rijden we door Monnickendam en gaan het eerste stuk bovenop de dijk rijden. Op de afslag naar Marken gaan we onder aan dijk snelheid maken. Dat lukt prima en met 36 km/u zijn we in no-time in Durgerdam en de Schellingwouder bruggen.
Hoewel Kees denkt dat we verzamelen op het Museumplein, weet ik dat dat het Centraal Station moet zijn.
Voor het CS zien we een aantal oude bekenden en even na negenen vertrekken we met 7 tweewielers en 5 velomobielen, 1 Alleweder en 4 Questen. Later zullen nog twee open liggers aanpikken en bestaat de groep uit 14 fietsers.
We volgen de route rechtsom, dus via Muiden. Op de Diemerzeedijk maak ik een foto van Sebastiaan en Kees. De mooi oranje gespoten Quest van Sebastiaan is heel fraai geworden. De route is verder bekend en gaat over vrij smalle dijken. Het tempo ligt tussen 25 en 30 km/u.
Dat is een heel ontspannen tempo, zeker voor mij. Sommige fietsers moeten dan al vrij diep in hun reserves tasten om het tempo bij te sloffen. Met een hartslag tussen 78 en 94 slagen per minuut is het in het drukkende weer bijna slaapverwekkend. Toch moeten sommige fietsers hun hart al aansporen tot 134 slagen per minuut. Twee deelnemers fietsen met een lange broek, een tikkie te warm lijkt me.
In Abcoude drinken we koffie met appeltaart, inmiddels een traditie.
Tijdens de passage van Schiphol hoor ik achter mij een landend vliegtuig aan komen suizen. Ik pak snel de Canon en maak een aardig plaatje.
In Hoofddorp houden we traditioneel halt voor een broodje en wat drinken. Het restaurant had vorig jaar zijn patatkraam gesloten, kennelijk erop speculerend dat een aantal mensen dan wel naar het restaurant zou komen. De patatkraam is weer open, het heeft ze kennelijk geld gekost.
Marcel Beekmans, en hij niet alleen, neemt een dubbele portie patat, met mayonaise en pindasaus. Een kroket kan er ook nog wel bij. Hoe krijgen ze het weg. Ik hou het bij mijn boterhammen waarvan ik er van de meegenomen zes uiteindelijk maar vier opeet. Wel smikkel ik vandaag drie heerlijke bananen weg.
Er is een country fair aan de gang en wij rijden dwars tussen alle activiteiten door. Ik sta plotseling voor het podium van een line-dance groep. De dansers vinden het prima en de sfeer is overal ontspannen.
In Hoofddorp rijden we weer tussen de schapen, altijd leuk. Er zijn nu ook koeien. Van koeien is bekend dat ze overal hun nieuwsgierige neus insteken, onderwijl kwistig kwijlend. Het jonge beest laat zich niet wegsturen en komt ook naar mijn Quest om te kijken of het een misschien wel een grote liksteen is.
In een bocht rijden drie fietsers op elkaar. John Tromp blijft op de grond liggen en dat lijkt niet OK. Hij heeft zijn stuur keihard op zijn borstbeen gehad en krijgt even geen lucht. Gelukkig valt het allemaal mee en na een snelle reparatie aan de beschermrand van zijn voortandwiel kunnen we weer verder.
Via Haarlem komen we bij het Noordzee kanaal waar pont Buitenhuis ons overzet.
Voor mij, Kees en Sebastiaan komt nu de laatste etappe. Het pontje over de Nauernase vaart is buiten bedrijf, dus we moeten een stuk omrijden. Bij De Woude nemen we afscheid van de groep die rechtsaf slaat richting Starnmeer.
Een mooie, maar wel plakkerige fietsdag.
181 km

dinsdag 23 juni 2009

Schakelen en allium

Kees komt vanmorgen en zal mijn achter derailleur iets bijstellen. Zaterdag was de ketting er achter afgelopen en zat achter het grote blad. Het behoeft maar een kleine correctie. Tijdens het fietsen op de blokken blijkt dat alles goed loopt. De ophanging van de rechterwiel poot is losgelopen en deze wordt vastgezet.
Terwijl ik me omkleed sluit Kees vriendschap met een postduif. De vogel eet uit zijn hand. De postduif is afgekomen op de voerplek van onze mussen. Mussen zul je denken, zijn die er nog? Nou bij ons zijn er vele tientallen en het is een genoegen de kleine vogeltjes gade te slaan.
Ik wil een kwijtgeraakt Beta ratel sleuteltje vervangen en wij gaan op weg naar Castricum. Harry Schoenmaker heeft het sleuteltje niet in voorraad en zal het voor me bestellen.
Daarna rijden we de duinen in en nemen nu een mooie route midden door de duinen. In Egmond verlaten we de duinen en rijden terug naar Bakkum-Noord. Onderweg komen we langs een werkelijk schitterend perceel vol met alliums, sieruien. Ik maak een paar foto's en verbaas me over de prachtige details in de bloem van de ui. Recht tegenover de alliums is enkele jaren geleden een stuk duin afgegraven en is een natte biotoop gecreëerd. We zien er konijnen rondhuppelen en ook de konikspaarden zijn met veulens van de partij.
We rijden langs mijn geboortehuis aan de Heereweg in Bakkum-Noord. Ook het ouderlijk huis aan de Bleumerweg en de vroegere tuin van mijn vader, Sint Bavo's Hofstede, blijken nog altijd een rustgevend oord te zijn. Ik praat even met mevrouw Borst die in de boerderij naast mijn vaders' voormalige tuin woont. Eigenlijk heet de boerderij Sint Bavo's Hofstede. Mijn vader zei altijd 'we gaan naar de 'brave hofstee'. Mevrouw Borst herkent me moeizaam, maar weet wel dat ik degene moet zijn die bij de politie heeft gewerkt. Via de Achterlaan bereiken we de Heereweg weer.
Ik sprint met 44 km/u omhoog naar het treinviaduct, dat gaat aardig goed.
Via Limmen rijden we naar het pontje in Akersloot waar een leerling wordt geleerd met de pont om te gaan. Hier scheiden onze wegen.
50 km.

zondag 21 juni 2009

Rondje Noord-Holland en spierpijn

Afgelopen dinsdag heeft mijn fysiotherapeut mij een reeks oefeningen laten doen die de dagen erna een onwaarschijnlijke spierpijn tot gevolg hebben. Trap op of af, een kwelling. Zelfs vandaag, ik rij het door Kees van Hattem georganiseerde rondje Noord-Holland mee, weet de spierpijn van geen wijken.
Om 9.00 belt Kees waar ik blijf. Kees is niet op het afgesproken punt, de parkeerplaats voor De Woude. Hij is op de parkeerplaats bij de Woudhaven, toch een ander parkeerterrein hoor Kees :).
Kees komt alsnog naar de De Woude en kan gelijk de pont op. Mijn ketting is er achter afgelopen en da's een kolfje naar Kees' hand. Wel op tijd en op de goede plaats is Henk Katee. Henk is in december 2006 bij mij thuis geweest om naar mijn Quest te kijken. Via een gebruikte Mango heeft ie nu sinds een half jaar zijn eigen Quest.
Om half tien rijden we gedrieën richting Spijkerboor. Marian, Kees' vrouw, rijdt met de camper achter ons aan.
Het rijdt prima, de wind komt uit het noord-westen en is dus gemiddeld achter met een kracht van Bft 4. Dat is prettig voor de geplaagde spieren. Ik heb de lange broek en een shirt met lange mouwen aan.
Via Schermerhorn, Langereis en de contreien van Dirk Scheringa, Opmeer en Spanbroek, zijn we rond het middaguur in Medemblik. Bij het gemaal Lely heeft Marian het met de inwendige mens goed voor. Allerlei soorten broodjes, naar wens zelfs soep, maken dat het in de camper comfortabel toeven is.
Er komen twee wielrenners langs die roepen dat wij een klompenclub zijn. We staan op het punt te vertrekken en we zijn er op gebrand om de beide heren een 'poepie te laten ruiken'. Dat lukt natuurlijk en met 48 km/u ram ik er langs 'fietsen mannen!'.
Die 48 km/u moet ik even later bezuren. Ik blijf vanaf nu maar in de staart van het pelotonnetje.
Jan Geel, eigenaar van museum De Baan in Oostwoud, voegt zich bij de groep en we rijden nu met 4 velomobielen richting Den Oever. Over het haventerrein rijden we naar de zeedijk en rijden we een stuk buitendijks. Dan vervolgen we onze weg over het voormalige eiland Wieringen. Het landschap golft hier behoorlijk en de vele houtwallen geven beschutting tegen de tegenwind die we nu hebben.
De route naar het vliegveld De Kooy is recht tegen wind. Dankzij het mooie asfalt op de Balgzandweg houden we toch 32 km/u aan.
Zuid van Den Helder verzamelen we weer tegenover de Mac Donalds. Ook nu weer brood, fruit en lekker drinken. Ik krijg zelfs slaap, maar Kees blaast weer op de vertrektrompet en de frisse zeewind brengt me weer bij de les. De wind komt nu ongeveer dwars in en de snelheid ligt tussen de 32 en 34 km/u. Dit is met name voor Jan Geel, 68 jaar en met een vrij zware eigenbouw velomobiel, wel ongeveer het maximum.
Henk gaat door naar Heiloo en Beverwijk en neemt afscheid van ons.
Kees heeft een favoriete doorsteek van Koedijk naar Heerhugowaard door Alkmaar-Noord. Dit is een heel vervelend stuk met honderd bochten, slecht wegdek en kruisend verkeer. Ook Jan Geel vindt het een slecht stuk. Voortaan maar doorrijden tot in Alkmaar Kees, dat gaat vele malen sneller.
Op het parkeerterrein voor De Woude eindigt voor mij de rit, de teller staat op 148 km. Kees gaat terug naar Heerhugowaard en Jan Geel gaat op weg naar Oostwoud.

dinsdag 16 juni 2009

Bezoek aan Flevobike en rijden op GoCycle

Voor een test kreeg ik via Velomobiel.nl een tweetal GoCycle banden van Flevobike. Met Johan Vrielink had ik vorige week een gesprek over lagers, banden en nog veel meer. Voldoende reden om vanochtend naar Dronten te rijden.

In Dronten ontvangt Johan me bijzonder vriendelijk. Later komt ook André er bij. We praten over banden en lagers. Johan leidt mij enthousiast rond in het smetteloos ogende bedrijf. Steeds weer blijkt de inventiviteit van de mensen van Flevobike. Al heel vroeg hadden zij een geïntegreerd CAD/CAM systeem met gekoppelde 4-assige CNC freesmachine. Veel ontwikkelingswerk voor grote fietsmerken nemen zij voor hun rekening. Ook hebben zij een zeer grote rol gehad in de ontwikkeling van de GoCycle, reden waarom er enkele van die fietsen bij Flevobike in gebruik zijn. Uiteraard valt de grote mal op waarin de onderbak voor de Versatile wordt gemaakt, een milieuvriendelijk proces met een minimale hoeveelheid afvalstoffen.
Hun belangrijkste product is momenteel de Greenmachine, een wondertje van vernuft. Met een ongelooflijk oog voor detail wordt er aan deze fiets gewerkt. Zo wordt er bijvoorbeeld met laser uit schuimplastic een gecompliceerd kabelgeleiding systeem gemaakt. Eerst worden uit massief aluminium met de CNC frees veel onderdelen gefreesd. Zijn de onderdelen perfect, dan wordt de productie overgeheveld naar het spuitgieten in magnesium, thixomoulding geheten.

Het onderwerp lagers komt uiteraard ook aan bod. In de achterbrug van de Greenmachine zitten enkele moeilijk bereikbare voor corrosie gevoelige lagers. Daar is natuurlijk wel een goede oplossing voor :).

Voor ik vertrek, het is dan al enkele uren later, mag ik even op de GoCycle van André rijden. Een heel bijzondere ervaring. De GoCycle is zeker 10 kg lichter dan de lichtste normale elektrische fiets. Het fietst heel sportief en de elektrische hulp maakt het vooral bij tegenwind en bergop heel comfortabel.

Helaas is er geen vervanging beschikbaar van de door mij kapot gereden GoCycle band.

Ik neem afscheid van een stel gedreven inventieve techneuten die de zaak ook organisatorisch heel goed op orde hebben.

Even ga ik nog langs bij Velomobiel.nl voor een rol gele tape voor Kees en een reserve spiegeltje.

Onderweg hoor ik een enorme klap onder de auto. De auto blijft goed sturen en ik rij door. 50 km verder hoor ik nog een keer een dreun, maar ook nu is weer niks te voelen. Thuisgekomen, de rechter voorband schuurt nu steeds in de wielkast, blijkt de voortrein acht centimeter lager te zijn geworden. Dat zal wel een gebroken voorveer zijn.

Update 17 juni. Vanmiddag is de Audi door een auto-ambulance opgehaald. Inderdaad is de rechter voorveer dwars door midden gebroken. Gelukkig hebben de uitstekende stukken van de veer de band niet geraakt. De veren, ze worden bij voorkeur beide tegelijk vervangen zijn pas eind volgende week leverbaar.

Bandentest 20" GoCycle banden

Zowel via deze blog als off-line wordt me gevraagd naar mijn bevindingen met de GoCycle banden. Heel belangrijk is het niet, de GoCycle fiets is pas in augustus te koop en banden zijn al helemaal niet te krijgen. Toch wil ik jullie informeren over deze band. Ik heb de banden er nu drie weken omliggen en ik kan zeggen dat de banden bijzonder comfortabel zijn en duidelijk sneller aanvoelen dan de Avocets. Maar hoeveel sneller zijn ze? Tijd voor een test.
Vanmorgen komt Kees op De Woude aanrijden terwijl een grote telekraan op een ponton de verrotte sluisdeuren van het antieke sluisje in onze tuin aan het hijsen is. Daarvoor nog even een moeilijk moment. De ponton blijkt te groot om de sluis te bereiken. één van onze mooie roeiboot steigers ligt in de weg. Het verzoek is of één van deze roeiboot steigers mag worden gedemonteerd om het ponton dichterbij de sluis te krijgen. Ik besluit het goed te vinden en onze mooie steiger ligt na een uur gedemonteerd op ons erf. Het hijsen van de deuren is een spectaculair gezicht.
Kees monteert op mijn fiets een 57-tands tandwiel ter vervanging van een 53-tands exemplaar. Op snelheden boven de 50 km/u vind ik de trapfrequentie te hoog en loopt mijn hartslag te snel op. Een 65-tands tandwiel kan er helaas niet op, de poot van de derailleur is te kort.
Terwijl Kees aan het sleutelen is zie ik dat de wind vrijwel wegvalt, eindelijk kans om een test te doen met de GoCycle banden.
Als het tandwiel is geplaatst is het best nog een klus om de derailleur goed te laten werken, maar het lukt Kees toch.
Ik laad de pomp, het meetlint en de krijtjes in en samen rijden we naar de uitrol locatie. Ik geef flink gas en bereik onderaan het talud van het viaduct een snelheid van 56 km/u. Met het grote tandwiel blijkt deze snelheid goed vol te houden, al moet wel gezegd worden dat de heel lichte wind wel in de rug is.
We hebben moeite om de startlocatie te vinden. De plek, een groen gespoten streep, vinden we uiteindelijk en blijkt zich wel heel laag op de helling te bevinden. Ik maak een aantal runs met de GoCycle banden, maar eerst pomp ik ze op tot precies 5 bar. Drie runs eindigen na resp. 102, 102,20 en 103,15 meter. Daarna legt Kees de Avocets er op en pomp ik deze op tot 6 bar. Onmiddellijk valt het mindere comfort op en de uitrolafstanden zijn wel heel veel korter. De drie runs eindigen na resp. 80,30, 81,55 en 83,50 meter.
Gemiddeld komen de GoCycles tot 102,45 meter, de Avocets tot 81,80 meter. Dit is een verschil van maar liefst 25,3 %.
Dit maakt de GoCycle banden tot verreweg de lichtst lopende band die ik tot dusver hebt getest.
Vanaf heden dus nog alleen maar GoCycle banden? Helaas niet. Ze zijn nog niet verkrijgbaar, maar ook technisch zijn er nogal wat bezwaren. De band blijkt heel kwetsbaar, tijdens de demontage blijkt één band ernstig beschadigd en kan als afgeschreven worden beschouwd. De compound van de wangen is zo zacht dat het regelmatig aanlopen in de wielkast de vliesdunne rubber laag razend snel wegslijt. Ik kan niet goed inschatten wat de risico's van het wel heel makkelijk omleggen van deze banden zijn. De band valt letterlijk over de velg heen en laat zich moeilijk rond monteren.
Een telefoontje van Vredestein houdt een heel duidelijke waarschuwing in, deze band is niet geschikt voor velomobielen.
Wel is de band een mooi opstapje voor een gesprek over de ontwikkeling van een wél voor velomobielen geschikte band.
Ik rij na de tests met Kees mee naar Heerhugowaard. Terug naar De Woude, de Avocets liggen er nu om, is het moeilijk om 50 km/u per uur aan te houden. Ja, die GoCycles zijn toch merkbaar sneller.

donderdag 11 juni 2009

Recalcitrante jeugd, gewicht Quest en Panasonic FX37

Vanmiddag maak ik een trainingsrondje rond de Schermer. Even na drie uur word ik al geconfronteerd met groepen naar huis rijdende scholieren. Ze vinden het nodig om met zijn vijven naast elkaar letterlijk de hele wegbreedte in beslag te nemen. Toeteren helpt wel, maar ze gaan pas heel laat aan de kant. Even later staat een volgend groepje op de weg stil. Ik toeter op grote afstand, maar dit groepje heeft geen zin om aan de kant te gaan. Vlakbij gekomen gaat men toch aan de kant, maar één van de jochies, ouder dan 11 jaar is ie niet, wijst met zijn wijsvinger naar zijn voorhoofd. Tijdens het passeren schreeuw ik het rotjoch een verwensing toe.

Vanavond belt Peter de Rond. Hij heeft zijn nieuwe Quest gekregen en heeft deze gewogen op zijn werk. Tot zijn schrik komt er 39 kg op de geijkte schaal. Vraag aan mij, wat weegt mijn Quest? Ik pak mijn digitale weegschaal erbij en meet de hoogte van deze schaal. De 6,5 cm hoogte leg ik in de vorm van enkele stukken hout onder één van de voorwielen en het achterwiel.
Achtereenvolgens geeft de schaal voor het linkervoorwiel 12,4 kg, voor het rechtervoorwiel 13,3 kg en voor het achterwiel 10,9 kg. Totaal dus 36,6 kg inclusief schuimkap, Ventisitmat en twee spiegels. Het totaalgewicht van de fiets zonder de drie buitenbanden is 35,3 kg.
Peters' Quest weegt 39 kg met drie Vredestein Perfect Moirees. Deze banden wegen samen 2,2 kg en dus weegt Peters' fiets in precies vergelijkbare uitvoering 36,8 kg. Dit is dus 1,5 kg zwaarder. Dit terwijl Peter een witte fiets heeft die tussen 0,5 en 1 kg lichter zou moeten zijn omdat de gele kleurlaag ontbreekt.

Vandaag arriveert een heel klein maar dapper fotocameraatje, een Panasonic FX37. De Canon Powershot G10 is perfect in de Quest, maar voor in de jaszak toch een tikkie te bonkig. De G10 moet ik de komende 6 weken missen omdat ie naar Canon moet voor het verhelpen van een fabrieksfout. Zo lang wil ik niet zonder camera zitten en met de wens om een heel compact 22 mm dun hoogwaardig cameraatje erbij te hebben is de FX37 nu toegevoegd aan het camerapark van G10 en Nikon D700.

maandag 8 juni 2009

Duinrit en zwemmende camera

Vanmiddag rijden Kees en ik een rondje Kennemerduinen. Het weer is uitstekend, glashelder, westelijke wind Bft 3 tot 4 en een heerlijke fietstemperatuur van 18 gr. C. Weer valt de lichte loop van de Gocycle en Super Moto banden op. Kees heeft zijn fiets geschoeid met nieuwe Kojaks, 35 mm voor en 50 mm achter. Geen slechte keus, maar dat het beter kan zal later blijken.
Eerst rijden we naar pont Buitenhuizen. Ze hebben hier heerlijk softijs. Ondanks dat ik mijn Quest bijna het etablissement binnenrij, is Kees niet te vermurwen. Hij roept dat ie nog niet aan zijn lunch toe is en die lunch zal niet uit softijs bestaan :(.
De pont brengt ons snel over het Noordzee kanaal en op de zuidelijke oever maken we lekker snelheid. Het gaat, tegen wind, gemakkelijk boven de 40 km/u.
Op de kop van de haven eten we een broodje en zet ik de drinktuit van de bidon om. Dat had ik beter kunnen laten. De fles begint te spuiten en de Canon camera die er naast in zijn ibiliet bakje ligt, verzuipt letterlijk in de zoete energiedrank. Een kwestie van verkeerde zuinigheid, als ik de fles niet helemaal leeg drink bewaar ik het restant en vul dit later aan. Dan is er natuurlijk risico van bederf en dat uit zich in een gistende en onder druk staande drinkfles. Met papieren zakdoekjes probeer ik te redden wat er te redden valt. Alles kleeft, ook mijn handschoenen zijn doornat.
Via de sluizen rijden we noordwaarts naar de Kennemer duinen. Ik rij een afslag voorbij en moet 'flintstonen' om de afslag alsnog te nemen. Direct staan er drie nordic walkende dames naast me en ontspint zich de gebruikelijke conversatie. Kees is al doorgereden en wacht ongeduldig op me. Hij maakt er zelfs een leuke foto van.
Over de klinkerbestrating is het prima rijden met de grote sloffen. De snelheid blijft steeds rond de 30 km/u en dat is ruim twee maal zo snel als de reguliere recreatie fietsers.
Bij een plaspauze zie ik heel veel kleine bosviooltjes. Ik probeer een macro foto te maken van een ongeveer 1 cm klein bloemetje. Dat lijkt te lukken, maar thuis blijkt de scherpte net een centimeter te ver naar achter te liggen. Dit is eigenlijk meer het domein van Bas Dekker, die kan dit veel en veel beter. Misschien ga ik nog een keer terug met de Nikon reflex.
In Egmond aan Zee komt een eind aan de duinrit en zoeken we het comfortabeler asfalt richting Heiloo op.
Ik wil kijken of de switch van Kees naar Schwalbe banden goed uitpakt. We stoppen even na het viaduct over de A9 en vertrekken vrijwel direct na elkaar voor een uitrolproef. Het resultaat is verbijsterend. Ik loop maar liefst 180 meter verder weg dan Kees. Dit ondanks het feit dat ik voor het passeren van een fietser even door de berm moet rijden.
Na het pontje in Akersloot rij ik nog even ruim 50 km/u en ben na 70 heerlijke kilometers weer thuis.

vrijdag 5 juni 2009

62 km/u

Vanmiddag fiets ik voor wat boodschappen naar Akersloot, Castricum en Wormerveer. Het is tamelijk koud, 12 gr. C, het is vrij zwaar bewolkt en er valt af en toe een spatje regen. Ik heb de lange broek en een shirt met lange mouwen en het mouwloze hesje aan, een goede keus.
Via het pontje Akersloot ben ik snel in Castricum. Hier en daar weer veel bekijks, veel boodschappen worden er met een Quest niet gedaan. Op de terugweg via Wormerveer probeer ik weer om een maximum snelheid te bereiken. Het beste kan dit op het fietspad naast de spoorlijn tussen Uitgeest en Krommenie.
De wind waait met een goede Bft 4, gemiddeld 25 km/u. Dat betekent dat ik tot die snelheid de wind mee heb, dan de wind 'dood' rij en daarna alsnog tegen heb. Een kleine helling na een duiker helpt me om de snelheid op te voeren.
Ik ga niet direct voluit, dan ben ik te snel buiten adem, maar voer de snelheid geleidelijk op. Tot ruim in de 50 km/u gaat het makkelijk, bij 58 km/u wordt de trapfrequentie voor mij eigenlijk te hoog. Ik heb het standaard 53-tands blad als grootste tandwiel voor. Op het laatste stuk, ik ben dan al vlak bij het tankstation De Krokodil, ga ik voluit en lees 62 km/u af op de meter. De hartslagmeter geeft dan 158 slagen per minuut aan.
Al met al niet slecht, zeker niet omdat ik zonder schuimkap fiets, met de beide spiegels erop en met lange broek en shirt met lange mouwen. Met de racekap moet het nog wel enkele kilometers per uur sneller kunnen. Dat zal met een zwaarder verzet zeker wel lukken, al is het wel een gedoe om alleen voor CycleVision een groter voorblad te laten monteren.

dinsdag 2 juni 2009

Marken en Super Moto

Gisteren heb ik op het grasveld voor de stolp de Vredestein Perfect Moiree verwisseld voor de Schwalbe Super Moto. Kees komt na zijn rondje IJsselmeer verslag uitbrengen en de beide Quests krijgen van de vele passerende recreanten veel belangstelling.
De Perfect Moiree heeft de hele winter uitstekend dienst gedaan zonder lek te gaan. De Super Moto is een super brede band die heel licht loopt, maar wel enkele beperkingen kent. Zo is enige anti-lekbescherming afwezig, het is feitelijk een strandband. De band is ook niet geschikt voor fietsers die 'stumpen', d.w.z. onregelmatig trappen. De Super Moto is, zeker bij lagere bandenspanningen, gevoelig voor waggelen van de achterkant. Op 4,5 bar, eigenlijk te veel van het goede, heb ik er geen last van.
Tegen de middag rijden Kees en ik langs de dijk van het Noord-Hollands kanaal naar Purmerend. Het is glashelder zonnig weer met een pittige 5 Bft uit het noord-oosten. In vlagen van 60 km/u wordt de Quest af en toe wat van zijn rechte lijn gedwongen, gevaarlijk wordt het nooit.
In Purmerend zou volgens Kees vandaag, derde Pinksterdag, de geitenmarkt worden gehouden. Wij vragen aan een autochtoon waar de markt is. Die is er niet meer, nadat Zaankanters tijdens die markt speciaal kwamen om te 'zuipen en te kleunen'.
Wij rijden voor de wind naar Ilpendam. Nu er rondom maximaal grote sloffen liggen is de rolweerstand heel laag. Wat te denken van vele kilometers lang 32 km/u rijden met hartslag 82.
In Ilpendam is de weg richting Marken versperd en we rijden door tot Watergang. We maken een ommetje door het rustieke dorpje en stoppen even bij een mooi plekje voor een foto. Daar praten we even met Maurits Schmidt, een voormalige Parool journalist die een goede vriend blijkt te zijn van onze eilandbewoner Wouter Klootwijk.
Via Broek in Waterland komen we in Monnickendam. We zetten de fietsen op de brug naast het terras van een restaurant tegenover de Waegh. De dienstdoende dienster heeft liever dat wij de fietsen bij het gesloten Waegh restaurant zetten. Dat levert even later een aardig plaatje op.
Met een smoesje 'mag ik mijn dieetbrood hier opeten' genieten we van een prima espresso en mijn eigen gevulde spijsbrood :). Dan gaat het richting Marken, uiteraard bovenop de dijk. Een wielrenner haalt ons in, iets dat ook Kees niet kan verdragen. We pakken hem even later terug en hebben de smaak van snelheid te pakken. Pal tegen wind houden we de snelheid boven de 40 km/u. In het kader van enige intervaltraining doe ik een 'maximaal test'. Ik bereik maximaal 50 km/u en dat is tegen een dikke Bft 5 prima. We rijden Marken binnen en ik draai naar links het dorp in. Ik haal de bocht niet. Kees wel, hij rijdt me zelfs binnendoor voorbij. Dit is de prijs voor een lichtlopende comfortabele band. We kijken even op het havenhoofd en zien een oude zeilkotter binnenlopen.
Marken is het keerpunt en we vervolgen de rit naar Volendam.
Op de terugweg probeer ik weer een maximaal test te doen. Helaas staan er vier fietsers op het fietspad en moet ik mijn poging onderbreken. De fietsers staren vol ongeloof naar de langsrazende Quest. Nogmaals probeer ik een maximale snelheid te bereiken. Meer dan 59,5 km/u komt er niet op de teller als ik weer moet afremmen voor een stel fietsers.
Jullie raden het al, in Volendam komen we weer niet langs 'Willem Honingh, ijssalon sedert 1932. Kees neemt een 'Wimmie', ik een 'Keessie'.
Ik moet om 18.00 uur bij de fysiotherapeut zijn, dus tijd om door de Beemster huiswaarts te gaan. Bovenop het viaduct bij West-Graftdijk nemen Kees en ik afscheid van elkaar.
Heerlijke tocht van 85 km.
Om 18.00 uur ben ik bij de fysiotherapeut. Bert Lemstra had me beloofd dat het 'niet leuk' zal worden. Dit is een understatement. De massage is grondig, maar bij tijd en wijle ook pijnlijk. Er blijken tijdens de ultrasone scan weliswaar geen fysiek aantoonbare problemen in mijn kuit aanwezig te zijn, maar op twee aanhechtingsplaatsen van spieren en pezen zijn wel degelijk 'pijnpunten' aanwezig.

zondag 31 mei 2009

Paulus den Boer en Enkhuizen

Gistermiddag rijdt Paulus den Boer, je weet wel van Quesjer, ons eiland op. Paulus heeft 145 kilometer gereden van Zwolle via Amsterdam om de nacht bij ons door te brengen. Paulus kan zo met Quesjer de garage inrijden en staan zijn en mijn Quest broederlijk naast elkaar. Paulus is meubelmaker en zeer geïnteresseerd in onze stolp en zijn originele bouwwijze.
Na een prettige avond waar molenbouw en de cartografie van Bleau voor de VOC uit de periode 1620 tot 1660 centraal staan, zitten we om acht uur vanmorgen aan het ontbijt.
Paulus wil in Enkhuizen het Zuiderzee museum bezoeken en daarna via de dijk Enkhuizen-Lelystad terugrijden naar Zwolle.
Ik rij mee tot aan Enkhuizen. Het is prachtig helder en zonnig weer. Wel hebben we Bft 3 tot 4 tegen, maar da's natuurlijk geen probleem. Paulus is een soort diesel, rijdt nooit heel hard, maar kan wel lang een zelfde tempo aanhouden. Dat tempo is zeker niet laag. Tegen wind blijven we steeds 30 km/u rijden, een heerlijk toertempo.
Via Schermerhorn, Mijzenpolder en Hoorn bereiken we na een uur en drie kwartier Enkhuizen. Paulus wil graag enkele uitrolproeven doen. Eerst starten we gelijk van een laag viaduct en, wat te verwachten viel, loop ik vrij vlot bij Paulus weg.
Geen eerlijke vergelijking denk ik, Paulus weegt 17 kg minder dan ik, maar dan vertelt Paulus dat ie zeker meer dan 17 kg aan spullen bij zich heeft. Op de laatste hogere helling vlak voor Enkhuizen, zetten we de fietsen weer naast elkaar en vertrekken precies op hetzelfde moment door de remmen los te laten. Ook nu weer accelereert mijn Quest veel sneller en al gauw is Paulus nog maar een stipje in mijn spiegels. Het verschil is zo groot dat dit bijna ondenkbaar is. Daarom maak ik tijdens de run enkele foto's waaruit blijkt dat ik zeker 200 meter verder ben dan Paulus. Als Paulus even later naast me komt staan is ie stomverbaasd over dit enorme verschil. De verschillen tussen de fietsen zijn dan ook best groot, Paulus rijdt op Schwalbe Marathon Racer banden en heeft normale stalen lagers. Ik controleer zijn lagers door de beide voorwielen vrij te laten draaien. Die lopen goed dus daar ligt het niet aan.
Paulus volgt de borden naar het parkeerterrein voor auto's aan de voet van de Houtribdijk. Daar vertrekken de boten die de bezoekers naar het museum brengen. Geen goed idee, ik rij voor naar de binnenstad waar we eerst van koffie en superieur appelgebak genieten. Het gebak is zo groot dat dit volledig als lunch fungeert. Dan breng ik Paulus naar de hoofdingang van het museum en neem afscheid van hem.
Op de terugweg gaat het gas erop en rij ik continue tussen 42 en 48 km/u. Meer dan hartslag 130 is daar niet voor nodig, heerlijk rijden zo. In vijf kwartier heb ik de afstand Enkhuizen - De Woude, precies 46 km, afgeraffeld.
Vanavond om negen uur belt Paulus dat ie veilig is thuisgekomen. Wel heeft ie het zich iets makkelijker gemaakt door met de boot van Enkhuizen naar Stavoren te varen. Vanaf Stavoren naar Zwolle is even lang als via de Houtribdijk, maar de wind komt nu achterlijker in. Gisteren en vandaag samen heeft Paulus 300 km afgelegd.

maandag 25 mei 2009

Kikkers en kuiten

Kees van Hattem komt traditioneel maandag tegen de middag even langs om te kijken of het in huize Schermer nog marcheert. Kees is een ervaren kippenman en beoordeelt de nieuwe jonge Noord-Hollandse Blauwe als 'mooie hennetjes'.
Het is mooi weer, 22 gr. C. licht bewolkt en het waait 3 Bft uit het oosten. Kees wil wel een stukje rijden, ik ook. Kees rijdt voorop en laat me de Eilandspolder zien. Nou rij ik daar vaak rond, maar Kees weet nog veel beter de weg en we komen op een doodlopende weg uit bij een vogel observatie hut. In het aanwezige waarnemersboek blijkt er gisteren onder meer een visarend te zijn waargenomen.
Het landschap is betoverend, heldergroen en barstensvol bloemen. Distels, een plaag voor landbouwers, laten hier ongestoord hun mooie paarse bloemen zien. Je hoort alleen vogels en vooral kikkers. Ik maak een plaatje van drie kikkers tegelijk, heel bijzonder.
Kees rijdt vervolgens langs nog een paar mij onbekende weggetjes. Dan rijden we via Schermerhorn naar het park van Luna in Heerhugowaard. Kees wil op de kunstmatige heuvels Wim's kuiten even testen. Met die kuiten is het niet helemaal in orde.
200 kilometer op een dag met toersnelheden zijn nooit een probleem, een uur op maximum snelheid lukt al enkele jaren niet meer. Mijn rechterkuit raakt na een half uur verkrampt en dan is de wedstrijd voorbij. Met Cycle Vision in aantocht wil ik toch proberen hier wat aan te doen. De huisarts weet geen oplossing, de fleboloog ziet geen afwijkingen. Mogelijk weet een gespecialiseerde sport fysiotherapeut een oplossing. Op naar fysiotherapeut Bert Lemstra in Krommenie. Na een uitgebreide intake worden de kuiten aan een onderzoek onderworpen. Dat valt niet mee, een stevige aanraking is pijnlijk, tot verbazing van Bert.
Ik heb ernstige platvoeten, een soort eendpoten :). Ik moet eerst naar de podoloog en donderdag wordt een scan gemaakt van de spieren in de kuiten. Ik ben benieuwd.

vrijdag 22 mei 2009

Draaicirkel met Gocycle banden

Kees heeft gisteren natuurlijk mijn blog gelezen over de Gocycle banden. Hij is er al vroeg om dit wereldwonder te aanschouwen :). Kees heeft mooie lelies mee voor Marian, en dan te weten dat ie bij haar toch al geen kwaad kan doen :). Ik wil weten wat de draaicirkel met de Gocycle banden is in vergelijking met de Avocets. Mooi makkelijk dat Kees de Avocets eronder heeft, hoef ik niks te wisselen. We rijden naar de parkeerplaats bij de Woudhaven en ik maak enkele rondjes. Kees zet om de paar meter een krijtstreep. Als de cirkel compleet is meten we deze op en komen tot 12,70 meter. Kees maakt daarna zijn krappere rondjes en teken ik met een andere kleur krijt zijn cirkel af. Na meten komen we voor de Avocets op 10,90 meter. Dit is een verschil van 1,80 meter en dat valt me niet tegen.
De fiets staat nu merkbaar een stuk hoger op de voorwielen. En het rijden? Het rijdt als had ik de Tioga Comp Pools er weer onder, heel comfortabel. Of er snelheidsverschil is kan ik nog niet beoordelen, daarvoor is gewoon rijden geen maatstaf en de Avocets zijn al uitstekend.
Ik moet een boodschap doen in Egmond aan Zee en in Heiloo. Via Wormerveer rijden we noordelijk langs Castricum. Ik stel voor om door te rijden naar Castricum aan Zee en dan door de duinen naar Egmond aan Zee te rijden. Kees is met een natte vinger te lijmen en we slalommen tussen de vele fietsers over het mooie fietspad van de Zeeweg naar de afslag naar Egmond. Op de klinkerbestrating is wel goed te merken dat er nu dikke sloffen onder liggen, de snelheid blijft makkelijker hoog en de fiets rammelt in het geheel niet. Normaal horen fietsers en wandelaars een Quest over slecht wegdek wel aankomen, nu nauwelijks en dat levert een enkel hachelijk moment op.
In Egmond aan Zee, Kees we waren toch echt hier en niet in Wijk aan Zee :), hebben we volop de aandacht van het vakantie vierende publiek. Na de boodschap op de boulevard, rijden we naar Heiloo. Het gras en ander hoog groeiend onkruid is hier nog niet gemaaid en dat maakt het met de vele zijweggetjes niet geheel ongevaarlijk.
Van Heiloo gaat het richting het pontje Akersloot.
Eénmaal kom ik in de problemen met de grotere draaicirkel. Bij de waterzuivering in Heiloo probeer ik bij het linksaf slaan op de rijbaan te blijven. Dat lukt me niet en ik beland tegen de trottoirband. Kees kan hier wel de bocht maken. Het is dus niet allemaal rozengeur en maneschijn. Bij het pontje ontmoeten we het 'molenmannetje' althans zo noem ik hem. Het is een zonderlinge man die zijn fiets vol heeft gehangen met windmolentjes. Zou hij ons met onze Quests niet net zo zonderling vinden? Hier scheiden onze wegen. Op het laatste voor de windse stuk wordt ik gepasseerd door twee meisjes op een brommer. Ze rijden precies 45 km/u en dat kan ik met hartslag 130 moeiteloos volgen.
Ik gooi nog wat kolen op het vuur en trek door naar een wel heel fraaie 60 km/u.
Geslaagde eerste rit met de Gocycle banden. Of ze erop blijven is wel de vraag, de uitrolproeven zullen mede hierover uitsluitsel geven.

NB. We hebben de binnendraaicirkel gemeten. Wil je de afstand weten gemeten aan de buitenkant van de Quest, dan moet er uitaard 1,50 meter bij de draaicirkel worden opgeteld. De Avocets hebben dan een draaicirkel van 12,40 meter, de GoCycle van 14,20 meter. De draaicirkel van een standaard Quest is 11,50 meter, de Avocets maken deze dus 0,90 meter groter, de GoCycles maken de draaicirkel 2,70 meter groter.